search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
072 Reacties


Reacties op artikelen in Arts en Auto of op de website zijn welkom. De redactie behoudt zich het recht voor brieven te wei- geren of brieven langer dan 150 woorden in te korten. U kunt uw brieven sturen naar: Redactie Arts en Auto, Postbus 8153, 3503 RD Utrecht of: brieven@artsenauto.nl


In slimme tekst met veel bravour ligt vaak de hebzucht op de loer ‘k ontdekte dikwijls onverwacht ‘de wolven in hun schapenvacht’.


Hartelijke groet, Herm Hendrik Warmink, em. kinderarts


Feuilleton In het kerstnummer van 2021 startte het feuilleton Villa Koningslaan. Een verhaal over vier generaties zorgprofessionals die allemaal een band hebben met een dok- tershuis in Amsterdam. In de eerste afleve- ring eist de Spaanse griep het leven van de zwager van huisarts Daniël Heuvels.


Kille wereld Vlak voor de COVID-19 uitbraak beschrijft hoofdredacteur Marjan Enzlin in Arts en Auto 11/2019 over te grote ego’s met te kleine harten, waardoor de wereld steeds killer lijkt.


Eind januari 2022 zijn wij na bijna twee jaar ballingschap in Nederland (door de wereldwijde COVID-19-maat- regelen) weer terug kunnen keren in ons vakantiehuis in de USA. Daar trof ik als eerste een oude Arts en Auto aan, dus natuurlijk wierp ik een blik op uw redactioneel met de kop Kille wereld: ‘overal spelen mensen met een te groot ego en te klein hart met vuur’. Ik reageer er wel erg laat op, en dit


maal via een andere bron, want een paar dagen na onze aankomst op 30 januari j.l, trof mij het gedicht van Toon Hermans, Bedrog, dat ik op de scheur- kalender tegenkwam. Mijn vrouw zegt altijd: ‘Toeval bestaat niet’, en dat heb ik zelf ook vaak ervaren. Zoals deze keer.


‘t Bedrog dat door de wereld gaat is vaak gehuld in goudbrokaat of ‘t glimlacht met een vrome lach en slaat dan onverwacht zijn slag


Vaak zijn bedrog en haat en nijd verpakt in pure tederheid in ‘goed zijn voor de armen’ en liefdevol erbarmen


Ik lees Arts en Auto altijd met grote belangstelling. Nu viel mijn oog op het feuilleton, waarin ik getroffen werd door de gelijkenis met de geschiedenis van mijn grootvader Willem Renssen, destijds orthopedisch chirurg. Om dit te illustreren, heb ik de brief die hij schrijft naar zijn beste vriend bijge- voegd in een uitgewerkte versie (zonder leestekens toe te voegen waar die niet stonden en onleesbare woorden in te vullen). De brief mag gepubliceerd worden. H.E.(Gonneke) Teeuwen-Renssen


Arnhem, den 24-4-1917 Utrechtsestraat 10


Beste Karel en Trui , Na jullie heerlijke brieven wil ik toch niet langer uitstellen en je met Gee terugschrij- ven. Ik kon er een maand geleden niet toe komen je geluk te wenschen met den Kleine en toch een brief aan jullie beidjes zat al zoo lang in de pen. ‘t Wordt vanavond toch nachtwerk en dus begin ik maar een epistel om straks nog mijn medische corresponden- tie af te doen ook heel wat tegenwoordig. Dank voor jullie gelukwenschen met de geboorte van onze kleine Ank, die weer een zonnestraaltje bracht in dit huis vol droef- heid. Wat een droom is alles, vooral zooals nu, wanneer ik terwijl allen te ruste zijn stil- letjes hier in mijn studeerkamer zit, wat een gruwelijke droom. Ik kan nog niet tegen het stille alleen-zijn met je overpeinzingen het kruis is dan zoo ontzaggelijk moeilijk, zoo vol


038 Feuilleton Deel 3


Vorige keer: In de kerstnacht van 1919 wordt Noël geboren, zoon van huisarts Daniël Heuvels en zijn vrouw Geertruida. Een week later sterft Geertruida’s broer Otto aan de Spaanse Griep. Noël groeit op in Villa Koningslaan aan de rand van het Amsterdamse Vondelpark. Op een middag gebeurt er een ongeluk.


