COLUMN AKKERBOUW
Bewonderaar O
p weg naar de ploegdemonstratie op de andere kavel gaat hij naast me lopen. ‘Zeg, schrijf jij niet die columns in de Boerderij? Ja, ik ben er al heel lang op geabonneerd.’ Hij wacht even om te kijken of dat mijn goedkeuring kan wegdragen. Als ik hem nieuwsgierig aankijk gaat hij verder. ‘Weet je wie ik altijd goede columns vind schrijven? Dirk Strijker. Die gaan ergens over. Een vera- deming. Hij zegt precies wat boeren vinden. Ik ben het dan ook altijd met hem eens.’
Bezorgd kijk ik in de verte. Het is nog een heel eind naar de ploegdemonstratie.
‘Een tijd terug schreef ie over die natuurinclusieve landbouw, dat dat zo’n onzin was. Dat is toch gewoon zo? En laatst over die plannen van de minister, dat ze zo vaag zijn. Nou weet je nog steeds niet precies wat je moet doen... Nee, ze hebben een sterke man nodig op dat ministerie, iemand die ’s lekker afrekent met die zogenaamde dierenvrienden en natuurfreaks. Die Dirk Strijker lijkt me daar wel geschikt voor.’ Ik neig zo’n beetje met mijn hoofd, een signaal waarvan mijn huisgenoten weten dat ik er het mijne van denk. Mijn collega is van dit signaal kennelijk niet op de hoogte en interpreteert mijn hoofdwiegen als een aanmoediging. Gloedvol betoogt hij verder. ‘Ons voedsel is nog nooit zo veilig geweest, we hebben nog nooit zo weinig gewasbeschermingsmiddelen gebruikt
SOMS IS HET MOEILIJK BESCHEIDEN TE BLIJVEN Door Rinus Vermuë, akkerbouwer in Luttelgeest (Fl.)
ZOUDEN
en toch lopen ze te zeuren. Het is een grote hetze. Ze nemen ons alles af en in plaats van minder moeten we vaker spuiten.’ Die ‘ze’, dat zijn de niet-Strijkers, neem ik voor het gemak maar even aan.
Uit zijn intonatie begrijp ik dat ik er niets tegenin kan brengen. Voor de vorm sputter ik toch nog even tegen. ‘Ze maken zich zorgen over de insecten’, probeer ik, ‘die waren toch sterk afgenomen?’ ‘Da’s allemaal gelogen. Ze hebben alleen maar gekeken op plekken waar toch al weinig insecten waren. In natte gebieden hebben ze niet eens geteld. Nee, ze zoeken net zo lang tot ze wat kunnen verbieden. Ze maken ons helemaal kapot! Alsof het over de grens zoveel beter is. Straks hebben ze hier de landbouw om zeep geholpen en komt de rotzooi uit het buitenland. En die biologische bezorgroutes, die kloppen toch ook niet!’ Hij vindt dat ik er wat verslagen bijloop, geloof ik, want hij gooit het nu over een andere boeg. Op een opbeurende toon vraagt hij: ‘Die columns hè, wat krijg je daar nou voor, per keer?’ Even overweeg ik een heel fout antwoord te geven, in de trant van ‘Als ik een Strij- ker-stukje schrijf krijg ik er geld voor, anders moet ik bijbetalen.’ Maar ik houd me in. ‘Genoeg’, antwoord ik, ‘genoeg om uit de kosten te komen.’
In de drukte rond de ploegdemonstratie verlies ik hem uit het oog. Altijd inspirerend om een bewonder- aar tegen te komen.
BOERDERIJ 104 — no. 26 (26 maart 2019)
57
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76