Tekst: Barbara van Beukering Fotografie: Linda Stulic
Spiegel 045
Op deze plek verhalen schrijvers, journalisten en publicisten over een persoonlijke ervaring met de gezondheidszorg en houden ze zorgprofessionals een spiegel voor.
Moed
‘Ik vermoedde al dat het niet zo goed met je ging’
“Ik wil je met liefde een verwijsbrief geven voor een dermatoloog, maar lie- ver verwijs ik je door naar een psycholoog.” Mijn huisarts zit tegenover me en laat een stilte vallen. Ik kijk haar aan, haar blik is empathisch. Ik begin onbedaarlijk te huilen. Een jaar daarvoor was het begonnen. De kapper had aan de zijkant van mijn hoofd een kale plek ontdekt. Na een paar weken viel het mijn dochter op dat ik ook een kale plek op mijn achterhoofd had. Daarna was het hek van de dam. De kale plekken breidden zich uit als olievlekken op mijn hoofd. Als ik mijn haar waste, bleven er grote plukken haar in mijn handen achter. Het was een angstaanjagend proces. De dermatoloog diagnosticeerde alopecia areata, een auto-immuunziekte waarbij je plotseling kale plekken krijgt die kunnen leiden tot algehele kaal- heid. Er bestond geen behandeling voor. In de maanden erna was ik druk in de weer met staarten, haarspelden, petjes en sjaaltjes om de kale plekken te verdoezelen. Toen de kaalheid niet langer te verbergen was, schafte ik een haarwerk (voorheen ‘pruik’) aan. Van echt Europees haar, in dezelfde kleur en hetzelfde model als het haar dat ik had om de schijn op te houden dat het mijn eigen kapsel was. Ik schaamde me diep, durfde het aan niemand te ver- tellen. Ik voelde me niet vrouwelijk meer. Als ik in de spiegel keek, zag ik een kale mens die ik niet herkende. Mijn identiteit was met mijn haar in het afvoerputje verdwenen. Op een dag stuitte ik op een experiment met een nieuw medicijn, een zogenaamde JAK-rem- mer. Uit de onderzoeken, die in volle gang
Barbara van Beukering (58) was ruim 20 jaar hoofd- redacteur van o.a. Volkskrant Magazine en Het Parool. Sinds 2018 is ze freelance journalist en schrijver van o.a. Kruip nooit achter een geranium en Je kunt het maar één keer doen (over sterven). Onlangs verscheen haar boek Levenslange liefde; Sprookjes bestaan niet.
waren, bleek dat bij 50 procent van de proefpersonen het haar weer ging groeien. Het zou een zware behandeling zijn, vergelijkbaar met een prednisonkuur, die je auto-immuunsysteem tijdelijk onder- drukt. Ik wilde dat, natuurlijk wilde ik dat. Ik leefde met een haarwerk en een groot geheim waar ik letterlijk en figuurlijk onder gebukt ging. Omdat ik een verwijsbrief nodig had voor de dermatoloog die al met dit medicijn werkte, zat ik tegenover mijn huisarts. Te snikken. Me verontschuldigend dat ik niet meer kon stoppen met huilen, de tranen bleven over mijn wangen stromen. De huisarts stelde me gerust: “Ik heb alle tijd. Ik heb de assistent gevraagd een dubbele tijd voor je te reserveren.” Verbaasd keek ik haar aan. “Ik vermoedde al dat het niet zo goed met je ging”, reageerde ze. “Laten we even praten.” Na een half uur liep ik de deur uit met twee brieven: een doorverwijzing voor een dermatoloog en eentje voor een psycholoog. Een week later bezocht ik voor het eerst van mijn leven een psycholoog, een vrouw met meer dan dertig jaar ervaring. Ze leerde me inzien dat mijn stresssysteem niet meer functioneerde. Als hoofd- redacteur en moeder van vier kinderen had ik decennialang in de overdrive geleefd, en het lukte me niet meer om terug te schakelen. Ik leerde van haar zachter te oordelen over mezelf, de lat minder hoog te leggen en te ontspan- nen. Er kwam rust. En mijn haar begon weer te groeien. Na anderhalf jaar kon ik mijn haarwerk afzetten en gooide ik de brief voor de dermatoloog in de prullenbak. Als ik met mijn haren in de wind loop, denk ik vaak aan mijn huisarts. Ze had de moed me te zeggen dat het pro- bleem niet alleen óp mijn hoofd zat, maar ook ín mijn hoofd.
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92