54
we medicijnen en medische instru- menten geleverd, in Kaimana een huis gebouwd voor een Papoea-gezin en hebben we in Timika zowel een wees- als invalidenhuis gesponsord. Mijn voordeel was dat ik het Maleis redelijk beheers en mij gemakkelijk verstaan- baar kon maken.’
over Ad Bouterse
In 1942 werd Ad Bouterse geboren in Noord-Beveland in een Zeeuws boerengezin met elf kinderen. In 1961 ging hij in militaire dienst bij de Koninklijke Landmacht en in 1962 werd hij uitgezonden naar Nieuw- Guinea. Daarna vond hij een baan bij de posterijen, waar Bouterse uiteindelijk veertig jaar heeft gewerkt, waarvan zeven jaar als vakbondsbestuurder. Hij was actief binnen veteranenverenigingen, zoals de VOMI, de Vereniging Nieuw-Guinea Militairen 1945-1962 en de Bond van Oud-Stoottroepers en Stoottroepers (BOSS). Nog altijd is hij contactpersoon voor de BNMO, vaandeldrager van de Nieuw-Guineavereniging en koninklijk vaandeldrager van IMOS (Interallied Military Organization Sphinx). Ook is hij al 44 jaar lang KNVB-veldscheidsrechter, waarvan 25 jaar als rapporteur en zaalscheidsrechter.
hand op en gingen wij kijken. In die tijd vielen de Indonesische parachutisten bij bosjes uit de lucht. Sommigen van deze para’s waren echte stumpers die door Soekarno met minimale middelen op pad werden gestuurd. Ook zij gebruikten de Papoea’s als gids, alleen die liepen dan zo hard dat para’s alsnog verdwaalden in het bos.’
Weeshuis Ruim dertig jaar later, in 1993, keerde Bouterse voor het eerst terug naar West-Papoea. Met zijn echtgenote Nel bezocht Bouterse de dorpjes langs de zuidkust van Nieuw-Guinea. Nel wilde hem helpen om over de last van sommige herinneringen heen te komen door juist deze beladen plekken te bezoeken. De reis beviel Ad Bouterse zo goed, dat er meerdere reizen volgden. En ze probeerden steeds op verschillende manieren de Papoea’s te helpen. ‘Mijn vrouw voelde liefde voor alle mensen. Toen we een schooltje bezochten en zij de gebrek- kige inrichting daarvan zag, vond ze dat echt verschrikkelijk. We hebben hout gekocht en daar maakten de Papoea’s schoolbankjes en stoeltjes van. Toen wij na twee jaar terug- kwamen, was al het meubilair door de Papoea’s vernieuwd. Later hebben
checkpoint
Flying Doctors Nel sloot het gebied in haar hart en genoot van de mensen, de natuur en cultuur. Maar in 2013 sloeg het noodlot toe: Bouterses geliefde echtgenote overleed op de terugvlucht van Jakarta naar Bangkok in een vliegtuig van de Flying Doctors. Daarna had Bouterse een paar jaar geen behoefte om terug te gaan. Maar in 2016 en 2019 ging hij toch weer op reis en bezocht onder meer het kinderinvalidenhuis en het weeshuis. De herinnering aan dat bezoek doet hem nog zichtbaar veel. ‘De kinderen stonden in een rijtje met een Papoea-dansgroep. Ze hebben gedanst en muziek gemaakt. Ik heb er vreselijk van gehuild. Een meisje pakte mijn hand vast. Zij kende mij nog van een vorig bezoek.’
Schande Hoewel het welzijn van de Papoea’s hem zeer aan het hart gaat, wil Bouterse eigenlijk geen oordeel uitspreken over de onderdrukking van deze bevolkingsgroep. ‘Het is een schande hoe ze behandeld worden, maar ik wil daar zo min mogelijk over zeggen. Anders kom ik het land misschien niet meer in en dan kan ik niks meer voor hen betekenen.’
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76