COMPETITIE BESTE GRASLANDBOER
namen Gerrit, José, Andy en Lars Oskam aantal melkkoeien 100 grasland 60 ha incl. oppervlaktewater eiwit van eigen land 71% voederwaarde voorjaarskuil 936 vem, 171 ruw eiwit aantal broedparen ca. 90
Gerrit Oskam: ‘Hoge opbrengst en voederwaarde ook haalbaar op veen’
Op de grens tussen Utrecht en Zuid-Holland en omringd door water grazen de koeien van Gerrit, José, Andy en Lars Oskam in Vlist da- gelijks een flinke portie gras bij elkaar. Zeven- tig procent van het rantsoen op de veen- grond bestaat uit vers en ingekuild gras. In een gemiddeld jaar haalt Oskam 12 ton droge stof gras van een hectare, waardoor het per- centage eiwit van eigen land over de afgelo- pen drie jaar op 71 procent komt. De melkveehouders tellen met trots ieder jaar circa 90 nesten van weidevogels. ‘We heb- ben er veel meer dan diverse biologische collega’s in de buurt, ondanks dat we maar 3 hectare met een uitgestelde maaidatum
naam bedrijf Het Bolhuis eigenaar Kurt Sannen aantal vleesrunderen 60 (waarvan 25 zoogkoeien) aantal schapen 100 hoeveelheid grasland 110 ha groei stieren per dag 600-700 gram
hebben en 1,5 hectare voorweiden. Ieder jaar komen de weidevogels toch weer hier terug. Een gangbare bedrijfsvoering is dus zo slecht nog niet. Bemesten geeft voor weidevogels ook belangrijke voeding in en op de grond.’ Om de weidevogels de kans te geven zich te vermeerderen zet Oskam de nesten af bij beweiden. ‘Percelen met te veel nesten weid ik soms daarom niet. En om de broedsels de kans te geven uit te komen maaien we laat. Meestal pas rond 10 mei. Desondanks halen we hier in het veenweidegebied toch met gemak 950 vem bij 170 gram ruw eiwit. Juist dit eiwit maakt het mogelijk om zoveel gras in het rantsoen te voeren.’
Kurt Sannen: ‘Natuurgras is niet allemaal hetzelfde’
Met één rund per 2 hectare is de bedrijfsvoe- ring van het biologische vleesveebedrijf van Kurt Sannen in Diest bijzonder extensief. ‘We beheren natuurgronden, waarvan gras gezien wordt als afvalproduct. Dat proberen we met onze koeien van het Kempische roodbonte dubbeldoelras zo goed mogelijk tot waarde te brengen’, zo legt Sannen uit. Dat lukt door- dat het gras van de 100 hectare natuurgras volgens Sannen niet allemaal hetzelfde is. ‘Van het betere gras maken we kuilgras, het mindere gras laten we begrazen en slecht gras gebruiken we als strooisel in de potstal. En van het echt slechte gras maken we sa- men met onze stalmest compost, dat we weer
eigenaren Ton, Ria, en Auke Spijkerman, Wapserveen aantal melkkoeien 85 hoeveelheid grasland 70 ha vers gras in rantsoen 57% eiwit van eigen land 85% krachtvoerkosten/kg melk 6 cent
gebruiken op de grasklaverpercelen. Zo ma- ken we de kringloop helemaal rond.’ Sannen probeert wel te sturen in de kwaliteit van het natuurgras. ‘Wanneer we vanaf 1 juni mogen maaien, maai ik pas na een paar da- gen zon, zodat het gras smakelijker is door een hoger suikergehalte.’
Sannen is er trots op dat hij met zijn bedrijf aantoont dat landbouwers via natuurbeheer maatschappelijke meerwaarde kunnen creë- ren en tegelijk een inkomen weten te beha- len. Hij wijst dan ook op de grote aanwezig- heid van zilverreigers en wintertalingen en op de bijzondere plantensoorten, als wilde orchideeën.’
Auke Spijkerman: ‘Gras overwinteren maakt vroege weidegang mogelijk’
Op 27 februari gingen de staldeuren al open bij Ton, Ria en Auke Spijkerman in Wapser- veen. Niet om de koeien alleen maar de be- nen te laten strekken, maar ook al om echt te grazen. ‘We laten het gras overwinteren, we sparen in het najaar gras op en laten een aantal percelen bewust langer de winter in- gaan. Daardoor heb je in het voorjaar meteen gras als ze naar buiten kunnen’, zo verduide- lijkt Auke Spijkerman, die biologisch boert. Hij geeft aan dat het hele bedrijf is ingericht rondom de teelt van gras. ‘Gras heeft lage bewerkingskosten en draagt bij aan een sim- pele bedrijfsvoering. Als je gras vers voert, heb je topkwaliteit voer. In 2017 lukte het net
20 veeteelt SEPTEMBER 1 2019
niet om omgerekend op jaarbasis 60 procent van het totale rantsoen aan vers gras te voe- ren en vorig jaar kwamen we door de droogte niet verder dan 47 procent. Maar die grens van 60 procent ooit halen is onze uitdaging.’ De koeien grazen daarom zo lang mogelijk dag en nacht en ze krijgen dagelijks een nieuw perceel. ‘De percelen zijn ongeveer 0,8 hectare groot en we laten de koeien een perceel in één dag flink kort grazen. Als we mestbossen moeten maaien, dan betekent dat verliezen en hebben we iets niet goed gedaan’, zegt Spijkerman. ‘Gras is voor ons het ideale product om simpel en goedkoop melk te produceren.’
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60
