verwerking, opslag en overslag adequaat worden gevolgd, is er weinig aan de hand. Er is altijd wel een beperkt risico maar dat wordt duidelijk gezondheids- technisch ondervangen.” Jans erkent dat volgens de regels met betrekking rond arbeidsomstandigheden er soms hogere blootstellingen worden toegestaan dan in de woonomgeving. “Dat is wel allemaal redelijk genormeerd, zeker voor gevaar- lijke stoffen die ook als kankerverwekkend bekend staan. In dat laatste geval moet de blootstelling daaraan zo laag mogelijk zijn en in principe nul. Dat gebeurt in de praktijk ook maar is wel onderhevig aan discussie. Omdat arbodiensten steeds verder van de bedrijven af komen te staan, moet de werkgever ook zelf zijn eigen verantwoordelijkheid nemen. Dat impliceert dat hij operationele normen moet vaststellen op basis van goed uitgevoerde risico-inventarisaties.” Jans plaatst nog een kanttekening. “Je kunt niet altijd zomaar alle stoffen bij
‘Moerdijk’ was een relatief schone brand’
Een grote brand bij Chemie-Pack in Moerdijk
elkaar opslaan. Reactieve stoffen vragen meer aandacht ter preventie dan de min- der reactieve stoffen. Zout is bijvoorbeeld ook een vaste stof maar heeft een heel ander risicoprofiel dan bijvoorbeeld lood- chromaat. Deze laatste stof is veel giftiger bij blootstelling, zeker in poedervorm.”
Moerdijk
Jans maakte naam als extern adviseur bij de grote brand in Moerdijk. Hij noemt het een hoogtepunt maar weet ook dat hij in die periode ‘aan de goden was over- geleverd’. “Kijk, je ziet dat een goot deel van de mensen vaart op jouw advies. En dan weet je dat je je natuurlijk tegelijker- tijd ook op glad ijs begeeft. Je hebt in prin- cipe weinig gegevens en toch probeer je op basis daarvan zowel bestuurders als
de bevolking een zo goed mogelijk advies te geven wat de risico’s zoveel mogelijk afdekt. Gelukkig doe je dat niet helemaal alleen. Enerzijds vertrouw je daarbij op eigen ervaring, anderzijds heb je daarbij ook de duidelijke steun van het Rivm als landelijk kennisinstituut. Toch blijft het vaak balanceren tussen feiten en niet-feiten, zekerheden en onzekerheden, waarbij je een zo goed mogelijke beslissing probeert te nemen.” Hij legt uit waarom hij zich aan ‘de goden’ overgeleverd voelde. “Zo’n brand zelf komt bij het publiek als een indrukwek- kende gebeurtenis over. Zowel inhoudelijk als communicatief is het niet makkelijk om het een en ander goed op het netvlies te brengen bij de betrokkenen. Er waren zeker ook deskundigen die een ander