search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
“De heffingen op staal zijn fors. De gevolgen van deze heffingen zijn op bedrijfsniveau na- tuurlijk enorm als de afnemers vooral in de VS zitten, maar voor de industrie en economie als geheel is het effect slechts beperkt. Bovendien worden de heffingen momenteel onderzocht door de Wereld handelsorganisatie, omdat de heffingen die Trump heeft geïntroduceerd waarschijnlijk niet zijn berust op veiligheids- argumenten maar economische. De vraag is welke effecten dit teweeg gaat brengen, aan- gezien de uitspraak van de WHO invloed zal hebben op de volgende stap van Trump.”


En Italië, is dat een tikkende tijdbom? “De export naar Italië door de Nederlandse industrie is vrij beperkt, dus problemen in Italië zullen onze economie maar beperkt raken. En ondanks dat de economische onzekerheden in Italië de afgelopen tijd zijn toegenomen, ver- wachten we geen economische problemen in de komende jaren, maar slechts een lage groei.


Als het in Duitsland minder gaat, heeft dat een groot effect op de Nederlandse industrie


We hebben de laatste tijd vooral erg posi- tieve cijfers gezien met betrekking tot de industrie. De laatste tijd is de groei wat aan het afzwakken. Moeten we al rekening hou- den met een nieuwe crisis? “We zijn als industrie erg afhankelijk van het buitenland. We moeten dus vooral goed kijken naar wat er in de omliggende landen gebeurt. Als het in Duitsland minder gaat, heeft dat een groot effect op de Nederlandse industrie. Ik noem Duitsland met reden omdat daar de laatste tijd het producenten-vertrouwen aan het afnemen is. In Nederland is het producen- tenvertrouwen ook afgezwakt, maar nog steeds positief. Ik zie nog geen signalen voor een aanstaande krimp. De verwachtingen voor de groei zijn binnen de Rabobank wat naar beneden bijgesteld, maar we verwachten geen crisis binnen de komende paar jaren. Ik heb het dan over twee jaar.”


Mogen we voorzichtig concluderen dat je nog steeds positief bent over de Nederlandse industrie? “Ja, zeker wel. De verwachtingen zijn dus iets gematigder, maar nog steeds positief. De afge- lopen jaren zag je echt een aantal piekmomen- ten in de groei. Die pieken zullen wat worden afgevlakt de komende tijd.”


8 | nummer 7 | 2018


ONTWIKKELINGEN EN INDUSTRIE


Carlos van Ooijen, directeur VDL Industrial Products


Zou je kort, voor diegenen die VDL Industrial Products niet kennen, willen uitleggen wat jullie doen? “Zeker, wij zijn toeleverancier voornamelijk voor OEM’ers in onder andere de bulksec- tor. Wij leveren bijvoorbeeld onderdelen die te maken hebben met pneumatisch transport, afzuiginstallaties, maar ook brand- en explosiebeveiliging. Die oplos- singen worden veelal door machinebou- wers in de installaties verwerkt, waarna ze bij de eindgebruiker in de feed, food en recyclingsbranche terecht komen. Voor de brand- en explosie-beveiliging komen we daarnaast vaak over de vloer bij de eind- gebruiker, omdat we daar in bestaande processen aan de slag gaan.”


Welke uitdagingen zie jij als technisch toeleverancier de komende jaren voor de procesindustrie? “Ik zie de laatste tijd binnen de proces- industrie de trend in globalisering zich steeds duidelijker aftekenen. Je ziet dat de eindgebruikers, bijvoorbeeld producenten van veevoer, voorheen alleen in Nederland zaten, daarna fabrieken in Europa begon- nen te bouwen, maar nu ook steeds vaker op andere continenten actief zijn. Door die ontwikkeling krijgen wij steeds vaker de vraag of wij onze diensten en producten ook aan die nieuwe fabrieken kunnen le- veren.”


Is het niet goedkoper als die bedrijven hun techniek zoveel mogelijk lokaal inkopen? “Niet persé. Door de toenemende globa- lisering zien we ook een toenemende standaardisatie. Zo’n veevoerproducent heeft te maken met die standaarden in zijn Europese productielocaties, terwijl die standaarden meestal niet gelden op andere continenten. Toch zie je vaak dat zo’n producent wél die standaarden bij zijn nieuwe plant toepast. En dat betekent weer dat hij graag gebruik maakt van zijn vaste toeleveranciers, die conform die standaarden werken.”


“Uiteraard moet je wel onderscheid ma- ken tussen low-interest producten en key components. Je zult weinig silo’s of staal-


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64