koeien krij gt een witblauwstier als partner. Daarnaast worden nog embryo’s ingezet. Deze zij n deels afkomstig van de eigen topdieren.


aAa-codes voor balans De bedrij fsontwikkeling van Duursma is dynamisch, maar zij n fokdoel is al jaren gelij k. ‘We willen koeien fokken die lang meegaan en probleemloos veel melk met hoge gehalten produ- ceren. Ze moeten beschikken over goede en gezonde uiers en benen, maar zeker niet te extreem zij n in lichaamsmaten’, aldus de veehouder. ‘Daarbij laten we onze dieren al acht jaar coderen door een aAa-analyseur om oog te houden voor vol- doende balans in de dieren.’ ‘Het opfokken van een matige vaars kost net zoveel als het opfokken van een goede vaars. Daarom moet ieder vaarskalf gewoon top zij n. Om dat doel te bereiken wil ik alle relevante informatie benutten’, motiveert Duursma zij n strategie. Bij de stierkeuze selecteert de veehouder in eerste instantie op NVI. Daarbij ziet hij graag goede gehalten en wil hij extremen in framekenmerken als hoogtemaat, breedtematen, conditie en kruisligging vermij den. Daarnaast let hij op de aAa-codes. ‘Om voldoende variatie te houden in codes moet ik soms iets toegeven op het NVI-niveau. Omgekeerd is het binnen de groep stieren die ik selecteer, niet altij d mogelij k om honderd procent passende aAa-paringen te maken. Maar ik ben ervan


Wilt u ook uitgebalanceerde koeien fokken die een hoge genetische aanleg combineren met een gemiddelde hoogtemaat, voldoende breedte en een passende conditie? Vraag uw CRV-veestapeladviseur naar de speciale aAa-fl yer of kijk op de website www.crv4all.nl/aAa-selectie


overtuigd dat ik door het combineren van al deze informatie wel het meest effectief werk aan het realiseren van mij n fok- doel’, geeft de veehouder aan.


In een uur een inseminatieplan Gebruikmaken van veel fokkerij -informatie lij kt ingewikkeld, maar dat is het volgens Duursma in de praktij k niet. Na iedere indexdraai selecteert hij een tiental stieren en daarmee draait het SAP. Het programma selecteert de dieren die het best pas- sen in het eigen fokdoel en maakt op basis van dit fokdoel, de aAa-codes en genoomfokwaarden de best passende paringen. Hierbij wordt inteelt bovendien uitgesloten. ‘Met een uur werk heb ik het inseminatieplan klaar’, vertelt Duursma. ‘Dat leg ik in het kantoor, ik zorg dat het benodigde sperma in het vat komt en verder heb ik er vier maanden geen omkij ken meer naar.’


Wietse Duursma: ‘Gebruik van genoomfok- waarden en aAa-codes is met het SAP eenvoudig te combineren’


veeteelt MEI 2 2019


47


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66