search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Jan Rotmans: transitie als levensdoel Jan Rotmans (1961) zet zich al zijn leven lang in voor een gezonde, eerlijke én duurzame samenleving. Hij schreef talloze publicaties over klimaatverande- ring, klimaatmodellen en duurzame veranderingen. Na zijn studie toegepaste wiskunde aan de TU Delft, startte hij in 1986 bij het RIVM zijn promotieonder- zoek, en promoveerde in 1990 op het IMAGE-model van klimaatverandering. Van 1995 tot 1997 werkte hij bij de Verenigde Naties in New York. Daarna werd Rotmans de jongste hoogleraar van Nederland, aan de Universiteit van Maastricht, en sinds 2004 is hij als hoogleraar transitiekunde en duurzaam- heid verbonden aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.


Rotmans is tevens oprichter van ICIS (International Centre for Integrated assessment and Sustainable development), Drift (Dutch Research Institute For Transitions), Urgenda (beweging voor innovatie en duurzaamheid), Nederland Kantelt en Zorgeloos, organisaties die bedoeld zijn om de theoretische transi- tiewetenschap te vertalen naar concrete acties en adviezen voor (inter)natio- nale bedrijven, overheden en organisaties in binnen- en buitenland. Daarnaast treedt hij op als adviseur van onder meer de Europese Commissie, Verenigde Naties, Wereldbank en OECD op het gebied van transities en transitiemanage- ment, en verzorgt hij colleges en lezingen in binnen- en buitenland.


 


Ook in de bouw en infra is de circulaire economie zeker nog geen gemeengoed. “Beton is nog steeds een van de meest vervuilende materialen, waar bij de pro- ductie heel veel CO2 wordt uitgestoten. En de toepassingen van beton en ce- ment groeien snel en zijn intussen ver- antwoordelijk voor 5 procent van alle CO2-uitstoot wereldwijd en voor enke- le procenten in Nederland. En er is nog geen doorbraak in zicht”, aldus Rot- mans, die pleit voor een cultuuromslag. “Nu kijken alle betonproducenten maar naar één ding: volume. En niet of nau- welijks naar manieren om beton te re- cyclen of een ander materiaal te gebrui- ken, dat bij productie tot minder uitstoot zou leiden. Zo lang de opdrachtgever dat niet eist, maken ze wegen en ge- bouwen met normaal beton en komen ze niet in beweging.”


  Het Nationaal Betonakkoord, dat vorig jaar juli ondertekend werd door een vijf- tigtal belangrijke spelers in de Neder- landse bouwsector (waaronder Rijkswa- terstaat, Strukton, BAM, VolkerWessels en Cementbouw en VBI) zet in de ogen


28 Nr.3 - 2019 OTAR


van Rotmans onvoldoende zoden aan de dijk. “De bouwsector is een con- servatieve sector die eerst de urgentie moet voelen. Het Nationaal Betonak- koord is een polderakkoord; inmiddels hebben een paar producenten zich weer teruggetrokken. Als je wel je handteke- ning zet, maar vervolgens geen com- mitment toont, blijft alles bij het oude. In dat opzicht is het akkoord te vrijblij- vend, het bevat geen strafmaatregelen en doet dus niet echt pijn als je je er niet aan houdt.” Ook op het vlak van andere grondstoffen zoals zand, staal en grind signaleert de Rotterdamse hoogleraar nog geen doorbraak; bitumen wordt wel gerecycled, maar alleen op kleine schaal. Andere innovaties laten even- eens op zich wachten. “Voor de weg- en waterbouw is er zo veel mogelijk. Denk aan zonnepanelen in de weg, die ener- gie opwekken. Maar ook geluidsscher- men zouden zo veel meer functies kun- nen hebben, van energieopwekking tot het uit de lucht halen van fijnstof. De plannen bestaan al jaren, ook bij Rijks- waterstaat, maar wanneer wordt de eer- ste energieneutrale of circulaire weg aangelegd?”





Om een doorbraak te forceren, is een geheel andere aanpak nodig, meent Rotmans. “Bijvoorbeeld door een kop- groep van bedrijven te formeren, die zich ten doel stelt om over tien jaar alle beton recyclebaar te hebben en tot die tijd energie steekt in het schoner maken van beton. Een coalition of the willing: partijen die willen én kunnen.” Of dit voor bedrijven mogelijk is, hangt samen met hun technische expertise en met lef, want de kosten zijn hoger. “Recy- clen kost eerst meer geld, maar uitein- delijk betaalt de investering zich terug, net als in de energiesector het geval is”, verklaart Rotmans. “Dat leiderschap mis ik nu in de sector en ook breder, in de gehele infrawereld in de woningbouw, utiliteitsbouw, kantoorgebouwen en bij de aanleg van bruggen en wegen. Over- al zie je hetzelfde patroon: er wordt te weinig energie in materialen gestoken. Hoe vervuilend zijn die en hoe zorgen we dat ze schoner worden?” Een kop- groep zou in zijn ogen voorbeeldpro- jecten kunnen ontwikkelen met een uit- stralende werking naar andere partijen: laten zien wat het kost en wat het op- levert. “Na vijf jaar kun je dan een aan-


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48