search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Commentaar Mona de Vries-Meijer


op geen enkele wijze duidelijk hoe hij tot deze conclusie komt. Verder stelt het RTG vast dat van 2010 tot en met 2017 geregeld behande- lingen hebben plaatsgevonden aan element 16. In zijn advies maakt de adviseur over deze op zijn minst opvallende behandelingen aan dit ene element geen enkele melding. Het RTG meent dan ook dat het onderzoek door de adviseur uit het oogpunt van vakkun- digheid en zorgvuldigheid de tuchtrechtelijke toets der kritiek niet kan doorstaan, en dat de adviseur niet in redelijkheid tot de conclusies van het advies heeft kunnen komen. Wat de klacht over het niet onafhankelijk en onpartij- dig adviseren betreft, vindt het RTG dat deze ongegrond moet worden verklaard. Klager was op de hoogte van de bestaande verhou- dingen tussen de adviseur en de behandelend tandarts.


Y Conclusie Het advies voldoet op verschillende punten niet aan de daaraan te stellen eisen. Dat is geen gevolg van een of enkele verschrijvingen of van een omstandigheid die de adviseur maar zijdelings is aan te rekenen, maar van het feit dat de adviseur onvoldoende zorgvul- dig onderzoek heeft gedaan en van het feit dat het door de adviseur opgestelde advies op verschillende essentiële onderdelen niet voldoet


Y Beslissing Het RTG legt de adviseur een berisping op. Z


Een klacht tegen een collega is ook een leermoment voor jou. Daarom deze rubriek, met samenvattingen van de Regionale Tuchtcolleges en het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg en de Geschilleninstantie Mondzorg. Iedere samenvatting wordt van commentaar voorzien door een onafhankelijk deskundige.


D


eze casus is interessant, omdat de beklaagde zich pre- senteert als klinisch adviseur. Dat is kennelijk iemand die ingehuurd kan worden om tandheelkundig advies te


geven bij geschillen. Adviseren in een geschil is niet vrijblijvend, er wordt enige professionaliteit in het werk van deze persoon verwacht. Het RTG is hier niet onder de indruk van het rapport, en terecht. Als adviseur op verzoek van beide partijen wordt van je ver- wacht dat je je rapport gestructureerd opbouwt en dat de con- clusies gedragen worden door de inhoud van dit rapport. Zo’n rapport moet aan een aantal eisen voldoen, waaronder: 1. het advies vermeldt de feiten, omstandigheden en bevindin- gen waarop het berust;


2. het advies geeft blijk van een geschikte methode van onder- zoek om de voorgelegde vraagstelling te beantwoorden;


3. in het advies wordt op inzichtelijke en consistente wijze uiteengezet op welke gronden de conclusies van het advies steunen;


4. het advies vermeldt de bronnen waarop het berust, daaron- der begrepen de gebruikte literatuur en de geconsulteerde personen en


5. de rapporteur blijft binnen de grenzen van zijn deskundigheid.


Deze punten gelden niet alleen voor een onafhankelijk tand- heelkundig expert, maar voor alle medici die als adviseur bij geschillen optreden. In het medisch aansprakelijkheidsrecht wordt met regelmaat gebruikgemaakt van onafhankelijke deskundigen. De NVMSR (Nederlandse Vereniging voor Medisch Specialistische Rapportage) verzorgt cursussen voor medisch specialisten en heeft als doel de kwaliteit van medisch specia- listische expertises te bevorderen en het functioneren van haar leden te bevorderen. Er staan geen tandartsen op de ledenlijst. Teneinde de kwaliteit van de tandheelkundig experts in ge- schillen te verhogen, zou een register van expertise-tandartsen kunnen worden aangelegd – bijvoorbeeld door de KNMT – waarin tandartsen pas na het volgen van de benodigde cursus- sen (die de NVMSR bijvoorbeeld verzorgt) worden opgenomen. Dat beschermt alle betrokken partijen, inclusief de in deze casus zelfbenoemde klinisch adviseur, tegen onvoldoende deskundig- heid.


Mona de Vries-Meijer is letselschadeadvocaat en heeft tevens tandheelkunde gestudeerd (vrij doctoraal 1992).


FEBRUARI 2021 NT DENTZ 57


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84