Deelname missie (% terecht)
minder positief wordt beoordeeld. Denk bijvoorbeeld aan de missie in Uruzgan. Toen daar een politieke discussie over werd gevoerd in 2011 had die invloed op de mate waarin de publieke opinie deelname aan de missie als terecht beoordeelde. In 2008 vond 45 procent dit terecht, in 2011 was het 40 procent. Daarna krabbelde de steun in 2012 weer op naar 44 procent. Voor de missie naar Libanon (1979-’85) heeft dit ook gespeeld. In 2004 is er veel media- aandacht geweest voor deze missie, omdat deze toen 25 jaar eerder van start ging. Hierdoor steeg het posi- tieve oordeel over de terechtheid van deelname aan deze missie tijde- lijk, om vanaf 2007 – toen de media- aandacht was afgenomen – weer te dalen en uit te komen op het niveau van 2003. In het algemeen kan worden gezegd, over alle missies die door de jaren heen in kaart zijn gebracht, dat hoe langer geleden een missie plaats- vond of hoe minder aandacht ervoor is (geweest) in de media, hoe minder het nog in de hoofden van de men- sen zit en hoe minder zij een oordeel uitspreken over deelname aan die missie. Het is dus niet zo dat deel- name aan deze oudere missies vaker als ‘onterecht’ wordt beoordeeld, maar men weet er gewoon minder van en kan niet goed oordelen. Op het moment dat een missie opnieuw in de belangstelling komt, is het afhankelijk van de manier waarop dat gebeurt, hoe dat uiteindelijk uitwerkt op de publieke steun (ach- teraf) voor deelname aan de missie.
Terechtheid versus waardering Naast vragen over bekendheid en terechtheid is ook de vraag gesteld in hoeverre Nederlanders waarde- ring hebben voor de veteranen die destijds zijn ingezet in de betref- fende missies. Je zou kunnen ver- wachten dat wanneer deelname aan een missie door velen als ‘niet terecht’ wordt beoordeeld, dit ook in negatieve zin afstraalt op de waar- dering van de individuele veteraan. Dat geldt inderdaad, maar slechts in een beperkte mate. Veteranen van missies die hoger scoren op ‘terecht- heid’ worden inderdaad wat hoger gewaardeerd. Dit is zichtbaar in de tabel hierboven, afkomstig uit het publieke opinieonderzoek dat in 2016 is uitgevoerd.
Nieuw-Guinea (1950-1962)
Libanon (1979-1985)
Cambodja (1992-1993)
Voormalig Joegoslavië (1991-heden)
Afghanistan (2002-heden)
Irak (2003-2005)
Waardering militairen missie (%)
Nieuw-Guinea (1950-1962)
Libanon (1979-1985)
Cambodja (1992-1993)
Voormalig Joegoslavië (1991-heden)
Afghanistan (2002-heden)
Irak (2003-2005)
Terecht Niet terecht/onterecht Onterecht Weet niet 16 26 18 39 42 38 Veel 41 47 43 57 62 60 25 26 28 26 30 28
Niet veel of weinig waardering
19 19 19 19 19 19 13 8 10 10 11 14 Weinig 5 3 4 5 4 5 44 40 44 25 18 20 Weet niet 36 30 34 19 14 15
Wat evenwel ook een tendens is over alle missies, bekend of onbekend, lang geleden of recent, is dat de waardering voor de veteraan altijd beduidend hoger is dan het oordeel over de terechtheid van deelname aan de missie. Dat is een interessante dynamiek en het is de vraag hoe dat komt. Het lijkt erop dat militairen/ veteranen vooral worden gewaar- deerd om hun inzet en niet zozeer om waarvoor ze precies werden ingezet. Driekwart van de Neder- landers geeft aan positief tegenover veteranen te staan, ongeacht de missie, zo blijkt keer op keer uit het opinieonderzoek. Het doet er voor de waardering van de veteranen zelf dus minder toe of de missie waaraan ze deelnamen in de ogen van veel Nederlanders terecht of onterecht was. Veteranen die hebben deelge- nomen aan een missie die later in opspraak is gekomen, zoals recen- telijk nog de dekolonisatieoorlog in voormalig Nederlands-Indië, worden daar dus nauwelijks persoonlijk op aangekeken. Veteranen van omstre- den missies worden blijkbaar ook dan gezien als bijzondere mensen die
onder risicovolle omstandigheden hun werk deden en in opdracht van onze samenleving zo goed mogelijk hun missie volbrachten.
Compliment Al met al wordt deelname aan de ene missie dus als meer terecht gezien dan aan de andere, maar dat beeld verandert door de tijd. Het is onderhevig aan veranderingen in het collectieve geheugen van Neder- land. Het algemene publieke beeld van de veteraan zelf is veel stabieler en staat grotendeels los van de meningen over de missies. Neder- landers hebben veel waardering voor veteranen en zij hebben een positief beeld van hen. In de vragen- lijst die jaarlijks wordt voorgelegd aan Nederlanders wordt gevraagd met welke termen zij een veteraan associëren. Dan noemen zij in over- grote meerderheid dat een veteraan iemand is die plichtsgetrouw, behulpzaam, moedig, dapper en trots is. Naast de waardering die Nederlanders dus hebben voor hun inzet is een mooier compliment nauwelijks denkbaar.
mei 2017 23
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65