search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
te dempen golf


in mindering te brengen. In tabel 1 staat uitgelicht hoe deze kosten in de jaren tussen 2000 en 2018 zij n veranderd. ‘Het grootste verschil in de stij ging van de KMO wordt veroorzaakt door de directe kosten, zoals voerkosten en veekosten. Waar deze kosten vroeger eigenlij k niet hoger gingen dan een dubbeltje, gaan die nu vaak al richting de 15 cent per kg melk’, aldus Hoksbergen. De stij ging van directe kosten lij kt gelij k op te gaan met de intensivering van de meeste bedrij ven. Sinds het jaar 2000 zij n bedrij ven intensiever in melkpro- ductie per hectare, door een hogere melkproductie per koe en meer koeien per hectare. Het is dus niet zo gek dat de directe kosten stij gen. Met een hogere melkproductie en meer koeien per hectare moet er immers meer voer aangekocht worden. Van de 7 cent verschil in KMO is dan ook 5 cent toe te rekenen aan directe kosten. In fi guur 1 staat een overzicht van de KMO door de jaren heen, van 2000 tot 2018. Volgens Hoksbergen valt het op dat in jaren van een slechte melkprij s, zoals 2009 en 2016, de KMO een stuk lager ligt. ‘Het lij kt erop dat er een slechte melkprij s nodig is om de KMO af en toe weer even naar beneden te drukken’, licht hij toe. Ook ziet hij dat de laatste jaren de KMO


snel is gestegen. ‘Misschien zij n we meer gewend aan schommelingen in melkprij s, maar ook de belasting- druk is de afgelopen jaren fors toegenomen. Dat heeft ook veel kosten gecreëerd.’


Na intensivering komt automatisering Ook de niet-toegerekende kosten tellen mee in de KMO. Voorbeelden hiervan zij n betaalde arbeid, loon- werk, onderhoud aan gebouwen en machines. Deze kosten zij n de afgelopen jaren gestegen door de in- tensivering. Doordat bedrij ven groeien, is er meer vreemde arbeid en/of loonwerk nodig, wat terug te zien is in de niet-toegerekende kosten. Qua arbeidsproductiviteit zij n de grenzen volgens Hoksbergen wel bereikt. ‘De productiviteit is toege- nomen van 4,5 ton melk per volwaardige arbeids- kracht naar 6 ton melk. Verder gaan is lastig, waar- door je bij de volgende stap in intensivering komt: automatisering.’


Automatisering leidt weer tot nieuwe kosten, bij - voorbeeld melkrobots met bij behorend onderhoud en updates. Die kosten doen natuurlij k ook een duit in de kostprij szak, maar hebben volgens Hoksbergen nog een nadeel. ‘Eigenlij k maak je door fl ink te auto- matiseren je geld over naar mecaniciens in plaats


veeteelt SEPTEMBER 1 2019 7 Door een hogere


melkproductie per hectare en per koe zijn de directe kosten gestegen


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60