“Goede normen vormen belangrijke elementen om de biobased economy verder van de grond te krijgen, zoals de Europese Commissie voorstaat.” Dat zegt Fredric Petit, directeur Sustainability bij DSM, die voorzitter is geworden van de Europese normcommissie CEN/TC 411. Deze commissie gaat normen opstellen voor producten die biobased genoemd mogen worden.
Fredric Petit vertelt om te beginnen wat zijn taak in het dagelijkse leven inhoudt bij het chemieconcern. “Ik ben verant- woordelijk voor het ontwikkelen en imple- menteren van het duurzaamheidsbeleid bij de engineering plastics afdeling”, zegt hij. “Voor DSM is sustainability ofwel duur- zaamheid een zeer belangrijk onderwerp voor de strategie. Het is een ‘core value’ van de onderneming. Alle beslissingen die we in onze onderneming nemen, nemen we op basis van ‘people, planet en profit’ criteria. We kijken niet alleen naar de winst (profit), maar ook naar de impact op de planeet en de mensen. Daarnaast is duur-
Fredric Petit.
zaamheid één van de vier groeipilaren voor onze strategie.”
16
Fluids Processing Nr. 1 - februari 2012
DSM zet zich volgens Petit sterk in op de biobased economy. “Ook Europa moet voortgang maken op dit vlak zodat kennis en werkgelegenheid blijvend is. Daarom ondersteunen we deze rol. Juiste normen zijn belangrijke instrumenten om die bio- based economy van de grond te krijgen.” Petit werkt bij DSM. Vraag is hoe onaf- hankelijk hij nu is als voorzitter van de CEN-commissie. “In deze functie ben ik heel onafhankelijk”, verwoordt hij. “Als voorzitter coördineer ik de vergaderingen. Het eigenlijke werk wordt door de werk- groepen zelf gedaan. Alle aangesloten landen en Europese belangen- verenigingen zijn daarin vertegenwoordigd. We zien echter bij DSM wel de noodzaak in om tot normen te komen.” Voor alle duidelijkheid: DSM maakt zelf geen solvents, een onderwerp dat één van de speer- punten is van de norm- commissie. “Dat is ook niet de reden waarom ik ben gekozen.” De oprichtingsverga- dering van de CEN- commissie vond 6 en 7 oktober 2011 plaats. Petit vertelt over de aanleiding. “Aanleiding is dat de Europese Com- missie zwaar wil inzet- ten op de biobased economy. Dit om de werkgelegenheid en de
innovatie op dit gebied te stimuleren. Europa kan dan hierin wereldwijd een leidende rol spelen. Als één van de instrumenten werd bepaald dat normen ontwikkeld moeten worden rond biobased producten. Dat is een van de elementen om deze econo- mie te stimuleren.”
Hernieuwbare grondstoffen Wat zijn biobased producten? Petit: “Het zijn producten op basis van hernieuwbare grondstoffen, dus niet voortkomend uit fossiele grond- stoffen.” Hij erkent wel dat er normen gemaakt moeten worden wat betreft de terminologie. “Dat is één van de speerpunten. De definitie is afgeleid van biomassa, maar moet verder uitgewerkt worden.” Hij geeft aan dat er producten zijn die in de volksmond biobased worden genoemd, maar dat in de praktijk niet zijn. “Er zijn zogenoemde biopro- ducten in de markt, die niet tot deze categorie horen. Zo zijn er afbreek- bare polymeren, die echter gemaakt zijn op basis van fossiele grondstoffen. Die vallen dan buiten de definitie, althans zoals de terminologie nu is. En we kijken ook naar de ‘end of life’ situatie. Maar het gaat met name om de origine van grondstoffen.” Verder gaat de commissie zich buigen over de vraag hoe het ‘biobased gehalte’ wordt bepaald. Wat is het probleem daar- bij? Petit: “Eén van de uitdagingen is om alleen te kijken naar het koolstofelement of ook naar andere atomen. Vraag is of de koolstoffen uit hernieuwbare grondstof- fen komen. Dat kun je met isotoop c14 bepalen, dezelfde manier om te bepalen hoe oud een bepaalde stof is.”
Duurzaamheidscriteria Duurzaamheidscriteria vormen ook een punt. “Als iedereen praat over duurzaam- heid en sustainability, dan willen we dat handen en voeten geven. We willen normen ontwikkelen over hoe je die duur- zaamheid bepaalt.” Waar denkt hij dan aan? “Het zijn de werkgroepen die zich erin verdiepen en met voorstellen komen,