This page contains a Flash digital edition of a book.
20 amsterdam


Sindswoensdag is Eberhardvan der Laan burgemeestervan Amsterdam. Watvoor burgemeesterwil hij zijn?Enwaarom solliciteerde hij? ‘Een vriend zei:jebenteen beetje de zendeling dienaar de allerergste buitenpost moet.’


tekstHUGOLOGTENBERG enBASSOETENHORSTfotoJEAN-PIERREJANS


Watishet grootste probleemvande stad? “Ik moet me noginwerken, dusik kanniet al te stelligzijn. Zoals ik het nuzie,zijn datdebezuinigingen.De gemeentekrijgt meertaken met minderrijksgeld. Datiszwaar,in combinatie met de economische crisis die ons als internationalestad hardraakt.Onze positie als financi- eelcentrum en het toerismestaan onderdruk.Tochstaat de stad er over de helelinie behoorlijk goed voor;iktrefhaar in eengoedecon- ditie aan. Al zijn er aardigwat Am- sterdammers die zeggen dat de vei- ligheid nogniet op orde is.”


Vindtudat ook? “Datissimpel voor eenburgemees- ter: alsAmsterdammers dat vinden, dan is het zo.Ikvind er zelf ook iets van. De sfeerlijkt grimmigertewor- den: Joodse kinderen met keppel- tjes die worden belaagd, in Noord gaat eensteen doordevoorruit van een brandweerauto.Dat baartme zorgen, want het past niet bij de stad. En dan hebben we nogandere problemen,zoals die met hangjon- geren.”


Watvoor burgemeesterwiltuzijn? “In elk gevaleen burgervadervoor iedereAmsterdammerdie hulpno- digheeft.Ikwil ook dat we een ver-


‘Dat deed pijn: de rest vanhet land gunt de stad weinig’


antwoordelijkestad zijn, datweons allemaal verantwoordelijk voelen als mensen in de knel zitten. Dat geldtook voor de vorm vandiscri- minatie waar ik net over sprak. Dat trek ik me aan als burgemeester, maar het zou fijn zijn als alleAm- sterdammers dat doen.Als je in de tram zit en het gebeurt, kunjejeer- meebemoeien. Dat is eenechteAm- sterdamse eigenschap; dusdaar wil menbest inworden aangemoedigd, denk ik.”


Uzei inuwinstallatierede eenver- antwoordelijke burgemeestertewil- len zijn.Datklinktweinig onder- scheidend.Welke burgemeesterwil datniet? “Het heeftvoor mij de betekenis:als het niet goed is,eropaf. Als minister hebikgoedeervaringenmet wijk- bezoeken. De allereerstekeer voel- de het als spijbelen.Alsnel begreep ik dat het eenkern wasvan het werk, omdat je leerthoe eenpro- bleem in elkaar zit,hoe het beleefd wordtenwatbetrokkenenalsoplos-


sing zien.Enjekunt meteen de on- zin tegenspreken,want die zit er na- tuurlijk ook bij.Derest vandeweek kunjeals bestuurder helpen die problemen op te lossen.Ikheb het voornemendat ook in Amsterdam te doen:eens in de twee wekenop vrijdagmiddag, met wethoudersen andere verantwoordelijken.”


Ubrengt het alsiets opzienbarends. “Ik zegniet dat het ideenieuwis, maar ik vind het welbelangrijk. Het ideeisdewijken gestructureerdaf te werken, opdat iedereenweet: ik kanpratenmet de burgervader.”


Watheeftugeleerd overAmsterdam tijdensuwministerschapwaar uiets meekuntals burgemeester? “AlsAmsterdammerdeed het pijn te merken dat de rest vanhet land de stad weiniggunt.Dat heeft iets normaals,want zo kijktdeFrans- manook naar Parijs.Het gaat in Ne- derland ietsverder,het is onvrucht- baar.”


DeAmsterdamsearrogantie leidt tot afgunst? “Ik geef geen waardeoordeel over het verleden. Ik kreegals minister welAmsterdammers op bezoek die eenvoorstel presenteerden als iets watnietkonwordenafgeslagen.Die ervaringenhadden andere be- windsliedenook. Als je het iets min- derbrengtalseenaanboddat je niet kunt weigeren, zijnmensen meer geneigd te luisteren. Amsterdam kandecontacten met het rijk verbe- terendoor goed oogtehebben voor de belangenvan anderen.”


