ANN HULSBOSCH: ‘OP EEN KINDERFEESTJE HOORT VIES WORDEN ER GEWOON BIJ’
naam: Ann Hulsbosch (33) • partner: Raf Hulsbosch (36) • kinderen: Lotte (7) en Bram (5) • woonplaats: Erps-Kwerps • bedrijf: 95 witblauw- en limousindieren • feestje: kinder- feestjes
‘Wanneer de kinderen aan het eind van de middag moe en vooral ook vuil naar huis gaan, dan weet ik zeker dat ze het naar hun zin hebben gehad. Op een kin- derfeestje op de boerderij moeten kin- deren lekker kunnen spelen en rennen. Vies worden hoort daar gewoon bij.’ ‘We verzorgen elke zaterdagmiddag een kinderfeestje. De groepen variëren van 14 tot maximaal 25 kinderen en meestal ligt de leeftijd tussen de vier en acht jaar oud. Jongere kinderen vermaken zich moeilijker zelf, terwijl je bij oudere kinde- ren ziet dat meisjes andere dingen willen doen dan jongens.’
‘Het zijn vooral ouders die grote groepen uitbundige kinderen niet thuis willen ont- vangen die zich hier aanmelden. Ze ko- men uit de regio, vanuit het eigen dorp, maar ook wel uit de stad. Hoe de kinderen zich gedragen, is wel een beetje af anke- lijk van de ouders; daarin zie je grote verschillen in opvoeding. Maar op kinder- feestjes
willen kinderen zich eigenlijk
vooral amuseren en zelf spelen. Die vrij- heid geven we ze graag.’
GENIETEN VAN VERWONDERING ‘Op een feestje zijn de kinderen te en- thousiast om ze echt iets te vertellen over het leven op de boerderij. Als educatie het doel is, dan moet er een juf meekomen, zodat ze echt ook luisteren. Naar mij luis- teren ze ook wel; ik vertel ze vooraf welke regels er zijn, zoals geen voer in de water- bakken gooien bijvoorbeeld.’
‘Qua veiligheid maak ik ook afspraken, maar veel is vanzelfsprekend. De kinde-
ren kruipen echt niet in de hokken met volwassen dieren, daar kijken ze wel voor uit. We hebben niet heel veel aanpassin- gen gedaan om het bedrijf kindvriendelijk in te richten. De enige afspraak die ik met mijn man Raf heb gemaakt, is dat er zater- dagmiddag geen trekkers rijden.’
‘Dieren voeren, spelen in het hooi en wer- ken met de kruiwagen zijn favoriet bij de kinderen. Kinderen moeten vooral zelf hun gang kunnen gaan; je ziet vaak dat ze volledig op kunnen gaan in hun eigen spel. Waar ik echt van kan genieten, is de verwondering. Bijvoorbeeld over het ge- drag van dieren. De hilariteit die ontstaat wanneer een stier met zijn tong in zijn neus likt, dat vind ik prachtig om te zien.’ ‘Soms hebben kinderen wat schrik als ze net binnenkomen, zijn ze bang voor de ruimte of de dieren. Maar aan het eind van de middag is dat echt wel voorbij. Als ze moe, met blije gezichtjes en vuile kleren naar huis gaan, heb ik mijn doel bereikt.’
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56