Villa Koningslaan Opwinding


Adri van Beelen Verpleegkundige


(niet-praktiserend),


(freelance) journalist, programmamaker en auteur van de


volgende boeken:


In vrije val (2008) Celeste (2012)


Verborgen (2013)


De vrouwenverzamelaar (2015)


De familie Duinen (2017) Het zieke vliegtuig (2019)


‘Uw zoon heeft engelen om zich heen gehad’, zei de arts in het Wilhelmina Gasthuis. ‘Hij had dood moeten zij n, maar de voorzienigheid greep in. Hij heeft bloedingen zowel inwendig als uitwendig, een gekneusde nier en diverse botbreuken, waarvan twee in zij n linkerbeen, één gecompliceerde. Het is niet niks. Maar hij is buiten levensgevaar. We doen wat we kunnen. Nu is het wachten tot hij goed wakker wordt.’ Hij schudde het hoofd. ‘Automo- bielen; ondingen zij n het, gevaarlij ke monsters. Ja, ook handig en onmisbaar, dát zonder twij fel, maar ook monsters. Ik heb al zulke nare traumata gezien als gevolg van… Maar goed, laat ik u daar niet mee vermoeien. Gaat u naar huis en kom vanavond terug. We zullen goed voor hem zorgen.’ ‘Had de voorzienigheid die auto niet de andere kant op kunnen sturen?’ bromde Daniël tegen Geertruida op de terugweg naar huis.


Noël kwam diezelfde avond bij en her- stelde wonderbaarlij k snel. Hij moest voorlopig nog wel in het ziekenhuis blij ven waar zij n moeder hem dagelij ks een bezoek bracht. Geertruida vertrok meestal rond een uur of elf en kwam pas aan het einde van de middag weer


thuis. Maar dan was ze niet alleen bij haar zoon op bezoek geweest, ook bij enkele andere familieleden in de stad. Het was voor Daniël aanleiding een doktersassistente aan te nemen, want Geertruida, die tot nu toe haar man altij d geholpen had, kon dit werk er duidelij k niet meer bij hebben. Daarom spitte hij de krant door en stuitte op de volgende advertentie: Juff rouw, 27 jaar, spreekt Duitsch, Fransch en Vlaamsch, zoekt plaats als doktersassistente. Brieven onder nr. etc.


En zo kwam juff rouw Else de Mérode als assistente in dienst. Ze was gebo- ren in Friesland, gedroeg zich als een Française en sprak als een Haagse douairière. Ze vertelde familie te zij n van Margaretha Zelle uit Leeuwarden, beter bekend als Mata Hari, die enkele jaren eerder in het Franse Vincennes was gefusilleerd vanwege vermeende spionageactiviteiten. ‘Volgens mij verzint ze dit’, luidde Geertruida’s nuchtere oordeel. Daniël bracht er tegen in dat professionaliteit voorop stond. In de periode van Noëls ziekenhuisver- blij f gebeurde het meerdere keren dat Daniël in zij n eentje het middagmaal moest gebruiken, opgediend door Rina.


Omdat er nauwelij ks andere afl eiding was, sloeg hij haar bewegingen gade. Hij had haar nooit anders gezien dan als het dienstmeisje. Maar in deze periode maakte ze iets onzegbaars in hem los, wanneer ze binnenkwam, het eten op het dressoir zette, aan tafel opdiende en wanneer zij afruimde. En op een donderdag kon hij er niets aan doen dat zij n blik bij haar billen bleef steken. Hij zag opeens dat ze voller en rij per was dan het meisje dat hem zeven jaar eerder vlak voor kerst uit het Concert- gebouw had gehaald. Haar schoonheid leek nu pas werkelij k tot hem door te dringen, en het gaf hem een gevoel van opwinding en troost tegelij k.


