search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
uitvoeren. Maar dat is dan geheim, want het wordt niet aan de Tweede Kamer gemeld.”


De geheimhouding heeft volgens De Jong alles te maken met het garanderen van het succes van de missie. “Het verrassingseffect is soms essentieel bij het in kaart bren- gen van strategische doelen of middelen. Dan wil je dat dus niet aan je tegenstander laten weten. Het kan ook zijn dat je samenwerkt met andere NAVO-landen die geheim- houding eisen. Of vanwege de veiligheid van je eigen per- soneel. Als mensen weten dat je komt, loop je het risico dat ze weerstand bieden. Dus hoe minder men weet, hoe veiliger het is. En soms doe je dingen geheim om je eigen manier van optreden niet te verraden, welke technieken en procedures je gebruikt.”


nog een graadje erger. Omdat ze bijna standaard in een minder veilige omgeving opereren in hele kleine eenhe- den. Dus je hebt ook niet de veiligheid en ondersteuning van een grote groep om je heen.”


Het niet kunnen praten met je directe omgeving maakt het soms complexer voor de verwerking als je terugkeert van een missie, beaamt De Jong. “Er zijn ongetwijfeld gevallen waarbij dat een rol speelt, maar bij mijn weten is het niet zo dat daar in groten getale problemen door ontstaan. Leden van de Special Forces zijn gemiddeld ook wat ouder en ervarener dan de gewone militair. De familie loopt dus al een tijd mee en zijn zo langza- merhand gewend aan en opgevoed met het feit dat hun partner of vader langere tijd dingen doet waarvan zij niks mogen weten. Belangrijk is ook dat die familie ook weer familie van elkaar is geworden en met elkaar dingen kan delen. Ze komen elkaar op thuisfront- dagen tegen en weten van elkaar: mijn man is met jouw man op missie.”


Zwijgplicht Voor verwerkingsproblemen die mede


Nederlandse Special Forces zijn op dit moment onder meer actief in Mali. Foto: ministerie van Defensie


Omdat de veiligheid van het personeel ook na een missie een belangrijke rol speelt, waakt De Jong er zelf ook voor om concreet in te gaan op geheime missies waar hij aan deel heeft genomen “We willen niet dat individuele mili- tairen aan geheime missies gekoppeld worden, want vaak zijn bepaalde mensen niet blij met zo’n actie. Een bekend voorbeeld is de beëindiging van de treinkaping bij De Punt in 1975. Er is een periode geweest dat mariniers die daarbij betrokken waren, overgeplaatst werden naar Aruba of Curaçao omdat men bang was voor repercussies vanuit de Molukse gemeenschap.”


Thuisfront


Dat die geheimhouding soms lastig is voor de individuele militair, geeft hij onmiddellijk toe. “Het moeilijkste is dat je het je relatie niet mag vertellen. Maar ik denk dat er qua thuisfront sowieso iets belangrijks veranderd is ten opzichte van het verleden, ook bij conventionele missies. Vroeger had het thuisfront er voornamelijk last van dat je er zes maanden niet was. De kachel gaat kapot en wie lost dat op, dat soort problematiek. Tegenwoordig is het veel meer de angst, want er is geen enkele garantie meer dat je veilig en wel thuiskomt.” Dat geldt voor operaties van Special Forces nog meer. “En als ze geheim zijn, is het


14 APRIL 2015


ontstaan door die zwijgplicht wijst de kolonel op het uitgebreide nazorg- traject. “Dat is een verplichting. Er is een aanwijzing van de Commandant der Strijdkrachten dat iedere militair, dus ook als hij deel uitmaakt van de Special Forces, een bepaalde traject moet doorlopen. Alleen bij geheime operaties wordt dat in een zogeheten ‘gecompartimenteerde omgeving’ afgehandeld. Dat wil zeggen dat niet iedereen kan meelezen met wat daar geëvalueerd wordt. Nazorggesprek- ken worden uitsluitend gehouden door hulpverleners die tekenen voor geheimhouding.”


De zwijgplicht is tegenwoordig niet meer voor eeuwig. “Over het algemeen zit er een termijn aan de geheim- houding van operaties. Als het een puur nationale Nederlandse operatie is, bepalen we dat zelf. Is het een internationale samenwerking, dan gaat het in overleg met andere betrokken landen. We bekijken dan na de gestelde termijn, vaak in overleg met juridische zaken, of we de geheimhouding stop kunnen zetten. Dat is het moment waarop militair-historici of journalisten er iets over kun- nen schrijven.”


Soms blijft de geheimhouding dus van kracht en daar is volgens De Jong een goede reden voor: “Neem bijvoor- beeld onderzeeboten die strategisch inlichtingen inwin- nen voor ons. Ze doen dat omdat je gaat kijken wat je mogelijke tegenstanders zijn in de toekomst. Dat kan bij- voorbeeld Rusland zijn, dat was in het verleden ook niet ondenkbeeldig. Dan wil je wel weten welke middelen zij hebben en wat ze kunnen. Die specifieke strategische informatie, daarvan wil je niet dat de anderen dan weten dat wij het opzoeken en ook niet dat wij het hebben. Want uiteindelijk helpt het ons wel met ons veiligheids- gevoel. Dat is ook een van de redenen waarom je aan geheimhouding doet. Ik spreek in dit verband dus liever niet over geheimzinnig, maar zinnig geheim.”


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65