Lezerspost REACTIE NT/DENTZ G
hun nieuwe wereldburger gaaf houden, te beginnen via het consultatiebureau. En daar houdt het niet op, die informatiever- strekking moet levenslang plaatsvinden: de crèche, de kinderopvang, het onderwijs – neem naast lessen algemene gezondheid ook structureel een hoofdstuk mond(ver) zorg(ing) op – sportclubs, buurthuizen et cetera. Allemaal hebben een taak bij het informeren over het in stand houden van een gezond gebit.
James Huddleston Slater sr, Tricht
eachte collega, u schetst hier het beeld dat tandartsen niet of nauwelijks streven naar het bevorderen van
een goede mondgezondheid van de bevolking en zich enkel bezighouden met de invasieve behandeling van cariës. Ook houdt u onze beroeps- groep volledig verantwoordelijk voor de effectiviteit van preventie, terwijl de dagelijkse preventie juist het verschil maakt tussen gezond en ongezond, zoals u in het tweede deel van uw brief inzichtelijk maakt. Helaas geschiedt ‘het kwaad’ door een groot aantal factoren, waarvoor in de basis ook de politiek verantwoordelijk is en waarbij onze sector soms moet dweilen met de kraan wijd open. Denk aan de zeer schade- lijke suikerlobby. Daardoor is curatie nog vaak de beste preventie als erger moet worden voorkomen en daarvoor is voldoende capaciteit vereist – en über- haupt, wil men kwalitatief hoogwaar- dige mondzorg kunnen leveren. Die capaciteit is gaandeweg echter steeds verder onder druk komen te staan zonder dat de noodzakelijke aanvul- lende maatregelen worden genomen. Maatregelen die ook u in uw betoog ook onderstreept.
Uw ideaal is lovenswaardig, maar voor de benodigde gedragsverandering is meer nodig dan dat wat een tandarts of mondhygiënist kan bewerkstelligen. En het onttrekken van kostbare en schaar- se capaciteit aan de noodzakelijke
curatieve zorg biedt geen enkele oplos- sing voor wat een veel breder en dieper geworteld maatschappelijk probleem is. Daarbij is het opleiden van meer tandartsen niet synoniem aan meer onterechte curatie. Uw betoog draagt daarmee helaas niet bij aan het hooghouden van het vertrouwen in de tandarts en doet af aan alles wat deze voor de Nederlandse mondgezondheid betekend heeft. Het doet mij denken aan het NRC artikel ‘Weg met de her- oïsche tandarts’ van 16 februari 2018, waarin de lezer dezelfde en meer ver- dachtmakingen aan het adres van onze beroepsgroep gepresenteerd werd. Ik citeer een deel van uw bijdrage aan dat artikel: “Een net afgestudeerde tandarts verdient 5.000 euro per maand, het dubbele van een jonge arts. Beginnend tandartsen hebben geïnvesteerd in dure apparatuur, die moet dan ook gebruikt worden. Al borend halen ze hun inves- teringen eruit, preventie loont niet.”
Het terechte pleidooi voor een bredere inzet op preventie en het aanwijzen van meerdere verantwoordelijken is sterk genoeg. Het herhaaldelijk verdacht maken van onze beroepsgroep om dat doel te bereiken is echter irrationeel en schadelijk en kan alleen maar maat- regelen van de overheid in de hand werken, die uw vakgenoten niet zullen helpen de mondgezondheid van de Nederlandse bevolking nog verder te verbeteren.
Ravin Raktoe, hoofdredacteur NT/ Dentz en bestuurslid KNMT
MAART/APRIL 2021 NT DENTZ 77
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80