‘Rina’, zei hij op gedempte toon. Haar naam leek hem per ongeluk te ontglip- pen. ‘Ja, meneer?’ ‘Kom eens hier.’ Ze ging voor hem staan en keek hem afwachtend aan. Hij liet zij n blik over haar lichaam glij den van top tot teen en terug, als een keurmeester. Het bezorg- de haar een ongemakkelij ke sensatie. Zo had de dokter niet eerder naar haar gekeken. Rina, kleed jij je maar uit en wees lief voor me. Dat wilde hij zeggen. De woorden lagen al op het puntje van zij n tong, ze hoefden alleen nog uitgesproken te worden. Hij opende zij n mond, nam een hap lucht en legde vervolgens zij n hand op zij n gesloten ogen. ‘Eh…’ zei hij talmend. Ze wachtte geduldig. ‘Eh, ik weet warempel niet meer wat ik wilde vragen. Ik ben het kwij t. Neem me niet kwalij k. Er gebeurt ook zóveel. Het schiet me straks wel weer te bin- nen.’ Hij stond op, knikte haar toe en verliet de kamer.


‘Ieder mens wandelt in zij n leven wel een keer rakelings langs het ravij n’, had een vriend van hem eens gezegd. Daniël had het zojuist gedaan en hij begreep niet wat hem bezield had. Toen Geertruida die middag thuis- kwam, omhelsde hij haar onstuimiger dan normaal.


Ieder mens wandelt in zij n leven wel een keer rakelings langs het ravij n


‘Goh’, zei ze, ‘je doet alsof ik terug ben van emigratie. Maar het is goed dat ik je meteen tref, want ik heb goed nieuws. Noël mag volgende week dinsdag met ontslag.’ Hij juichte, tilde haar onver- wachts op en draaide dansend met haar door de hal. ‘Kom’, fl uisterde hij nadat hij haar weer had neergezet. ‘Kom mee naar boven.’ Aan haar hand trok hij haar mee de trap op. ‘Wat bent u van plan, meneer Heuvels?’ vroeg ze quasi naïef. ‘Dat zal ik u boven vertellen, mevrouw Heuvels.’ Hun gelach schalde door de marme- ren hal. Rina, die zojuist met een volle kolenkit uit de kelder omhoog geklommen was, stond stil en keek het echtpaar na. Om haar lippen speelde een fl auwe glimlach.


Een maand later liep Daniël vanuit station Hollandsch Spoor de binnenstad van Den Haag in. In de Wagenstraat ging hij een kunsthandel binnen. ‘Pardon’, zei hij tegen een dame aan de toonbank. ‘Kunt u me zeggen waar de Koninklij ke Kunstzaal Kleij kamp is?’ ‘Dat zou ik kunnen doen’, repliceerde ze ietwat lij zig. ‘Maar dan moet u mij vertellen wat daar aan de hand is.’ ‘Een veiling van een belangrij ke collec- tie werk van Jan Toorop.’ ‘Ah, u bent een verzamelaar?’ ‘Ik noem het liever ‘geïnteresseerde’.’ ‘Houdt u ook van Indische kunst, lithografi eën, aquarellen? Nee, volgens mij houdt u duidelij k van contempo- raine kunst. Ik heb hier nog fraaie werken van Jan Sluij ters, Van Doesburg, Rinsema.’ Ze wees naar de wand achter zich. ‘Of schetsen? Vorige week was hier in Den Haag nog een veiling van kleine schetsen van Rembrandt. Ze gingen weg voor twee- tot vierduizend gulden per stuk.’ ‘Dat kan ik helaas niet betalen’, zei Daniël.


‘Ach ja, je kunt er een klein huis voor kopen. Maar eens kij ken, Kunstzaal Kleij kamp, zei u. Dat is aan de Scheve- ningseweg. Dat is drie kwartier lopen, of u zou de tram moeten nemen.’


