‘Dit
stemt mij dankbaar’
‘De
wetenschap prikkelde’
FOTO: MIRJAM VAN DER LINDEN FOTO: MIRJAM VAN DER LINDEN
‘A
ls zorgverlener ben je onlosmakelijk onderdeel van een
stroming die al generaties lang in ontwikkeling is. De basis van de theoretische en praktische kennis die we toepassen in de dagelijkse praktijkvoering doen we primair op tijdens de opleiding Genees- kunde en/of Tandheelkunde. Deze kennis hebben we te danken aan voorgangers die ook het belang inzagen van bijdragen aan de ontwikkeling van ons vakgebied. En dit stemt mij dankbaar. Elke generatie zorgverleners is weer verschillend ten opzichte van de voorgaande generaties. De persoonlijke wensen van de zorgverleners, de technologische ontwikkelingen en de zorgwen- sen van de patiënten variëren gedurende de tijd. Dit is een natuurlijk proces, maar brengt ook de noodzaak voor evaluatie en ontwikkeling met zich mee. Middels wetenschappelijk onderzoek en discussiëren met vakgenoten kunnen we bepalen welke inzichten uit het verle- den toekomstbestendig zijn en
welke inmiddels achterhaald blijken. Daarnaast geeft het onze beroepsgroep handvatten om te reageren op ontwikkelingen die zich op een hoger niveau voort- doen, zoals artifi ciële intelligentie en klimaatverandering. Het is natuurlijk mooi als je deel kunt uitmaken van dit proces. Niet iedereen wordt enthousiast van het uitvoeren van weten- schappelijk onderzoek of verzor- gen van nascholing. En dat is maar goed ook, er moet diversiteit zijn. Maar om de zorg voor de patiënt continue te verbeteren, vind ik het essentieel dat onze beroepsgroep de verantwoordelijkheid voelt om de kruisbestuiving tussen de kli- niek en de wetenschap te blijven stimuleren. Op die manier kan iedereen op zijn manier blijven bijdragen aan de ontwikkeling van ons vakgebied. Persoonlijk hoop ik middels nascholing en wetenschap bij te dragen aan de kennis van de hui- dige en toekomstige generaties. Hier krijg ik energie van.”
Willem Rademacher (38), Amsterdam
‘N
a mijn afstuderen in 2002 werd ik door mijn scriptiebege-
leider, professor dr. Frank Lob- bezoo, benaderd of ik interesse had in een promotieonderzoek naar een nieuw onderwerp binnen de tandheelkunde: de behandeling van obstructieve slaapapneu met een MRA. Ik was op dat moment net 23 jaar en had een enorme behoefte om mijzelf verder te ontwikkelen. Mijn vijfjarige studie Tandheel- kunde was voorbijgevlogen en ik zag mijn vooruitzicht van meer dan veertig jaar in een tandheel- kundige praktijk werken als te beperkend (nu weet ik wel beter en besef ik hoe naïef ik was). De wetenschap prikkelde onder andere mijn nieuwsgierigheid, creativiteit en analytisch denken. Een promotieonderzoek met als combinatie de algemene praktijk zag ik wel zitten. Aan de ene kant kon ik in de algemene praktijk mijn skills als tandarts verder ontwikkelen en aan de andere kant had ik een veilige omgeving binnen ACTA om mij
verder te ontwikkelen als tand- arts, docent en wetenschapper in een klinische setting. Mijn carrière op ACTA heeft mij zeer veel gebracht. Ik heb door mijn wetenschappelijk onderzoek veel geweldige en bijzondere ervaringen opgedaan in inter- disciplinair en internationaal samenwerken. Ik kan er zo enthousiast veel over vertellen dat ik niet weet waar ik moet beginnen en eindigen. Wat ik wel kan vertellen, is dat mede dank- zij deze ervaringen ik in 2022 benoemd ben tot hoogleraar Tandheelkundige Slaapstoornis- sen. Met deze benoeming heb ik de mogelijkheid gekregen om een nieuw vakgebied, de tand- heelkundige slaapgeneeskunde, vorm te geven, zodat de toe- komstige tandarts in staat is om patiënten met een vermoeden van obstructieve slaapapneu te verwijzen dan wel te behandelen met een MRA.”
Ghizlane Aarab (45), Amsterdam
SEPTEMBER 2024 NT DENTZ 23
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64
