search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Ooggetuige


‘ De blauwe baret staat voor mij voor falen’


Tekst Johan Kroes Fotografi e Milan Vermeulen R


‘Richt wegversperringen op. Pik de spionnen van het Rwandees Patriottisch Front eruit. Laat de hoofden van de Tutsi’s achter aan de kant van de weg.’ Het zijn dit soort berichten waarmee radicale Hutu’s begin april via radioverkeer oproepen tot iets wat uiteindelijk uitdraait op een ongekende slachting van Tutsi’s en gematigde Hutu’s. In honderd dagen tijd vermoorden radicale Hutu’s bijna een miljoen mensen, wat neerkomt op ongeveer een op de tien inwoners van Rwanda. Van Putten is dan ruim een maand in Rwanda. Op 2 maart 1994 komt hij op het vliegveld in Kigali aan om kapitein Willem de Kant af te lossen. De Kant


was vanaf het begin van UNAMIR – nu 25 jaar geleden – de adjudant van luitenant-generaal Dallaire, de force commander van de 2500 man tellende VN-vredesmacht. Eigenlijk was Van Putten aangewezen als een van de tien Nederlandse militairen die naar Oeganda zouden gaan, maar omdat hij als enige had aangegeven Frans te spreken, werd hij eruit gepikt als ‘hulpje van de luitenant-generaal’. Van Putten: ‘Dat ik Frans sprak was enigszins overdreven. Ik kreeg in de aanloop tot de uitzending de vraag gesteld of ik Frans sprak en onbekend met de consequenties heb ik ‘ja’ gezegd. In de kerstvakantie heb ik Franse liedjes vertaald en oude schoolboekjes doorgeworsteld en ver- volgens heb ik vlak voor de uitzending nog twee weken lang een een-op- eencursus Frans gevolgd. Werkelijk, ik heb in mijn loopbaan nog nooit zoiets zwaars meegemaakt als die cursus.’


Coupvoorbereiding Die eerste dagen gaan als een roes aan Van Putten voorbij. ‘Ik kreeg een miljoen indrukken en na een paar dagen leek het of ik al maanden weg was’, vertelt Van Putten. ‘Als adjudant van Dallaire woonde ik in hetzelfde huis en zorgde voor zijn spullen, hielp


mee met de post, hield de agenda bij, verkende routes, begeleidde hem en ging naar briefings.’ UNAMIR betreft een missie die gericht is op assistentie bij, en begeleiding van het vredesproces. Hoewel er formeel een vredesakkoord getekend is tussen Tutsi’s en de Hutu-regering, zijn radicale Hutu-elementen in die weken al bezig met de voorbereiding van een coup. ‘Ondergronds broeide er van alles. Zo werd er een handgranaat in een restaurant gegooid. Ik heb de gewonden nog in het ziekenhuis bezocht. Die beelden vergeet ik nooit meer.’


Regeringsvliegtuig Dan breekt de dag van 6 april 1994 aan. Aanvankelijk een dag als alle andere, maar in het begin van de avond, zo ongeveer half negen ’s avonds, krijgt Van Putten bericht dat het regeringsvliegtuig is neerge- schoten. Aan boord van het toestel bevinden zich de Rwandese president Habyarimana samen met zijn collega Ntaryamira uit het buurland Burundi.


OV Rob van Putten ER


Rob van Putten wordt op 8 april 1958 in Oss geboren. Hij weet al vanaf dat hij kan praten dat hij militair wil worden. Zijn vader, Indiëveteraan en beroepsmilitair, is zijn grote voorbeeld. Van Putten wil niets liever dan in zijn voetspo- ren treden. In 1977 geeft hij hier gevolg aan en gaat aan de slag bij de Koninklijke Luchtmacht. Na en- kele jaren wordt hij beroepsoffi cier bij de infanterie.


Van Putten maakt in totaal zes missies mee. Zijn eerste missie in Rwanda (UNAMIR), zet hij voort in Oeganda (UNOMUR). In 1995 neemt hij deel aan de missie in voormalig Joegoslavië (IFOR) en in 1999 wordt hij ingezet in Bosnië en Kosovo (ECMM, nu EUMM). In 2009 volgt een uitzending naar Afghanistan (ISAF) en zijn laatste uitzending in Israël, waar hij bij de United States Security Coordinator (USSC) werkte als trainingsadvi- seur voor de Palestijnse Autoriteit.


51


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76