search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
038 Scandinavië


Esther te Poele


taal. “De taal van het formele contact is snel genoeg geleerd, maar de social talk of borrelpraat is in het begin niet goed te volgen, waardoor je er wat verloren bij zit. Er is nauwelijks interesse voor uitwisseling van kennis. Ik kan me niet herinneren dat ik ooit gevraagd ben hoe we de dingen in Nederland aanpakken. Dat heeft volgens mij te maken met een diepgewortelde overtuiging dat alles wat men in Zweden doet of maakt, beter is dan in de rest van de wereld, tot en met de aardbeien aan toe. Op de werkvloer is een aantal zaken


heilig en dat geldt volgens Van Nieuwen- hoven voor de hele maatschappij, van hoog tot laag. “Aan lunchpauzes wordt op geen enkele manier getornd. In Ne- derland eet je een boterham uit de hand als je van de ene bespreking naar de an- dere loopt, maar dat is in Zweden totaal onbespreekbaar. Ook de koffiepauzes ’s morgens en ’s middags worden zeer op prijs gesteld. Dat heet hier fika en het is sociaal onwenselijk als je je daar on- nodig aan onttrekt. De zomervakantie is ook heilig. Dat heeft te maken met de geografische ligging en het klimaat. Een groot deel van het jaar is het donker en koud. In de zomer is het echter aange- naam met lange dagen. Sinds mensen- heugenis is dat dan ook de tijd van het jaar waarin men vrij is, naar buiten gaat en geniet van de zon. Iedereen wordt verondersteld minimaal vier weken vrij te nemen tijdens de zomer. Dit is ook noodzakelijk omdat schoolkinderen een eindeloos lange zomervakantie hebben, van half juni tot eind augustus. Het ge-


volg is dat de hele samenleving, inclusief de zorg, tijdens de zomermaanden op halve kracht draait, wat in Nederland ondenkbaar is.”


Het avontuur was ook voor kinderarts Esther te Poele (43) en haar gezin reden om vijf jaar geleden naar Lerdala in Zweden te verhuizen. Plus de liefde voor het buitenleven en de wens voor een betere werk-privébalans. Zij benoemt de verschillen met Nederland: “We woon- den in Nederland in het centrum van Groningen en nu buitenaf in een houten huis met een grote tuin. De seizoenen beleven we hier intenser, alleen al van- wege het sneeuwruimen, wintersporten, fruit oogsten en de langere zomerda- gen. We hebben er een paar tradities bij gekregen, St Lucia en midzomer. De contacten met familie en vrienden uit Nederland zijn minder frequent,


‘De kinder-IC heeft geen transportverplichting, dus we moeten zelf vervoer regelen’


maar intensiever; als mensen op bezoek komen, blijven ze een paar dagen tot een ruime week, waardoor je andere dingen met elkaar doet en andere gesprekson- derwerpen hebt. Een nadeel is natuur- lijk dat als er iets is met een dierbare in Nederland het meer tijd kost om daar naartoe te gaan.”


Ook op het werk zijn er verschillen, stelt Te Poele: “Ik werk in een groot regionaal ziekenhuis. Er is een hogere drempel dan in Nederland om patiënten over te plaat- sen naar een universitair ziekenhuis, dus we houden patiënten (soms tegen wil en dank) langer bij ons. De kinder-IC heeft geen transportverplichting, dus we moeten zelf vervoer regelen en eventueel mee op transport. Men communiceert minder direct dan in Nederland en als kinderartsengroep regelen en beslissen we minder zelf dan ik vanuit Nederland gewend was. Er is meer tijd per patiënt op de polikliniek en de wachtlijsten zijn langer, mede ook doordat de gezond- heidszorg anders gefinancierd wordt en er geen concurrerend ziekenhuis in de buurt is. Bij ons komt ruim de helft van de artsen uit het buitenland, dus je wordt echt wel gewaardeerd als ‘immi- grant’. Zeker omdat het de buitenlandse artsen zijn die het leeuwendeel van de voor- en achterwachten doen, terwijl de meeste Zweedse artsen alleen tijdens kantooruren werken.” Sommige Zweedse collega’s zijn wel


geïnteresseerd in hoe het in Nederland gaat, maar verder doen ze het werk graag op hun eigen manier, vertelt Te Poele. “Ook omdat de resultaten in Zwe- den gewoon erg goed zijn. In discussies die we hebben, komt wel naar voren hoe men zaken in verschillende landen aanpakt. Ook voor mij is dat natuurlijk erg leerzaam.”


<


Op vakantie naar Noord-Europa? Zie voor insidertips pagina 46.


<


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92  |  Page 93  |  Page 94  |  Page 95  |  Page 96  |  Page 97  |  Page 98  |  Page 99  |  Page 100