Juridisch 023
over verantwoordelijkheid en aanspra- kelijkheid een rol spelen. Scherptong: “Niet dat over dit onderwerp dagelijks gesproken wordt, maar bij elk project komt het wel even naar voren. Stel: ik introduceer een nieuw hulpmiddel, een nieuw apparaatje voor zorg op afstand. Wat moet ik dan doen om de juridische kanten te borgen? Een reële vraag. Er is in Nederland niemand die me daar met zekerheid een antwoord op kan geven. Er zijn te weinig juristen gespecialiseerd in e-health.” Shirin Slabbers en Annemarie Smilde,
als juristen gespecialiseerd in het ge- zondheidsrecht en werkzaam voor VvAA, buigen zich wél over dit onderwerp. Slabbers geeft aan dat er in de zorg nog te weinig juridische expertise is met betrek- king tot e-health, terwijl die wel nodig is. “Zorgverleners moeten echt weten wat zij juridisch moeten regelen voordat zij met e-health gaan werken. Waarvoor zij precies aansprakelijk kunnen worden gesteld – en waarvoor niet – en ook wat zij moeten doen als er bij de toepassing iets misgaat. Helaas is nog niet alles duidelijk.” Smilde: “Problematisch is dat de regelgeving nog niet voldoende toege- spitst is op e-health. De regels en wetten rondom de Nederlandse gezondheidszorg zijn, enkele uitgezonderd, algemeen. De Algemene Verordening Gegevensbescher- ming (AVG) en de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) bijvoorbeeld zijn kaderwetten, kwaliteitskaders. Die moeten nog een vertaalslag krijgen naar de praktijk. Op bepaalde segmenten is die er al, maar zeker als het om e-health gaat, is die nog heel pril, heel mager. Er is nog geen helder juridisch kader dat zorgverleners kunnen gebruiken voor het e-healthproof maken van hun praktijk en dat hen ondersteunt in de zorgverleners- relatie, bijvoorbeeld bij de informatiever- strekking aan patiënten. Zo’n kader is van belang als er iets is misgegaan en zij zich moeten verantwoorden naar aanleiding van een klacht of claim of in een onder- zoek van de Inspectie.” Slabbers: "Kijk naar andere regel-
gevingen, zoals de Wet op de genees- kundige behandelingsovereenkomst (WGBO) van 1994. Toen we die wet voor onze neus kregen, dachten we ook: hoe moeten we die in de praktijk uitvoeren en toetsen? Inmiddels weten we dat heel
‘Het zal zeker een keer misgaan, net als met klassieke methoden’
goed, omdat er literatuur over is ver- schenen, omdat er heel veel richtlijnen, protocollen en uitspraken zijn om je aan vast te houden. Dat is er allemaal nog niet op het gebied van e-health. Dus: is het een beetje eng om je op het e-health- pad te begeven? Ja, voor alle partijen, want je bent nooit helemaal zeker. Maar we moeten ergens beginnen, dat geldt voor elke regeling.” Slabbers haalt een voorbeeld aan over
hoe zelfs de rechter zoekt naar de juiste weg. “Een producent brengt een keurig CE-gekeurd medisch hulpmiddel op de markt om te gebruiken bij oogfalen. Enkele oogspecialisten brengen dit apparaatje in bij patiënten en het werkt prima. Na enkele jaren blijkt dat het apparaatje toch gebreken vertoont. De patiënten stellen vervolgens de artsen aansprakelijk. De wet zegt: ‘je bent aan- sprakelijk voor gebrekkige hulpmidde- len, tenzij het niet redelijk is om dat jou toe te rekenen’,” schetst Slabbers. “De artsen stelden zich op het stand-
punt dat zij niet van de gebreken van het apparaatje op de hoogte konden zijn, dus dat het hen in redelijkheid niet kon wor- den aangerekend. Een gerechtshof heeft vorig jaar bepaald dat hen dit wel kan worden aangerekend, omdat de artsen – en niet de patiënten – het apparaatje heb- ben uitgekozen, en omdat de zaak onder de aansprakelijkheidsverzekering van de artsen valt, zodat zij de schade gemakke- lijker kunnen dragen dan de patiënten. Dan spelen opeens ook maatschappelijke factoren blijkbaar een rol."
Wat moeten zorgverlener en zorgaan- bieder nu doen in deze onduidelijke tijden rond e-health? De twee juristen én Scherptong hopen dat zij zich er in ieder geval niet van laten weerhouden om er gebruik van te maken. “Je ontwikkelt en implementeert een alternatieve methode naast een behandeling die al bestaat, omdat je weet dat dit de zorg voor de patiënt ten goede komt. Dat zal zeker een keer misgaan, maar het gaat ook met de klassieke methoden weleens fout.” Smilde: “Zeker als het gaat om chroni-
sche patiënten toont e-health zijn meer- waarde. Zo is het voor kinderen met copd een belasting om voor controles naar het ziekenhuis te komen. Het gebruik van e-health draagt bovendien bij aan de betrokkenheid van de kinderen bij hun gezondheid.” Bij de inzet van e-health in de gezond-
heidszorg moeten zorgverleners aan dezelfde wettelijke eisen voldoen als die gelden voor de traditionele gezondheids- zorg. De invulling hiervan zal alleen anders zijn. Zo zal een arts in zijn infor- matieplicht tegenover een patiënt die zelfmetingen gaat verrichten, rekening moeten houden met de eigen verantwoor- delijk van de patiënt. Het is aan de zieken- huizen en praktijkhouders om ervoor te zorgen dat hun organisatie voldoet aan de geldende regelgeving en de zorgverleners te faciliteren bij de naleving van deze regelgeving. Tevens zijn zij er verantwoor- delijk voor dat samenwerkingsafspraken met andere zorgaanbieders en leveran- ciers goede zorg borgen. Slabbers: "Artsen zijn gewoon bezig met verlenen van zorg, en dat moeten ze vooral blijven doen. Maar ze moeten wel weten dat ze aan- sprakelijk kunnen worden gesteld voor medische hulpmiddelen die zij toepassen en ervan op de hoogte zijn dat er speciale regels bestaan voor bepaalde toepassin- gen van e-health, zoals de KNMG-richtlijn Online arts-patiënt contact. Als je als arts de regels niet in acht neemt, kun je een tuchtrechtelijke maatregel opgelegd krijgen en dat wil je niet.” Smilde: “Van groot belang is dat je je als
zorgaanbieder bij deelname aan e-health- projecten goed laat voorlichten over wat je moet regelen om aan de wettelijke eisen te voldoen. Ook is het belangrijk te weten wat je positie is bij medische incidenten, klachten of claims.
<
<
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84