search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Tekst: Willem Melchior Beeld: Fjodor C. Buis


Spiegel 033


Op deze plek verhalen schrijvers, journalisten en publicisten over een persoonlijke ervaring met de gezondheidszorg en houden ze (para)medici een spiegel voor.


Beer


Dat is geen amulet, dacht ik verontwaardigd


Beer kocht ik een week na mijn eerste grote operatie, die, bedoeld om te voorkomen dat ik mijn hele strottenhoofd kwijt zou raken, me in elk geval al mijn halve strottenhoofd gekost had. Vernield lag ik in het ziekenhuis. Ik wilde al een tijdje een beer. De mensen waren lief en brachten van alles voor me mee, bloemen, een luchtje, een boek, en als ik zin had in een krant, gingen ze die beneden voor me halen. Maar niemand kwam op het idee een beer voor me te kopen. Op een ochtend verschenen er twee dames met een winkel. Die bestond uit twee wagentjes vol koopjes: speelgoed, kantoorartikelen, accessoires. Tussen de knuffeldieren boven op de voorste wagen zat zowaar, ernstig en een beetje verloren, de beer die ik Casper bij zijn geboorte had gegeven. Even overwoog ik hem te nemen, hoewel ik het gek vond om precies dezelfde beer te hebben als mijn neefe van acht. Toen ontdekte ik aan de andere kant van de wagen nog een beer, kleiner, met een goudbruine, verrukkelijk zachte vacht en een vrijwel onweerstaan- baar aandoenlijke, want een beetje zielige en licht verwijtende, uitdrukking op zijn snuit. Grote oren, half verstopte oogjes, neus stevig vooruit. De bolle buik en ledematen zijn goed gevuld maar slap en laten zich dus in elke houding schikken, en dan heeft hij ook nog grote voeten, met zolen van dezelfde stugge, donkerbruine stof als zijn strik.


Willem Melchior debuteerde in 1992 met De roeping van het vlees. Inmiddels heeft hij elf boeken op zijn naam staan. De laatste twee, De tijd is op en Alles wat was, gaan over de keelkanker die hem vijf jaar geleden het strottenhoofd kostte.


Ongeveer een halve middag leek Beer zich erover te verbazen dat hij bij een man van middelbare leeftijd terechtgekomen was. Ook ik was verlegen, me afvragend of ik me soms iets op de hals had gehaald. Daarna waren we onafscheidelijk, alsof het nooit anders was geweest. Beer sliep aan mijn wang wanneer ik sliep, zat op mijn schoot wanneer ik at en sloeg me vanaf het bed met kalme aandacht gade wanneer ik door de kamer schuifelde. De kinderen hadden hem onmiddellijk in de gaten, hun gezicht lichtte op. Ferrán, die zeven was, vond het een beetje gek, maar schikte zich goedmoedig, terwijl je Dhana, met haar drie jaar, heel even zag denken: die beer moet voor mij zijn, want oom Willem is er veel te groot voor. En ze schoten in de lach wanneer Beer zwaaide, of zijn hoofd scheef hield, of zich achter zijn oor krabde. De verpleegkundigen glimlachten, een van hen zei: “Ach, wat leuk, een amulet.” Dat is geen amulet, dacht ik verontwaardigd. Dat is Beer. Maar toen ik een paar dagen later te horen had gekregen dat het strottenhoofd er alsnog helemaal uit moest – de hoofd-halschirurg had het me met grote meewarigheid medegedeeld, mijn moeder grijnsde krampachtig, mijn broer zette grote ogen op en de verpleegkundige kwam er aangesneld om te zien hoe ik me onder de onheilstijding hield –, haalde ik mijn schouders op en zei ik tegen Beer: “Jij bent ook een amulet van niks.” Hij schrok, een ogenblik ontsteld, hoewel hij natuurlijk onmiddellijk begrepen had dat het een grap was.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92  |  Page 93  |  Page 94  |  Page 95  |  Page 96  |  Page 97  |  Page 98  |  Page 99  |  Page 100