Kuntueen voorbeeldgeven? “De OlympischeSpelen. Er is nu competitie tussenAmsterdam en Rotterdam als organiserendestad voor de Spelen van2028.Amster- dam is het internationalemerk waarmeewenaar mijn ideeeenveel groterekans maken op het binnen- halenvandeSpelen.Datneemtniet wegdat je die nooitzonderdesteun vanRotterdamkunt organiseren. Zij hebben bijvoorbeeld plannenvoor eennieuwvoetbalstadion. Soms kandenaam Amsterdam helpen iets te bereiken. Die manier van denken vindikvruchtbaarder.”


Welkerol zietuvoor uzelfbij de Noord/Zuidlijn? “Ik moet er me noginverdiepen, maarhetisduidelijkdatdegemeen- teraadenhet college erbovenopzit- tenendeburgemeester dusook. Eenbelangrijke conclusie vande enquêtecommissie wasdat er meer regie moest komen.”


Zultuzich alsburgemeestervaker bemoeien met belangrijke dossiers die niet onderuwdirecte verant- woordelijkheid vallen? “Ja,waarbij aangetekendmoetwor- den dat moet blijken hoedat uit- werkt.Bij de Noord/Zuidlijn is het


ZATERDAG 10 JULI 2010 ‘Ik beneen chauvinistische


EberhardvanderLaanthuisopSporenburg.‘Misschienishetnietzogelukkigmetdrie


evident.Jezoueensufferdzijn als je niet leertvan alles watmis is ge- gaan. De burgemeester draagt de verantwoordelijkheid voor zorgvul- dige besluitvorminginhet college, wathemeen titelgeeft zichmet din- gentebemoeien.Het zou mij, te- recht, kwalijk worden genomen als iknute veel afstandhoud.”


Eenander belangrijkdossierwaar- bijuwbetrokkenheid relevant is,is Marhaba. “Datistochdat Arabische, islamiti- sche debatcentrum?Ikdacht dat het initiatief al half terzielewas.Als krantenlezerheb ik tenminstebe- grepen dat het initiatief niet goed vandegrond is gekomen. Ik wil eerstwetenwaaromdat zo is.”


JobCohenmaakte zich er persoon- lijkhardvoor.Hoe staatu,gevoels- matig,tegenover zo’n initiatief? “Toenik vanhet ideehoorde,wasik ook enthousiast en dat ben ik op zichnóg.Een dergelijkcentrum,zo- als je in Parijs het InstitutduMonde


Arabehebt, kanAmsterdammers een inkijkgeven in de islamitische wereld en een plaatszijn waar ge- discussieerdwordt.Datkanheel sti- mulerendzijnvoordenieuwsgierig- heid en het zelfbewustzijn vanveel nieuweAmsterdammers.”


Even terug in de tijd.12maart ver- trok Cohen alsburgemeester.Wan- neer begon bijuhet ideeterijpen datumoest solliciteren? “Ik hebhet een tijdje vanmeafge- houden, omdat ik eind februari, in de week na de valvan het kabinet, had beloofd in Den Haagteblijven. Ik had veel op de rails gezet (als mi- nister vanWonen, Wijken en Inte- gratie –red.),maar bijnaniets afge- maakt en de sfeerinhet integratie- debat in Den Haagvond ik redelijk grimmig. Ik dacht: dat kanbeter, daarwil ik eenbijdrageaan leve- ren.”


Wanneer wistudat Cohenwegzou gaan? “Ik denk eenweek voordat het be-


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92  |  Page 93  |  Page 94  |  Page 95  |  Page 96  |  Page 97  |  Page 98  |  Page 99  |  Page 100  |  Page 101  |  Page 102  |  Page 103  |  Page 104  |  Page 105  |  Page 106  |  Page 107  |  Page 108  |  Page 109  |  Page 110  |  Page 111  |  Page 112  |  Page 113  |  Page 114  |  Page 115  |  Page 116  |  Page 117  |  Page 118  |  Page 119  |  Page 120  |  Page 121  |  Page 122  |  Page 123  |  Page 124  |  Page 125  |  Page 126  |  Page 127  |  Page 128  |  Page 129  |  Page 130  |  Page 131  |  Page 132  |  Page 133  |  Page 134  |  Page 135  |  Page 136
Produced with Yudu - www.yudu.com