“We hopen dat bedrijven door deze zelfinspectie-tool beter hun medewerkers beschermen tegen de blootstelling aan gevaar- lijke stoffen.” Dat zei Marga Zuurbier, directeur Arbeidsomstan- digheden bij de Arbeidsinspectie tijdens de lancering van de nieuwe website www.zelfinspectietool/gevaarlijke stoffen.nl. Dit gebeurde op dinsdag 4 oktober tijdens de landelijke stoffen- dag die gehouden werd in ’t Klooster te Amersfoort. Zuurbier werd op de bijeenkomst bijgestaan door Diana Martens. Dat is de projectmanager die zich specifiek met dit programma rond gevaarlijke stoffen bezighoudt. Martens: “We gebruiken het niet als een soort Big Brother.”
Zuurbier vertelde desgevraagd over de aanleiding om die zelfinspectietool te gaan maken. “Om te beginnen vormen gevaarlijke stoffen een bijzonder risico”, aldus de directeur. “Maar wat daarbij opvalt, is dat een bedrijf dat werkt met gevaarlijke stoffen een ongelofelijke hoeveelheid informatie over zich heen krijgt. We zijn daarom tot de conclusie gekomen dat we als Arbeidsinspectie hen een beetje moeten helpen door het hele woud van informatie heen. Wij vinden het onze taak om, waar dat kan, de regel-
Moerdijk 44
Solids Processing Nr. 6 - december 2011
Directeur Zuurbier verwacht minder ongelukken door de zelfinspectietool op het moment dat de brand in Moerdijk nog vers in het geheugen ligt. “Minder ongelukken is uiteindelijk het doel waar we naar streven”, zei Zuurbier. “Moerdijk heeft bij de samenstelling eigenlijk niet meegespeeld. We hadden dit al in gang gezet en hebben al langer het uitgangspunt dat informatie toeganke- lijker moet zijn. Maar Moerdijk maakt wel duidelijk dat bij een aantal bedrijven de zaken nog niet op orde zijn. Dus er moet inderdaad nog wel wat veranderen in Nederland. En de tool gaat ons er denk ik bij helpen.” Ze zegt dat Moerdijk niet alleen een les is voor het omgaan met gevaarlijke stoffen. “Er zit natuurlijk ook aan vast dat mensen zich niet aan de vergunningseisen hebben gehouden. De regels van de milieu-inspectiedienst en daarmee de milieuwetgeving zijn overschreden. En wat wij ook hebben geconstateerd is dat degenen die geholpen hebben de rotzooi op te ruimen, zich soms ook hebben blootgesteld aan gevaarlijke stoffen ten koste van hun eigen gezondheid. Daar hebben wij ook aandacht voor gevraagd. Voor hulpverleners, hoe graag ze ook willen helpen, is het aan te bevelen dat ze ook op hun eigen veiligheid en gezondheid letten.”
geving toegankelijker te maken en mensen te helpen. Eerder hebben we al met hulp van TNO de ‘stoffenmanager’ gemaakt (www.stoffenmanager.nl). Daarop staat hele specifieke informatie over een bepaalde stof en daarin kun je berekenen wat de blootstelling is aan een bepaalde stof. Maar nu hebben we de stap gemaakt: wat betekent dit als het bedrijf aan de Arbowet moet voldoen? Welke stappen moet dit dan doorlopen? In feite combineren we de uitkomsten van de stoffenmanager met de wetgeving
(aan welke regels je moet vol- doen), maar dan wel op een logische, gebruiksvriendelijke manier.”
Nut
Zuurbier vervolgt: “We krijgen regelmatig te horen als we werkvloerinspecties hebben dat de informatie te veel is en de wetgeving te complex. Maar ook ‘Waar kun je de juiste informatie precies vinden?’ Ook wilden we het opzoeken van info heel prak- tisch maken zodat we ook kleine bedrijven bereiken of bedrijven die met honderden verschillende stofjes werken.” Martens vult aan: “We kregen en krijgen als Arbeidsinspectie ook veel vragen. ‘Wat moeten we precies doen?’ en ‘Hoe kunnen we het beste invulling geven aan de arbo- wetgeving voor stoffen?’ Soms hebben bedrijven zelf ook geen idee wat ze moeten doen om aan de wetgeving te voldoen. De Arbeidsinspectie blijkt de zaken af en toe net iets anders te zien dan zij. Door middel van deze tool proberen we dat duidelijk te maken.”
Misverstanden Martens: “In feite waren er veel misverstanden. We komen bij veel bedrijven over de vloer die mel- den/denken vaak alles prima op orde te hebben. Dan constateren we voorts dat dit toch niet hele- maal het geval is.”
Er zitten ook consequenties aan als dingen toch niet helemaal goed zijn geregeld. Martens: “Die bedrijven moeten het toch binnen een bepaalde termijn op orde hebben. En dat kost natuurlijk veel energie. Het is veel beter als je het al van tevoren hebt gedaan.” Het gebruik van de website is vrijwillig. Maar wie de vragenlijst doorlopen heeft, weet welke maatregelen getroffen dienen te worden. Zuurbier noemde op