Tekst: Martijn Reinink Beeld: Shutterstock
Column
Financiële kennis ontbreekt vaak bij praktijkovername
Een groot deel van de huisartsen die een praktijk willen overnemen, beschikt over onvoldoende financiële kennis om het overnameproces soepel te laten verlopen. Dat blijkt uit een enquête van het Nivel onder ruim duizend startende en stoppende huisartsen, tandartsen en apothekers. Stoppende praktijkhouders uit deze drie beroepsgroepen oordelen
dat zij wel over voldoende financiële informatie beschikken voor een praktijkovername. Toch maken zij evengoed gebruik van ondersteu- ning bij een overdracht. Ze nemen met name adviseurs in de hand voor de financiële onderhandelingen en om hun praktijk goed in de markt te zetten. Startende praktijkhouders – en dan met name startende huisartsen –
geven aan veel behoefte te hebben aan advies over hoe het overname- proces in zijn werk gaat, de financiële aspecten en de combinatie met de privésituatie. Uit het Nivel-onderzoek blijkt dat hier tijdens oplei- dingen slechts summier aandacht aan wordt geschonken. Verder blijkt uit de resultaten dat de huidige praktijkhouders
minder vaak een ondernemingsplan hebben opgesteld dan hun collega-starters dat van plan zijn te doen. Van de drie ondervraagde beroepsgroepen stellen huisartsen minder vaak een ondernemings- plan op dan tandartsen en apothekers. Ook als het gaat om het vragen van goodwill verschillen de beroepsgroepen van elkaar. Bij een derde van de huisartsen stuit dit op principiële bezwaren; tandartsen en apothekers hebben die bezwaren niet. Tot slot vinden afzwaaiende apothekers het een aantrekkelijk idee om na de overname de praktijk te blijven financieren. Huisartsen en tandartsen zien dit niet zitten.
Voor informatie of hulp bij een overdracht van een praktijk kunt u terecht op
vvaa.nl/advies/praktijk-beeindigen
Wkkgwat? Peter Boot is adviseur bij VvAA financieel-economisch
adviesbureau
U heeft er vast eerder van gehoord. Er is in dit blad dan ook al de nodige aandacht aan besteed. Nu de laatste fase van de invoering, 1 januari 2017, naderbij komt wil ik er op deze plaats toch nog eens aandacht aan besteden. Ik heb het over de Wkkgz, de wet die sinds dit jaar geldt. Dat doe ik omdat nog niet voor iedereen helemaal duidelijk is wat de gevolgen van deze wet zijn. Onlangs sprak ik op een congres met een tandarts
over deze nieuwe wet. De tandarts meende haar zaken goed op orde te hebben omdat ze een klachtenregeling heeft. Ze keek er dan ook van op dat de Wkkgz veel verder gaat dan alleen een klachtenregeling. De Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg, zoals
de Wkkgz voluit heet, beoogt regulering om tot een betere kwaliteit in de gezondheidszorg te komen en geeft regels over wat patiënten moeten doen als zij een klacht hebben en hoe de zorgverlener daarop moet re- ageren. Ten aanzien van het onderwerp klachten geldt
De wet is veel meer dan alleen een klachtenregeling
dat patiënten vanaf 1 januari 2017 terecht moeten kunnen bij een klachtenfunctionaris die is aangesloten bij een geschilleninstantie. Voor de tandarts met wie ik in gesprek was, leek dit ingewikkeld gezien de be- perkte omvang van haar praktijk. Maar inmiddels zijn er initiatieven waarbij zorgprofessionals met een kleine praktijk zich kunnen aansluiten zodat ook zij gebruik kunnen maken van de diensten van zo’n functionaris. Een ander belangrijk punt is de vergewisplicht.
Ook de tandarts met wie ik in gesprek was, moet met iedere zorgverlener die voor haar werkt een schrif- telijke overeenkomst hebben waarin staat aan welke normen de zorgverlener moet voldoen. Bij nieuwe medewerkers moet vóór aanvang van de werkzaam- heden zelfs het functioneren worden nagegaan. Tot slot moeten medewerkers van de praktijk incidenten veilig kunnen melden met als doel hiervan te leren en deze in de toekomst te voorkomen. De Inspectie voor de Gezondheidszorg houdt toezicht op naleving van de wet en kan aanwijzingen, bevelen en zelfs boetes opleggen als sanctie. De tandarts met wie ik sprak, vond het prettig te vernemen dat zij een aantal zaken kan uitbe- steden, zoals de vergewisplicht en de klachtenregeling.
peter.boot@
vvaa.nl
ArtsenAuto september 2016
027
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92