12
Het geheugen wordt wel vergeleken met een archief. Herinneringen zijn opgeborgen in keurige mapjes waaruit we ze naar wens kunnen opdiepen. U vergelijkt het geheugen liever met een wat verwilderde tuin. ‘Door de eeuwen heen is het geheugen niet alleen vergeleken met een archief, maar ook met apparaten als een fototoestel en een computer. Dat suggereert dat herinneringen onveranderlijk zijn. Dat zijn ze niet. Een vergelijking met iets levends komt beter tegemoet aan wat we weten over de werking van het geheugen. Bij een tuin kun je denken aan veel belopen paden, aan paden die dicht- groeien, aan de groei van iets nieuws en aan dingen die weer verdwijnen. Dat laatste is ook belangrijk. We associëren het geheugen met leren, vastleggen en conserveren, maar we vergeten veel meer.’
H
U zegt dat herinneringen veranderlijk zijn en heeft het in dit verband wel over ‘mechanismen die een herinne- ringsspoor achteraf beïnvloeden’. Kunt u een voorbeeld geven van zo’n mechanisme? ‘Ik hoorde pas op tv een vrouw vertellen dat zij op latere leeftijd ontdekte dat zij en haar zus verschil- lende vaders hadden. Die wetenschap plaatste veel jeugdherinneringen in een ander perspectief. Iets vergelijk- baars kun je zeggen over bijvoorbeeld Indiëveteranen. De jongens die in Indië vochten, zagen dat veelal als het beteugelen van een opstand. Later hoorden ze zeggen dat ze de laatste koloniale oorlog hadden uitgevochten. In beide voorbeelden blijven, strikt genomen, de herinnerde gebeurte- nissen hetzelfde, maar verandert de kleur die iemand eraan geeft.’
Tijd doet iets met herinneringen. Wat betekent dat voor de geloof- waardigheid ervan? ‘Dat herinneringen in de loop van jaren minder gedetailleerd en scherp worden, tast de betrouwbaarheid van iemands verhaal niet principieel aan. Overigens komt het veel voor dat mensen ingrijpende gebeurtenissen ook na tientallen jaren nog accuraat kunnen navertellen. Die worden doorgaans beter opgeslagen dan herinneringen aan alledaagse zaken.’
U heeft veel geschreven over het ‘autobiografisch geheugen’. Wat is dat precies? ‘In het algemeen is het geheugen de som van alle herinneringen die je meeneemt van het verleden naar de toekomst. Het autobiografisch geheugen is het deel dat je persoon- lijke lotgevallen betreft, dat je raad- pleegt als iemand je vraagt wanneer je het gelukkigst was, of welk boek je aan het lezen bent. Toegepast op een veteraan: de data en locatie van een missie horen niet bij diens autobiogra-
‘ De data of de locatie van een missie behoren niet bij het auto- biografi sch geheugen’
fisch geheugen, maar de herinnering aan hoe warm of juist koud hij het had, en de stress en kameraadschap die hij heeft ervaren, wél.’
Veteranen keren soms terug naar een missiegebied. Wat doet zo’n reis met iemands herinneringen? ‘Een uitzending biedt allerlei nieuwe zintuiglijke ervaringen. Geuren, smaken, geluiden: vaak zijn ze allemaal anders dan thuis. Het opnieuw beleven van een aantal daarvan door terug te gaan naar een missiegebied, zal herinneringen versterken, meer dan bijvoorbeeld het kijken naar foto’s. Het kan zelfs her- inneringen oproepen aan alledaagse dingen waar je sinds je terugkeer niet meer aan gedacht hebt.’
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76