search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
MECHANISATIE


De pompkeuze: zoek naar het optimale rendement


Hoe vind je de pomp met het juiste karakter voor jouw installatie? Dat doe je door een pompentabel te bestuderen. Zo’n tabel ziet er in principe voor iedere centrifugaalpomp hetzelfde uit. Het lijkt complex, maar laat zich toch eenvoudig ontcijferen.


De meeste pomptabellen zijn voor aanbouw aan een elektromotor. Voorbeelden van pompcodes zijn F23K100/3 of F43K100- 120/4 of F43K100-120/5. Aan de laatste cijfers van een pompcode kun je afl ezen hoe- veel waaiers een pomp heeft. Zo kun je zien aan de aanduiding 100/3 en 100-120/5 dat een ‘3’ staat voor een pomp met 3 waaiers, de ‘5’ staat voor een pomp met 5 waaiers. De prestaties van een pomp hangen af van


het toerental van de aandrijving, maar ook van de diameter van de waaier die in de pomp gemonteerd wordt. De letters E t/m F staan voor het type waaier. In de tabel vind je ook de letter ‘H’ wat staat voor de druk die de pomp opbouwt, en de ‘N’ die staat voor het vermogen dat de pomp bij een combinatie van druk en kuubs per uur nodig heeft. De werkelijke druk en volumestroom die een regeninstallatie in de praktijk bereikt, is een snijpunt van twee lijnen (zie tekening): de pompkarakteristiek en de systeemkarakteris- tiek. Als de pomp vrijwel drukloos zijn water kwijt kan, geeft die de maximale kuubs per uur. Wordt de afvoer steeds verder gekne- pen, dan loopt de druk op en lopen de kuubs per uur terug. Een centrifugaalpomp kun je


de genoteerd. NPSH staat voor ‘Net Positive Suction Head’. In jip en janneketaal: een maat voor de verliezen in de pomp aan de zuigzijde.


Zuiver theoretisch is het mogelijk om water 10 meter omhoog te zuigen. Maar, er is weerstand in de aanvoer en weer- stand door bijvoorbeeld een fi lter en een terugslagklep. Dat is al een aftrekpost van het theoretisch maximale 10 meter haalbare, maar ook de pomp heeft aan de zuigkant geen 100% rendement. Stel dat een pomp 0,1 bar (= 1 meter waterko- lom) verlies heeft door weerstanden in de aanvoer, en een NPSH-waarde heeft van 2,5 meter waterkolom, dan kan de pomp maximaal 10 – 1 – 2,5 = 6,5 meter hoog zuigen. Wat er in de praktijk gebeurt is dat het water vaak net wat dieper zit dan we denken, of het niveau ongemerkt wat zakt. Zit een pomp dicht aan zijn maxima- le opvoerhoogte dan daalt de capaciteit


38


De druk en volumestroom die een regeninstallatie in de praktijk bereikt, is op het snijpunt van twee lijnen; die van de pompkarakteristiek en die van de systeemkarakteristiek.


volledig afsmoren en blijft dan draaien bij een bepaalde, voor die pomp, maximaal haalbare druk, met nul opbrengst. Voor de systeemkarakteristiek geldt


het omgekeerde: hoe meer kuubs door de installatie, hoe hoger de druk. Net als bij de pompkarakteristiek is dat geen rechte lijn. Naarmate de kuubs toenemen, loopt de benodigde druk ook steeds sterker op. Leveranciers hebben computerprogram-


ma’s die de lijn van de pompkarakteristiek kennen en combineren met de karakteris-


tiek van de installatie, waar dan het exacte werkpunt met bijbehorende energiebe- hoefte uit rolt. Uit ervaring is echter meestal vrij snel bekend in welk traject van druk en opbrengst een installatie gevoed moet wor- den, waardoor snel een geschikte pomp, ook op basis van tabellen, te kiezen valt.


OP BOERDERIJ.NL


het uitgebreide artikel met voor- beelden van pomptabellen


Worden er veel uren gemaakt dan is een motorunit voordeliger dan een trekkeraandrijving. Elektrisch aandrijven is nog voordeliger maar helaas niet altijd eenvoudig uitvoerbaar.


met rasse schreden. Allicht heeft slijtage ook zijn invloed, maar plotseling fl inke te- ruggang in opbrengst is vaak te verhelpen


BOERDERIJ 104 — no. 40 (2 juli 2019)


door de pomp wat dichter bij het water oppervlak te brengen. Een halve meter kan al wonderen doen!


FOTO: JAN WILLEM VAN VLIET


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76