search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
18


Over Jan Willem Broos


Jan Willem Broos (47) is docent Geschiedenis en werkt ruim twintig jaar in het middelbaar onderwijs. Hij geeft les aan 4 en 5 havo in Assen, op de locatie Quintus van de Drentse scho- lengemeenschap Dr. Nassau College. Hij doet dat met veel plezier: ‘Ik vind het leuk om dingen uit te leggen en te kijken wat leerlingen bezighoudt en met hen in gesprek te gaan.’


Kern Het maatschappelijk debat over de dekolonisatieoorlog wordt door scholieren niet zo gevolgd, constateert Groeneveld. ‘Maar het kan wel leven onder leerlingen, zeker als bijvoorbeeld een opa als dienstplichtige naar Indië is uitgezonden.’ Ook in de klas zelf kan het verleden tevoorschijn komen. Groeneveld: ‘Er zat in 4 havo een meisje met een Indische achtergrond. Toen ik het had over het Nederlandse optreden in Indonesië zag ik haar wat verontwaardigd kijken. “Wat Indonesiërs tegen ons hebben gedaan, tegen mijn familie, was ook verschrik- kelijk”, zei ze. Op zo’n moment kun je als docent met je leerlingen stilstaan bij de verschillende gezichtspunten en ervaringen. Dan raak je de kern van het vak Geschiedenis.’


Geen tijd In het overvolle lesprogramma is jammer genoeg weinig tijd voor de de- kolonisatie van Indonesië. Broos: ‘Er is nu als centraal eindexamenonderwerp gekozen voor het Britse Rijk en niet voor Nederlands-Indië. Ik vind dat echt een gemiste kans. Misschien was men bang voor polarisatie, ik weet het niet.’ Door het kleine aantal nog in leven zijnde Indiëveteranen liggen gastop- tredens voor schoolklassen niet meer zo voor de hand. Dat is anders bij Bosniëveteranen. Broos en Groeneveld zetten bij hun lessen over Srebrenica graag een Dutchbat III-veteraan in. Groeneveld kon zelfs een beroep doen op een veteraan die de val van de enclave meemaakte en die nu op dezelfde scholengemeenschap werkt als Groeneveld.


Informatiebronnen Het beviel uitstekend iemand voor de klas te hebben die er zelf bij is geweest. ‘Dat geeft een vollediger beeld. Het komt dichterbij en maakt het voor de leerlingen tastbaar’, zegt Broos. Dat vollediger beeld is belangrijk omdat, net als bij Indië, ook voor Srebrenica


checkpoint


geldt dat de meeste leerlingen er weinig van weten. De kennis die ze hebben is vaak beperkt en eenzijdig. Broos: ‘Als geschiedenisdocent is dit voor mij natuurlijk een mooie gelegenheid leerlingen te stimuleren kritisch naar informatiebronnen te kijken, dat is een belangrijke vaardigheid, zeker in een tijd van social media.’


Dilemmaprogramma Samen met het educatieve programma Veteraan in de Klas van het Nederlands Veteraneninstituut heeft Broos ook een proefsessie gedraaid met het net ontwikkelde dilemmaprogramma over Srebrenica. Klassikaal werden de vragen langsgelopen en dat maakte indruk. ‘Je bent niet langer een buiten- staander die makkelijk kan oordelen. Je wordt nu zelf, vraag voor vraag, ge- confronteerd met de moeilijke en soms bijna onmogelijke keuzes waarvoor de militairen stonden’, omschrijft Broos het effect op de leerlingen. Het leidde tot begrip voor de Dutchbatters.


Het gaat leven Arno Groeneveld heeft vorig jaar zijn leerlingen het Joegoslavië-tribunaal laten naspelen. De leerlingen werden opgedeeld in groepen. Elke groep ver- tegenwoordigde een partij die betrok- ken was bij de val van Srebrenica. De leerlingen moesten informatie verzame- len over de betreffende partij en haar standpunten verdedigen. Net als bij een rechtbank moesten ze ook de ‘rechter’ overtuigen. Groeneveld: ‘Ze zijn er zo’n vier weken mee aan de slag geweest. Je merkt dan dat het geen droge stof meer is, dat het echt gaat leven.’ Er volgden pittige discussies in de klas, bijvoorbeeld over het uitblijven van luchtsteun op het beslissende moment. ‘Er was toen een fikse botsing tussen de groep die de Nederlandse militairen vertegenwoordigde en degenen in de VN-rol. De VN werden flink aangepakt. Er ontstond een soort Dutchbatgevoel, een jullie-hebben-ons-laten-zitten- gevoel’, herinnert Groeneveld zich.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76