search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
SPECIAL XXXXX


EMIGRATIE


sprekend voorbeeld. ‘En je moet ook tegen bureaucratie kunnen, want daar krijg je onvermijdelijk mee te ma- ken. Voor wie zich daarin weet te schikken, is Frankrijk een prima land om te starten en een mooi bedrijf op te bouwen’, vindt de emigratiebegeleider. Voor veehouders met een beperkt budget zijn er moge- lijkheden op pachtbedrijven in Duitsland. Emigreren naar het westelijk deel van het buurland heeft als voor- deel dat de afstand tot Nederland beperkt blijft. ‘Maar in sommige gebieden net over de grens is de pachtprijs nauwelijks lager dan in Nederland’, waarschuwt Boers- ma. ‘Verder naar het oosten zijn meer mogelijkheden voor bedrijfsontwikkeling, maar daar is vanwege de omvang van de bedrijven meer startkapitaal vereist.’ Hoewel avonturen in verre buitenlanden vaak tot de verbeelding spraken, is het aantal Nederlandse melkvee- houders dat het bedrijf hier verkoopt en zich vestigt in bijvoorbeeld Nieuw-Zeeland, zeer beperkt. ‘En om iets op te bouwen in voormalige Oostbloklanden moet je een pionier zijn of beschikken over kapitaal om een groot bedrijf te kunnen kopen en runnen’, aldus Boersma.


Vaker semigratie


De begeleiders wijzen erop dat in het emigratietraject de fiscale consequenties van de beëindiging van een bedrijf in Nederland nog wel eens onderbelicht blijven. ‘Het is zinvol om hier tijdig aandacht aan te besteden. Een goe- de fiscale planning kan zomaar 100.000 euro schelen. Dit betekent dat je – uitgaande van financiering op basis van vijftig procent eigen vermogen – in het buitenland twee ton meer kunt besteden’, geeft Boersma aan. Een constructie die, mede vanuit fiscale overwegingen, aan belangstelling wint, is semigratie. Hierbij wordt een locatie in het buitenland bijgekocht, terwijl het bedrijf in Nederland, eventueel in afgeslankte vorm, wordt voortgezet. ‘In de akkerbouw wordt de dagelijkse leiding over het tweede bedrijf vaak neergelegd bij een bedrijfs- leider. Maar in de melkveehouderij vestigt veelal een familielid zich in het buitenland’, stelt Bennink van


Interfarms vast. ‘Het dagelijks management houden veehouders graag in eigen hand.’


Sociale proces succesfactor Emigratieplannen mogen dan vaak uit zakelijke overwe- gingen worden gemaakt, uiteindelijk bepalen sociale factoren het succes van een verhuizing naar het buiten- land. ‘In Nederland kom je met honderd procent inzet als boer een heel eind. Maar voor een succesvolle emi- gratie moet het hele gezin voor tweehonderd procent achter het avontuur staan’, stelt Arjen Jorritsma. ‘Je moet in je nieuwe thuisland niet alleen werken, maar ook leven’, geeft hij zijn klanten mee. ‘De grootste val- kuil is dat je keihard aan het werk gaat om er na vijf jaar, als je het bedrijf een beetje op orde hebt, achter te komen dat je ook nog buren hebt. Die staan in het begin meestal best open voor contact, maar als jij nooit tijd hebt, hebben ze jou ook niet meer nodig’, vertelt hij. ‘Daarbij is het essentieel dat je de taal leert. In Denemar- ken bijvoorbeeld kun je blijven leunen op Nederlandse adviseurs. Maar of je daarmee ook integreert in je nieu- we thuisland is de vraag’, houdt de begeleider emigran- ten een spiegel voor. ‘Denk niet dat jij het beter weet dan de lokale boeren. Ze werken niet voor niets op hun manier. Natuurlijk kun je best aanpassingen in de be- drijfsvoering doorvoeren. Maar als je je arrogant opstelt, verspeel je snel het respect van je collega’s.’


Wellicht opnieuw emigratiegolf Aan de belangstelling voor verplaatsen naar het buiten- land lijkt voorlopig geen einde te komen. Het zou Frits Bennink niet verbazen als er de komende jaren een nieu- we emigratiegolf op gang komt. ‘Dure fosfaatrechten blijven een rem zetten op groei, banken stellen steeds hogere eisen aan financiering, maar vooral de onzeker- heid rondom de PAS hangt als een donkere wolk boven de sector. Voor ondernemers blijft het buitenland lon- ken. Daar staat men niet zelden met open armen klaar om Nederlandse melkveehouders te ontvangen.’ l


Emigranten in CBS-statistieken relatief oud


Exacte cijfers over emigratie zijn niet bekend. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) registreert wel een deel van de boeren die naar het buitenland vertrekken, maar heeft lang niet alle emigranten in beeld. Niettemin geven de cijfers – die om reden van privacy


46 veeteelt SEPTEMBER 1 2019


zijn afgerond op vijftallen – wel een indicatie. Zo zijn er volgens het CBS in de jaren 2010 tot met 2016 in totaal 105 agrarische onderne- mers geëmigreerd, met Duitsland, België en Frankrijk als meest voorkomende bestemmin- gen. Hierbij ging het in ruim de helft van de


gevallen om veehouders. Opmerkelijk is dat ongeveer een derde van de emigranten in de CBS-statistieken tussen de veertig en vijftig jaar oud is, terwijl iets minder dan een derde zelfs tussen de vijftig en zestig is.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60