search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Hoe komt verdwenen vermogen weer terug in de nalatenschap?


De schuldeiser staat echter niet met lege handen. Een belangrijke rechtsgrond ter verkrijging van informatie door de schuldeiser is art. 843a Rv, waarin de regels van de bijzondere exhibitieplicht zijn opgenomen. De legitimaris heeft recht op informatie op grond van art. 4:78 BW. De omvang van het recht op informatie van de legitimaris is in de rechtspraak nog niet uitgekristalliseerd. Duidelijk is dat de legitimaris een zo ruim mogelijk recht heeft op informatie, maar wel beperkt tot die gegevens die noodzakelijk zijn voor de berekening van zijn legitieme portie. Het gaat hierbij in ieder geval om de gegevens die informatie geven over de omvang en samenstelling van de nalatenschap op de overlijdensdatum. Of de legitimaris ook recht heeft op informatie van vóór het overlijden van de erflater, is nog niet uitgekristalliseerd. Hof Den Bosch is ruimhartig en kent vaak een recht op informatie over de periode vóór het overlijden toe (zie bijvoorbeeld Hof Den Bosch 12 september 2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:3344), terwijl Hof Den Haag terughoudend is (zie bijvoorbeeld Hof Den Haag 18 juni 2019, ECLI:NL:GHDHA:2019:1869).


Al met al bestaan er voldoende grondslagen om namens een erfgenaam of een schuldeiser informatie te verkrijgen. Vaak dient deze informatie als opmaat naar de vraag of degene die tijdens het leven van de erflater het beheer over het vermogen heeft gevoerd en jegens wie vermoedens van financieel misbruik bestaan, rekening en verantwoording moet afleggen.


Stap 3: Verlang - indien mogelijk - rekening en verantwoording


Bij het leerstuk van rekening en verantwoording in het kader van verdwenen vermogen is het van belang om een onderscheid te maken tussen de rekening en verantwoording die nog tijdens leven door de toekomstig erflater zelf wordt gevraagd en de rekening en verantwoording die na zijn overlijden kan worden gevraagd.


I. Rekening en verantwoording tijdens leven rechthebbende Volgens vaste rechtspraak van de Hoge Raad kan een verplichting tot het afleggen van rekening en verantwoording worden aangenomen indien tussen partijen een rechtsverhouding bestaat of heeft bestaan krachtens welke de een jegens de ander (de rechthebbende) verplicht is om zich omtrent de behoorlijkheid van enig vermogensrechtelijk beleid te verantwoorden. Een verplichting tot het afleggen van rekening en verantwoording


kan volgens de Hoge Raad voortvloeien uit (a) de wet, (b) een rechtshandeling, of (c) het ongeschreven recht (zie meest recent Hoge Raad 10 december 2021, ECLI:NL:HR:2021:1848). Van belang is te constateren dat een volmacht op zichzelf geen vorenbedoelde


Het enkel aannemen van een schenking terwijl men weet of moet begrijpen dat de ander door bijzondere


omstandigheden daartoe wordt bewogen, kan al misbruik van omstandigheden met zich meebrengen


rechtsverhouding is, zo heeft de Hoge Raad op 13 mei 2005 bepaald (Hoge Raad 13 mei 2005, ECLI:NL:HR:2005:AS4167). Ook in Boek 3 BW is niet bepaald dat een volmacht als zodanig verplicht tot het afleggen van rekening en verantwoording. Een voorbeeld van een wettelijke grondslag (a) voor het afleggen van rekening en verantwoording vormt de overeenkomst van opdracht (art. 7:403 lid 2 BW).


Bij een verplichting tot het afleggen van rekening en verantwoording op grond van een rechtshandeling (b), kan worden gedacht aan een levenstestament waarin de verplichting tot het afleggen van rekening en verantwoording expliciet is opgenomen. Uit de jurisprudentie van de Hoge Raad blijkt welke omstandigheden kunnen bijdragen aan het oordeel dat op grond van het ongeschreven recht (c) een verplichting tot het afleggen van rekening en verantwoording bestaat. Dit speelt bijvoorbeeld als sprake is van een rechtsverhouding die verwantschap vertoont met een of meer in de wet geregelde gevallen waarin een dergelijke verplichting is neergelegd, zoals gemeenschap, opdracht of zaakwaarneming. Voor het overige is het antwoord op de vraag of een zodanige verantwoording geboden is volgens de Hoge Raad, sterk afhankelijk van de omstandigheden van het geval.


fbn.nl/pe-notariaat


29


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48