FOTO: HENK RISWICK


FOTO: HENK RISWICK


FOTO: HANS PRINSEN


FOTO: HENK RISWICK


OOGST 2018 VOEDERGEWASSEN


kostprijsberekening snijmais


‘We overwegen aanschaf beregeningsinstallatie’


Geert Stevens (39) in Holten (Ov.) heeft 110 koei- en 39 hectare grond in gebruik, waarvan 4 hectare snijmais; aankoop van 6 hectare snijmais.


hoeveelheid


TOEGEREKENDE KOSTEN zaaizaad Millesim + Mesurol (zakken/ha)


meststoffen rundveedrijf + vaste mest (kuub) Physiostart (kg)


gewasbescherming Laudis (l) Gardo (l) Milagro (l) Kart (l)


loonwerk


ploegen + vorenpakker plastic + kuil stoppen


bemesten drijfmest + vaste mest zaaien


spuitloon hakselen, inkuilen


overige toegerekende kosten opslag en voeren


TOTALE TOEGEREKENDE KOSTEN KILO DROGE STOF PER HECTARE


125,00 30,00


200,00 102,00 38,00


365,00 120,00


1.333,00 10.500,00


prijs (€ ) 1,8 180,00 50


1,5 2,0 0,5 0,5


0,00 25 52,00


45,00 45,00 17,00 14,45


SNIJMAIS


Van verdroogd tot gemiddelde opbrengst


“In de dertig jaar dat ik rondloop in het veld, heb ik nog nooit meege- maakt dat er in een heel perceel mais geen kolf zit. Dat is echt uitzonderlijk”, zegt Piet Riemersma van Van Iperen. Volgens Mark de Beer van Groeikracht is dit jaar circa 5 tot 10% van de maisperce- len mislukt en staat op 25% van de percelen goede mais. Jos Groot Koerkamp van Lima- grain verwacht dat circa 30 tot 40% van alle mais in meerdere of minde- re mate is verdroogd. “In een deel hiervan zat zelfs geheel geen kolf. Door het erg droge en warme weer rond de bloei van de mais heeft geen bevruchting plaatsgevonden en dus geen kolfzetting.”


De extreme zomer van 2018 maakt duidelijk dat grondsoort en gehalte organische stof, waterhuis- houding, hoeveelheid neerslag, vroegrijpheid van het ras, vroegheid van zaaien en wel of niet beregenen bepalend zijn voor opbrengst en kwaliteit van mais.


Minder opbrengst


De maisopbrengst valt dit jaar 5 tot wel 50% lager uit, afhankelijk van de mate van verdroging en kolfzet- ting. De voederwaarde is ook lager, omdat de maiskolf niet goed is ont- wikkeld of ontbreekt. Dat blijkt uit de eerste kuiluitslagen van Eurofins Agro. De verdroogde mais bevat 850 tot 900 VEM bij een drogestof- gehalte van 20 tot 30%. “Omdat deze mais vrijwel geen kolven had, bevatten deze kuilen nauwelijks zetmeel, 0 tot 80 gram per kilo dro- ge stof. Een goede maiskuil bevat 380 tot 400 gram zetmeel”, zegt Ro-


De droogte hakte er goed in. Dit maisperceel in Hummelo (Gld.) op zandgrond was op 30 juli al nagenoeg verdroogd.


KOSTEN PER 100 KILO DROGE STOF 12,70


“De maisopbrengst was dit jaar gemiddeld 10,5 ton droge stof per hectare. Dat viel tegen, het gewas leek nog goed, maar mist door de droogte toch behoorlijk opbrengst”, concludeert Geert Stevens, die sinds dit jaar ook deelneemt aan Koeien & Kansen. Stevens heeft de mais niet beregend. “We overwegen de aanschaf van een beregeningsinstallatie om opbrengstderving van mais door droogte te voorkomen.” Na inzaai van middenvroege mais van het ras Millisim op 8 mei, was de beginontwik- keling goed. “Ik ben er daarom niet met de wiedeg door geweest.” Op 27 augustus was de mais al rijp en werd gehakseld, vijf weken eerder dan vorig jaar. “De mais heeft wel veel zonuren gehad. Of dat een hoog zetmeelgehalte oplevert, zullen we zien op de kuilanalyse.”


76


Door droogte is mais moeilijk aan te rijden. Dat vergroot de kans op broei.


BOERDERIJ 104 — no. 1 (2 oktober 2018)


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92  |  Page 93  |  Page 94  |  Page 95  |  Page 96  |  Page 97  |  Page 98  |  Page 99  |  Page 100  |  Page 101  |  Page 102  |  Page 103  |  Page 104  |  Page 105  |  Page 106  |  Page 107  |  Page 108  |  Page 109  |  Page 110  |  Page 111  |  Page 112  |  Page 113  |  Page 114  |  Page 115  |  Page 116  |  Page 117  |  Page 118  |  Page 119  |  Page 120  |  Page 121  |  Page 122  |  Page 123  |  Page 124  |  Page 125  |  Page 126  |  Page 127  |  Page 128  |  Page 129  |  Page 130  |  Page 131  |  Page 132  |  Page 133  |  Page 134  |  Page 135  |  Page 136  |  Page 137  |  Page 138  |  Page 139  |  Page 140  |  Page 141  |  Page 142  |  Page 143  |  Page 144  |  Page 145  |  Page 146  |  Page 147  |  Page 148