search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
58


bij een boer. ‘Maar toen zag ik een advertentie waarin mensen werden gezocht om als militair voertuigen te besturen. Dat leek me wel wat, dus ik naar dat inschrijfpunt. De man daar liet me foto’s zien van grote vrachtwagens en van die machtige Centurions. Ik zag mezelf al zitten op zo’n voertuig, een tros enthousiaste vrouwen erachteraan, fantastisch! Dus startte ik met de basis- opleiding in Roermond en een rijoplei- ding voor de Dikke DAF in Bergen op Zoom. Afijn, ik word geplaatst bij de sectie wielervoertuigen …’ Tot zijn gro- te verdriet was Erdwins eerste voertuig een open jeep. ‘Toen heb ik slechte dagen gehad, hoor. Zo’n schriel Indisch jong in de winter in een open voertuig.’


Rupsvoertuig Erdwin liet zich omscholen tot rijin- structeur. ‘Toen kwam ik terecht op een open rupsvoertuig, had ik het nog steeds koud.’ Maar redding kwam uit onverwachte hoek. Toen zijn com- mandant erachter kwam dat Erdwin een mavodiploma had, mocht hij naar de KMS in Weert. ‘Leek me leuk: als onderofficier oud-collega’s in het gelid zetten, hahaha. Na mijn opleiding kon ik kiezen waar ik geplaatst wilde wor- den: artillerie, artillerie of artillerie. Ik koos uiteindelijk voor de artillerie.’ De kersverse onderofficier werd ge- plaatst in Steenwijk. ‘Een strafexpeditie voor zuiderlingen zoals ik.’ In het begin kon hij de mensen om zich heen niet eens verstaan, zegt hij. ‘Ik zeg tegen mijn vrouw: volgens mij zijn we te ver doorgereden, dit moet Denemarken zijn.’ Met zijn buurman ging hij elke week naar het biljartcafé waar de “au- tochtonen” zich ophielden. ‘Zo heb ik de mensen leren verstaan en leren ken- nen. Ik voel me hier nu helemaal thuis. Ik ben ook nooit meer weggegaan.’ Hij had een leuke tijd op zijn nieuwe stand- plaats, ondanks een slechte start. ‘Bij elke klap van het kanon vloog ik 40 centimeter de lucht in, ik was veel te licht. En ik had alle dagen hoofdpijn.’ Erdwin kon de overstap maken naar groepscommandant Onderhoud. ‘Heb


checkpoint


ik een paar jaar gedaan, maar ik had geen vaste plek, dat beviel me minder goed. Dus toen ik de kans kreeg om op vredesmissie naar Libanon te gaan, heb ik me vrijwillig opgegeven.’


Vredige plek Hij verwachtte veel geweld en veel verdriet aan te treffen, maar het tegendeel was waar voor hem. ‘Ik zat op een vredige plek, een kilometer van Harissa. Van boven op de bult kon je het witte huis van Haddad zien, de op- richter van een Zuid-Libanese militie. Ik deed voornamelijk logistiek werk, ik was geen gevechtssoldaat. Over de radio hoorde ik wel over gevechten en ik sprak ook jongens die vreselijke dingen hebben meegemaakt, maar voor mij was het gemis van mijn gezin het zwaarste. Ik zat op een kamer alleen en ik had daar foto’s opgehangen van mijn vrouw en mijn zoontjes. Ik had er toen twee, inmiddels drie. Tijdens de lege uren had ik het dan echt te kwaad. Toen ik een paar dagen met vakantie mocht, liep ik op Schiphol mijn zoontjes zó voorbij. Ze waren zo hard gegroeid, ik herkende ze niet eens.’ Over de Libanonmissie werd later weleens smalend gezegd dat het een ‘pretmissie’ was. ‘Dat gevoel had ik niet. Tuurlijk, we hadden een paar pleziertjes. Je biertje in het weekend – ik drink overigens alleen cola – en het zandzakken vullen op het strand. Dan kon je lekker even zwemmen. Maar het was zeker geen pretmissie en er zijn veel jongens bij gevechtseenheden die vreselijke dingen hebben meegemaakt. Dat wordt weleens vergeten. En weet je: in die tijd stond er nog geen leger aan hulpverleners klaar als je van missie te- rugkwam. Voor heel erge gevallen was er wel opvang, maar dat was allemaal lang niet zo goed geregeld als nu. Je kreeg tien dagen ontschepingsverlof en dan moest je weer aan het werk.’ Erdwin was harder geworden in Libanon, vond zijn vrouw. ‘Zelf had ik dat gevoel niet en ik heb dat ook nooit zo gevoeld.’


Angsten Hoe anders het kan gaan, ondervond hij toen zijn eigen zoon naar Srebrenica vertrok op missie. ‘Mijn oudste zoon kwam als kind al af en toe langs op de kazerne in Steenwijk. Hij nam wél een beetje een voorbeeld aan mij. Hij heeft de opleiding tot rode baret gevolgd, de Luchtmobiele Brigade. Hij is in Srebrenica geweest en kwam als een andere man terug.’ Terwijl Erdwin zelf vrij onbekommerd had rondgelopen op zijn missie, stond


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76