Hoe moeten we dit in vredesnaam oplossen? “We moeten jonge mensen hebben. Die hebben de toekomst, vooral nu in de indus- trie nieuwe, digitale technologie omarmd wordt.”


Maar hoe weten die jonge mensen de weg naar technische opleidingen te vinden? “Door te benadrukken dat werken met je handen enorm waardevol is. We hebben te lang gedacht dat je maar met je handen moet gaan werken als je niet goed bent in andere dingen, maar die tijd is echt voorbij. We moeten ook af van de traditionele rol- lenpatronen. Waarom zouden vrouwen, zij-instromers of nieuwe Nederlanders niet gewoon aan een technische opleiding beginnen? Maar dat betekent dus ook dat de industrie z’n personeel anders moet be- naderen. Iemand niet aannemen omdat hij of zij maar één dag in de week wil werken, dat is niet verstandig. En iemand afwijzen omdat hij halverwege de veertig is, lijkt me ook niet slim. Maar het gebeurt wél in de praktijk.”


Hoe staat het met de plant of the future? “We zijn eind augustus met de officiële kick- off begonnen. Nu wordt in de bestaande oefenfabriek een tweetal units vervangen door nieuwe units. In de loop van volgend jaar gaan we ook nog eens een of twee units upgraden. Je moet dan vooral aan digitalise- ring denken. De meetinstrumenten genere- ren meer data die sneller te bekijken is. In de controlekamer gaan we die data ook analy- seren. Niet op het niveau van ingenieurs, maar juist op het niveau van operators en onderhoudstechnici. Juist zij moeten leren die data te interpreteren.”


Levert die plant of the future straks ook meer studenten op? “Zeker, dat is een van de doelstellingen. Sterker nog, we halen met de plant of the future techniek in huis die zich weliswaar bewezen heeft, maar eigenlijk vooral nu gebruikt wordt door de voorhoede van de procesindustrie. Wij willen ook onderdeel gaan uitmaken van die voorhoede. Door met dit soort trends bezig te zijn, namelijk de energietransitie en de grote verschui- vingen binnen de industrie, halen we meer studenten in huis.”


Hoe zit het eigenlijk met het onderwijs als je het over de energie- en industrietransitie hebt? “We zijn nu bezig om het onderwijs meer toe te spitsen op de circulaire economie. In onze opleidingen gaat het traditioneel voor- al nog over de oude economie waarin we fossiele brandstoffen gebruiken om een pro- duct te fabriceren. Dat gaat in de toekomst uiteraard veranderen en dat betekent dat je daar nu in het onderwijs ook al aandacht aan moet gaan besteden. Met onze nieuwe oefenfabriek, de plant of the future, kunnen we straks meer gericht naar die duurzame industrie toe werken.”


Zijn er concrete maatregelen of strategieën die de industrie nu al kan inzetten om het personeelstekort terug te dringen? “Een van de gouden regels van de marketing is dat het meer inspanning kost een nieuwe klant te vinden dan een bestaande klant te behouden. Dat geldt ook voor je personeel. Ik zou dus zeggen: investeert eerst meer in je eigen personeel, voordat je buiten je be- drijf gaat zoeken. Heel concreet: stel dat een medewerker aangeeft van vier dagen naar


twee dagen terug te willen. Probeer dan als werkgever te kijken wat er achter die wens zit en of je misschien iets kunt doen om die oorzaak weg te nemen. Denk dus niet ‘laat ik het maar accepteren, want nu blijft hij/zij in ieder geval nog twee dagen bij me werken’, maar kijk eerst naar de oorzaak.”


“Het lijkt een open deur, maar benut ook vooral de netwerken van de mensen die voor je werken. Verkopers kennen andere verkopers, operators kennen andere opera- tors. Maak van je eigen personeel ambassa- deurs van je bedrijf. Je hoeft daarmee geen concurrentiestrijd aan te jagen met andere partijen in de branche, maar misschien heeft jouw operator wel in de klas gezeten met een andere operator die na z’n opleiding iets heel anders is gaan doen, maar nu best wel weer interesse kan hebben.”


Maar dat betekent dus ook dat de industrie z’n personeel anders moet benaderen...


“Zet jezelf als een goed werkgever neer die niet alleen werk verschaft, maar ook oplei- dingen regelt en een goed sociaal beleid heeft. Als je jongeren wilt aanspreken, zal je ook om andere zaken denken: die generatie is vaak gevoeliger voor duurzaamheid, het voorkomen van uitbuiting, het oplossen van vervuiling. Heb je dat niet goed geregeld, kost je dat misschien personeel. Met een sociaal jaarverslag alleen kom je er niet. Je moet het echt kunnen laten zien en als je dat voor elkaar hebt, werk je ook meteen weer aan het ambassadeurschap van je personeel.”


“Gerelateerd aan het eerste punt, zou je nog specifiek kunnen concluderen dat de nieuwe jonge generatie minder geïnteres- seerd is in bezit en zekerheid, maar juist flexibiliteit van de werkgever verwacht. Het kan best zijn dat ze na een jaar werken in- eens drie maanden op sabbatical willen. Als jij dan zegt ‘daar is het gat van de deur’, ben je ze kwijt. Veel slimmer is om met ze mee te denken, door ze te vragen tijdens hun sab- batical na te denken over een nieuw project waar je mee bezig bent. Of misschien kun je je werknemer vragen om, als hij toch in Australië zit, langs te gaan bij een bedrijf en daar eens een paar dagen mee te lopen. Uiteindelijk komt zo’n werknemer weer fris en gemotiveerd bij je terug.”


10 | nummer 7 | 2018


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64