search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
52


de marxistische, door Moskou en Cuba gesteunde MPLA-regering en het door Zuid-Afrika en de VS gesteunde UNITA, slaagden de VN er in 1991 in een vredesakkoord te bereiken tussen de strijdende partijen. Een jaar later werden er verkiezingen uitgeschreven. De MPLA won die. Kort daarop werd Richters uitgezonden naar Angola. ‘Het was een zogeheten waarne- mingsmissie. Onze opdracht was te monitoren of de voorheen strijdende partijen zich aan afspraken hielden. Iedereen zou zijn wapens inleveren en er zou een centraal leger komen.’ Richters werd op eigen verzoek gesta- tioneerd op een buitenpost, midden in de jungle van centraal Angola. ‘Op een plek die eigenlijk bemand hoorde te zijn door vijf mensen, zat er maar een: een Braziliaanse kapitein, Cyrillo. Hij sprong meteen in de houding toen hij mij zag en vroeg: “Are you a good cook, sir?” De man kon zelf niet koken en verheugde zich op een goede maaltijd. Ik vind koken leuk, dus eten bereiden heb ik al die tijd gedaan.’ Aanvankelijk leek het een rustige missie te worden. ‘Ons werk was patrouilleren en rapporteren wat we waarnamen. Dat verliep vooralsnog betrekkelijk vreedzaam. Ondertussen moesten we onszelf in leven houden. We werden sporadisch bevoorraad vanuit de lucht, maar kochten ook eten op de lokale markt, of deden aan ruilhandel met bewoners van een dorp vijfhonderd meter verderop. Olie tegen rijst of eieren. Wij hadden een aggregaat waarmee we het dorp soms van licht voorzagen en kregen dan in ruil een kip.’


Grimmig Wat eerst ‘bijna een vakantie’ leek, kreeg gaande de tijd een steeds grimmiger karakter. ‘Ik had iedere avond om 20.00 uur radiocontact met Nederlandse militairen die elders


UN Angola Verification Mission II


In Angola, dat sinds de onafhankelijkheid in 1975 vrijwel constant in een burgeroorlog was verwikkeld, maakte een vredesakkoord op 31 mei 1991 tijdelijk een einde aan het geweld. De United Nations Angola Verifica- tion Mission II moest helpen toezicht houden op de wapenstilstand en de ontwapening en demobilisatie van de strijdende partijen. Nederland ging hieraan in de loop van 1991 deelnemen met vijftien militaire waarnemers en tien politiewaarnemers (marechaussees). Zij werden samen met hun buitenlandse collega’s in kleine groepjes verspreid over het land ingezet. Na de verkiezingen van september 1992 laaide de burgeroorlog echter weer op. De ongewapende waarnemers stonden machteloos. Pas toen de strijdende partijen in november 1994 een nieuw vredesakkoord sloten en een veel robuustere vredesmacht (UNAVEM-III) tot stand kwam, kwam de situatie weer onder controle.


in het land gestationeerd waren. Na drie weken hoorden we voor het eerst berichten over opnieuw oplaaiend geweld. Rebellen bestookten het regeringsleger met wapens die ineens overal vandaan leken te komen.’ Wie die wapens leverde, weet Richters niet. Cyrillo en hij maakten tijdens hun patrouilles ook ineens schokkende geweldsincidenten mee. ‘Een man die in de rij stond voor drinkwater uit een tank en voordrong, werd door een andere man koelbloedig door het hoofd geschoten. Op een marktplein zagen we hoe mensen een man aan handen en voeten vastbonden, met benzine overgoten en in brand staken.’ Richters is achteraf blij dat hij ongewapend was. ‘Ik had mijn wapen anders mogelijk gebruikt en dat met mijn leven moeten bekopen.’ De berichten over de opnieuw oplaai- ende burgeroorlog namen in de weken erna alleen maar toe. ‘Op een bepaald moment kregen we de opdracht te vertrekken, omdat we anders zouden


worden ingesloten door rebellen.’ De tocht die Richters en zijn maat vervol- gens per jeep ondernamen naar de VN-post in Benguela, een havenstad aan de westkust van Angola, zal hij nooit vergeten.


Dante’s inferno ‘We waren ’s morgens in alle vroegte vertrokken. Even buiten het dorp zagen we de dorpsoudste dood in de berm liggen. Hij was een paar dagen eerder nog bij ons geweest met zijn vrouw, om ons zijn pasgeboren baby te laten zien. Niet veel later, voorbij een bocht, zagen we een tafereel dat ik alleen maar kan omschrijven als Dante’s inferno. Brandende voertuigen, tientallen doden, op de weg en in de auto’s. Een legerkonvooi was er aangevallen door rebellen.’ Op de weg lagen allemaal dode lichamen, maar uitwijken naar de berm durfden Richters en zijn maat niet. ‘Angola stikte van de landmijnen. Als wij op patrouille waren, piesten we staand vanuit de auto. We zijn om te ontkomen over die dode soldaten heengereden.’ Richters vindt het vreselijk om eraan terug te denken. ‘Toen we er voorbij waren, zei ik tegen Cyrillo: “God kan daar niet geweest zijn.” Waarop hij ant- woordde dat hij hopelijk wel bij ons op de achterbank zat.’ Voor de twee aankwamen in Benguela, werden ze bedreigd door twee gedrogeerde jochies – ‘kinderen


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76