De veteraan


21


‘In Nederland sloeg de stemming snel om’


AOOi Spencer Pattiwael van Westerloo maakte de laatste maanden en de val van de enclave Srebrenica mee. Samen met dertig andere Nederlandse mili- tairen werd hij een aantal dagen door de Bosnische Serviërs gegijzeld.


Tekst Rein Bijkerk Fotografi e Mark van der Zouw


Deze gebeurtenissen spelen nog steeds een rol in zijn leven als actief militair en Srebrenicaveteraan. Ook al omdat hij later in Uruzgan ervoer hoe succes kon worden geboekt dankzij training, reële ‘rules of engagement’, robuuste bewapening en een slimme combinatie van militaire en civiele middelen. Pattiwael van Westerloo komt uit een KNIL-familie. ‘Ik heb mijn dienstplicht


gebruikt om te kijken of het leger echt wat voor me was en dat bleek het geval’, aldus Pattiwael van Westerloo. Hij koos bewust voor de Luchtmobiele Brigade. ‘Dat was een nieuwe eenheid en dus pionieren, dat sprak mij aan. En er waren reclamespotjes met spec- taculaire beelden. Die hebben mij en vele collega’s ook naar de Luchtmobiele Brigade gelokt.’ Pattiwael van Westerloo is inmiddels 52 en meervoudig veteraan. Na Srebrenica diende hij opnieuw in Bosnië, later werd hij uitgezonden naar Afghanistan, Irak en nogmaals Afghanistan. Momenteel vervult hij als adjudant-onderoffi cier instructeur in Assen de functie van opleidings- en trainingsbegeleider.


Goed moreel Pattiwael van Westerloo was betrokken bij de training van de militairen van de eerste twee Srebrenicabataljons. ‘Ik leidde jongens op terwijl ikzelf geen praktijkervaring had. Daarom wilde ik mee met Dutchbat III en dat lukte uiteindelijk.’ In de enclave, waar hij


in januari 1995 met zijn eenheid aan- kwam, bracht hij de langste tijd door bij Potoc


ˇari, drie kilometer boven het


plaatsje Srebrenica. Pattiwael van Westerloo: ‘Ik was groepscommandant en als we op onze observatiepost zaten, meestal was dat de observatiepost November, had ik de verantwoordelijkheid voor twaalf tot dertien personen.’ Veel militairen waren nog jong, rond de 18 jaar, zelf was hij 27. Er was een vaste routine van wachtdienst, de omgeving in de gaten houden, patrouilleren en rapport uit- brengen. Na twee weken op een obser-


‘Er was een routine van wachtdienst, patrouilleren en rapport uitbrengen’


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76