BEDRIJFSREPOR T AGE
De hoogdrachtige vaarzen, de oudere pinken en de verse koeien staan op een grupstal
praat, ben je er nog lang niet’, waar- schuwt hij. Vanwege de hoeveelheid grond, het aan- tal koeien en de wil om de koeien zoveel mogelijk buiten te laten grazen komt de vraag op of de familie Swank ooit heeft overwogen om over te stappen naar bio- logische productie. ‘Ik sluit niets uit,’ begint Adwin, ‘Maar ik kan me niet voorstellen dat biologisch boeren bij me past. Daarvoor heb je een zeker idealis- me nodig denk ik, en dat heb ik niet.’ Hij realiseert zich dat een overstap naar biologisch een hogere omzet zou kun- nen betekenen, maar volgens hem ver- schilt de biologische melkprijs niet zoda- nig van de gangbare dat een veehouder er veel bij wint. ‘En volgens mij zou het bedrijf nog extensiever moeten zijn om zelf voldoende ruwvoer te produceren. Samenwerking met een biologische ak- kerbouwer zou het misschien interes- santer maken.’
Succesvol met Swamofokkerij Met het oog op het huidige aantal dieren in de stal en een blik op de kansen voor de toekomst, stelt Adwin dat hij bij de toekenning van fosfaatrechten had ge- gokt op meer waardering voor grondge- bondenheid. ‘We melken hier nu ruim 50 koeien op 27 hectare eigen grond, nog geen twee koeien per hectare, waarmee we de kringloop met eigen mest prima voor elkaar hebben.’
Maar of hij door veel zelf te doen nu geld heeft uitgespaard of heeft verloren – hij heeft immers geen fosfaatrechten voor de benodigde koeien in de stal – weet hij nog niet. ‘Dat zal de toekomst moeten uitwijzen. Maar ik maak me geen zor- gen. Ik denk dat ik met de lage financie- ring en deze koeien in staat ben om vol- doende te verdienen.’
16 VEETEEL T FEBRUARI 2 2017
Niet alleen het geld wordt bewust uit- gegeven, ook stieren worden bewust in- gezet. ‘We maken bij elke koe een spe- cifieke paring’, zo vertelt Adwin. ‘Dat betekent dat we overal rietjes aankopen, die CRV vervolgens voor ons in bewaring heeft. Een eigen vat kan bij deze bedrijfs- omvang niet uit.’ Dat die specifieke paringen een goed re- sultaat opleveren, blijkt uit de resultaten die de familie Swank in de recente histo- rie behaalde met stiertjes en stiermoe- ders. Een van de bekendste resultaten uit deze fokkerij is Riethil Swamo Delta Jordan (v. Novalis), moedersvader van de veel gebruikte stier Delta G-Force. Het prefix Swamo is een samentrekking van Swank en Moree, Adwin en Arjenne Swank en Addy Moree. ‘Van jongs af is fokken een hobby van me’, zo legt Ad- win uit. ‘Samen met mijn zus Arjenne en Addy Moree, die van jongs af aan veel op het bedrijf hielp en nu werkzaam is als bedrijfsinspecteur voor CRV, kochten we twee Sunny Boypinken aan bij een stop- pende veehouder uit de buurt. De nafok van deze koeien met de naam Jans, waar- onder Jordan, kreeg het prefix Swamo. Helaas haalde Jordan vanwege een bles- sure nooit de fokstierstatus.’
Nafok Frida’s met roodfactor Niet alleen met de aangekochte Jans, ook via de eigengefokte Fridalijn maakt de familie Swank furore. Sterker nog, het was in 1994 de aanleiding voor een bedrijfsreportage in Veeteelt. Jaap Swank deed destijds met drie koeien uit de twintigkoppige veestapel mee aan de NRM van dat jaar. Een van die koeien was Frida 33 (v. Gambler), die 90 punten kreeg en een levensproductie van ruim 126.000 kg melk haalde. ‘Helaas had ze met 4,14% vet en 3,14% eiwit geen beste
gehalten. Een tientonner is ze niet ge- worden. Haar kleindochter Frida 43, een Celsiusdochter, behaalde die status wel,’ zo vertelt Jaap.
De goede productie van Frida 43, even- eens ingeschreven met 90 punten, viel op. Toen bleek dat ze ook nog eens be- schikte over de roodfactor, afkomstig van grootmoeder Frida 23 (v. Adler), nam de interesse van ki-organisaties voor haar nafok toe. Ze werd gespoeld met stieren als Jerom en Martinus en dat leverde een stiertje – Brakels Quinten – op dat naar Alta ging. Op het moment van het interview liggen er twee zwartbonte stiertjes in de kalver- hokken voor CRV. ‘Ze hadden roodbont en hoornloos kunnen zijn, maar blijken zwartbont, met horens – hoewel een van beide toch de roodfactor heeft’, zegt Ad- win. De afstamming van de stiertjes is Rafter P x Balisto x Kodak x Cricket: een volledige combinatie van rood- en zwart- bont. Voor KI Kampen ligt er een stiertje met de afstamming Jetset x Impression x Windbrook x Gavor. Daarnaast staan bij KI Samen de stieren Brakels Tex en Bra- kels Bobax op de kaart.
‘Ik blijf het bijzonder vinden dat we uit onze kleine veestapel stieren aan de ki-organisaties kunnen leveren’, zegt Adwin, terwijl hij met gepaste trots door de stal kijkt. ‘Toch blijft het een kwestie van geluk hebben in het huidige geno- micstijdperk’, vervolgt hij. ‘Omdat ik al- tijd goede koeien probeer te fokken en mooie combinaties wil maken, bel ik bij een stiertje altijd naar een ki of ze mis- schien interesse hebben.’
Al vroeg liet Adwin verschillende koeien op merkers onderzoeken en wist zo de topfamilies te selecteren. Maar, zo be- sluit hij nuchter: ‘De kans dat we een stiertje leveren dat aanslaat, is klein. l
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48