Toen Daniël aan het einde van de middag in Amsterdam terugkeerde met twee zorvuldig ingepakte werkjes van Toorop onder de voorpand van zij n jas, trof hij Geertruida in de huiskamer aan met een snikkende Rina tegenover zich. Voorzichtig legde hij de schilderstukjes op tafel en trok hij zij n jas uit. ‘Ach Daniël, daar ben je’, zei Geertruida licht geëmotioneerd. Rina keek met betraande ogen naar hem op. ‘Rina hier, heeft me net verteld dat ze ontslag neemt. Ik probeer het te verhin- deren, maar ze is volhardend. Kun jij tot haar doordringen en zeggen dat ze het niet moet doen?’ ‘Ik? Waarom zou ze wel naar mij luis- teren?’ ‘Misschien omdat jij huisarts bent. Ja, ik weet het ook niet. Het is toch bespotte- lij k dat ze weggaat? Zeg jij dat nou ook eens, Daniël. Dat het bespottelij k is dat ze weggaat. Misschien kun je haar op andere gedachten brengen.’ Rina schudde het hoofd. Daniël keek ernaar en haalde zij n schouders op ten teken dat er overduidelij k niets aan te doen was. ‘Nee, mevrouw’, huilde Rina zacht. ‘Ik moét wel gaan.’ ‘Onzin!’ zei Geertruida, ‘je moet niks.’ ‘Jawel, mevrouw. Ik…’ Rina sloot de ogen en trok haar neus op, alsof ze een vieze lucht rook. ‘Ik ben ... Ik ben in positie.’


039


Volgende maand: Aanvaardt Rina de consequenties van haar toestand? En wat vinden nazaten van Daniël in de 21e eeuw onverwachts in de villa?


43 Feuilleton Adri van Beelen 3.indd Alle pagina's


14-02-22 14:57


van haast onoverkomelijke zorgen, waar je heel alleen tegen in moet worstelen en trach- ten te overwinnen. Zorgen op allerlei gebied in mijn werk, in het regelen van alles hier, in het regelen ook voor de broers en niet in het minst van Kees, over wien ik nu voogd ben en die ik nu moet helpen zijn houding te zoeken, zonder ruggesteun, zonder overleg met een andere en meer ervarene. En ik zelf kom pas kijken in de wereld, ik ben nu nog zoo machteloos en toch je moet maar. Wat is het goed dat de toekomst ons verborgen blijft, dat we niet weten kunnen wat ons wacht. Als iemand mij het vorige jaar had gezegd, zie dat alles wacht, ben je bereid kun je het aan, och ik had het zoo niet voor mogelijk gehou- den. Ik doe mijn best zooveel ik kan, en toch wat pover zijn de resultaten meestal. Wat zijn de rustige zorgelooze Groninger jaren ver weg en lang geleden, wat zijn we ineens oud. Twee dingen houden me erop. In de eer- ste plaats Gee wat die geweest is al dien tijd voor mij en voor anderen dat is ongelooflijk en dat terwijl zij zusje wacht. Wat zou ik gekund hebben als ik haar niet had gehad. Vanaf oom Fedde’s overlijden tot nu de beval- ling toe regelt en bestuurt zij alles. In die ontzettende dagen van januari had zij alle jongens te logeren en ook mijn schoonzusje. Ik sliep hier in huis en had plotseling ook alle patienten van mijn vader te verzorgen met het weten van dat onafwendbare dat komen zou wat Gee en ik alleen nog maar wisten, toch de moed er bij de broers inhouden en ‘s nachts waken en trachten te denken als het gebeuren zou wat er gedaan moest worden. De enkele oogenblikken dat we elkaar dan zagen en spraken gaven weer moed. En toen en Moeder en Vader waren heengegaan, waren wij beiden de enigen die alles en alles regelen moesten. De broers zijn of onhan- dig of onverstandig en kinderlijk nog. Wij moesten ook voor hen en voor hun toekomst zorgen. Dan kwam de verhuizing (van de Velperweg naar de Utrechtsestraat 10 om


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84