12
Trots
programma Veteraan in de Klas. Daar heb ik met volle overtuiging ‘ja’ tegen gezegd, omdat ik het superbelangrijk vind om de verhalen van de vorige generatie levend te houden en over te brengen dat we onze vrijheid moeten onderhouden om de vrede te bewaren.’
Koude Oorlog ‘Na mijn diensttijd in 1977 heb ik voor vier jaar bijgetekend. We zaten midden in de Koude Oorlog en ik vond het naïef om je verdediging niet op orde te hebben. Daarnaast had ik ook nog niet echt een idee welke kant ik met mijn loopbaan op wilde. In die jaren ben ik met een lerarenopleiding Engels begon- nen, maar mijn uitzending in 1980 naar Libanon heeft mij op een ander spoor gezet. Ik werd geplaatst op het hoofd- kwartier van Dutchbatt in Haris, van waaruit ik samen met drie collega’s de interne en externe communicatie voor de missie verzorgde.’
In 1977 volgde Alfred Kool (67) als dienstplichtig militair de officiersopleiding op de Jan van Schaffelaerkazerne in Ermelo. Na een jaar dienstplicht tekende Kool voor vier jaar een contract als Kort Verband Vrijwilliger. Van juli 1980 tot januari 1981 was hij op uitzending naar Libanon, waarna hij in 1982 als tweede luitenant de dienst verliet. Tot 1989 was hij nog jaarlijks actief voor de Koninklijke Landmacht als reserveofficier en werd in die hoe- danigheid bevorderd tot kapitein. Ondertussen bouwde Kool een succesvolle loopbaan op in de pensioensector. Zo was hij onder meer twintig jaar lang directeur corporate communication bij PGGM. Inmiddels heeft Kool de pensioenleeftijd bereikt, maar hij werkt nog als zelfstandig adviseur en werd per 12 mei 2023 benoemd tot niet-uitvoerend lid van het bestuur van ABP. Daarnaast is hij onder meer actief als gastspreker bij Veteraan in de Klas. Kool is getrouwd, heeft drie kinderen en twee kleinkinderen.
checkpoint
Granaatscherf ‘Ik sliep in een prefab, vlak voor het ge- bouw waar onze drukpers en donkere kamer zich bevonden. Op mijn nacht- kastje stond een foto van mijn vriendin, waar ik een maand voor de missie verkering mee had gekregen. Ik baalde best even dat ik weg moest, maar het kwam goed. We zijn na 43 jaar nog steeds gelukkig samen. Ik kwam er in Libanon al snel achter dat er daar echt wel wat aan de hand was. Na een week maakte ik mijn eerste mortierbeschie- ting mee. Eén granaat kwam op tien meter afstand van mijn prefab terecht. Naderhand vond ik granaatscherven terug in mijn klamboe en één scherf was dwars door een poster gegaan die ik net had opgehangen. Dan besef je dat het ook anders had kunnen aflopen. Toch heb ik daar een geweldige tijd gehad. Voor ons personeelsmagazine de Dubbel Vier ging ik alle posten in ons gebied af om de mannen te spreken en hun verhalen op te tekenen. Ook begeleidde ik bezoekende journalisten en Kamerleden uit Nederland. Op een dag was ik op weg naar Beiroet toen we staande gehouden werden door een jongen van een jaar of 15 met een doorgeladen geweer. We zijn toen maar rustig met hem meegegaan hun kamp op. Na een ongemakkelijke start, bleek zijn commandant graag een keer met mijn pistool te willen schieten. De Nederlandse krijgsmacht was toen heel kien op het tellen van kogels, dus als ik dat toestond, zou ik dat later moeten verantwoorden. Na heel wat kopjes thee met veel suiker en een belofte van eeuwige vriendschap, mochten we toch weer door. Zonder dat hij met mijn pistool had geschoten.’
Incidentenlijst ‘Ik draaide ook mee in de piketdiensten op de commandopost. Iedere nacht waren er wel infiltratiepogingen. Die berichten kregen we door en hielden we bij. Elke week publiceerden we een lijst met incidenten achter op de Dubbel Vier. Die rubriek werd altijd als eerste gelezen. Daar in Libanon bedacht ik mij dat ik in mijn latere werk ook iets met communicatie wilde doen. Nadat ik in 1982 de dienst verliet, heb ik jarenlang
iedere opleiding gevolgd die ik op dat gebied tegenkwam, tot en met een mas- ter in Corporate Communication aan de Erasmus Universiteit, en heb een mooie loopbaan kunnen opbouwen.’
Zoveel haat ‘Een van de belangrijkste vaardigheden in mijn vak vind ik het stellen van vragen en het begrijpen van andermans motivatie. Dat probeerde ik in Libanon ook toe te passen. Soms zat je ’s och- tends aan de thee bij de liaison officer van de PLO en ’s middags aan de koffie bij de christelijke militie van majoor Haddad. Als je interesse toont, blijken het allemaal heel gewone mensen te zijn met een eigen verhaal en motivatie. Zo sprak ik eens een Palestijn die zijn vader en een broer had verloren in de strijd met Israël. Zijn enige doel was om wraak te nemen. Hij had niks meer te verliezen. Dat zie je nu weer gebeuren. Kijk naar de trieste oorlog die nu is uitgebroken in Israël. Er is zoveel haat over en weer in die regio, dat is niet op te lossen. Dat maakt ook dat ik zo gemotiveerd ben om mijn verhaal over te brengen aan kinderen en tieners. Laten we alsjeblieft zorgvuldig omgaan met de vrijheid die we hier in bijna tachtig jaar hebben opgebouwd. Het is zo kwetsbaar en oorlog is dichterbij dan je denkt.’
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76