Kennis Tuchtrechtspraak
Geen tandarts die er ooit mee te maken hoopt te krijgen: de gang naar een Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (RTG). Toch kun je die mogelijkheid nooit helemaal uitsluiten. Daarom: wat is eigenlijk het doel van het tuchtrecht? Hoe verloopt een tuchtprocedure? En wat kun je verwachten en doen als er een klacht tegen je is ingediend?
TEKST: KNMT-AFDELING JURIDISCHE ZAKEN / BEELD: SHUTTERSTOCK…
H
et tuchtrecht is bedoeld om de kwali- teit van de beroepsuitoefening te be- vorderen en te bewaken. Ook moet het de patiënt beschermen tegen ondes- kundig en onzorgvuldig handelen van
een BIG-geregistreerde zorgverlener, zoals een tandarts. Het RTG beoordeelt of “de tandarts de zorg heeft verleend die van hem of haar verwacht mocht worden. De norm daarvoor is een redelijk bekwame en redelijk handelende tandarts. Bij de beoordeling wordt rekening gehouden met de voor de zorgverlener geldende beroepsnormen en andere professionele standaarden“.
Y Twee tuchtnormen Om te kunnen bepalen of het (be)handelen van een zorg- verlener de toets der kritiek kan doorstaan, beoordeelt het RTG dat aan de hand van twee tuchtnormen uit artikel 47 van de Wet BIG: DDe eerste tuchtnorm ziet op het handelen of nalaten van de BIG-geregistreerde zorgverlener binnen de individuele behandelrelatie. Het gaat dan om de vraag of gehandeld is in strijd met de zorg die de zorgverlener behoort te verlenen aan de patiënt (of zijn naasten). Denk bijvoorbeeld aan het stellen van een verkeer- de of te late diagnose, het starten van de verkeerde behandeling, het afgeven van een onjuiste verklaring of rapport, het voorschrijven of verstrekken van verkeerde medicatie, het ten onrechte niet doorverwijzen naar een andere zorgverlener, een patiënt onvoldoende informe- ren over de behandeling, onvoldoende documenteren in het medisch dossier of het schenden van het beroeps- geheim. Voor invulling van deze norm dient te worden aangesloten bij bepalingen die de beroepsgroep zelf heeft vastgesteld.
DDe tweede tuchtnorm is breder en ziet op al het hande- len dat in strijd is met hetgeen een behoorlijk beroeps- beoefenaar betaamt. Daaronder valt dus het handelen dat niet ziet op de directe arts-patiëntrelatie. Denk bijvoorbeeld aan het handelen als bestuurder van een zorginstelling, tussen collega’s onderling bij waarneming D
JUNI 2024 NT DENTZ 39
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68