917 | WEEK 32-33 07 AUG 2019
17
De Joost Dourleinkazerne op Texel. LCU
Ook indrukwekkend is de LCU, wat staat voor Landing Craſt Utility; een landingsvaartuig. De LCU is 225 ton en 38 meter lang. Het Korps Mariniers beschikt over vijf van deze vaartuigen. Richard: “Er zitten twee pompjets onder, die zui- gen het water als het ware op. Hierdoor is de LCU super wendbaar. We kunnen er veel mee doen; er kan 65 ton op geladen worden. Sleepwagens, tanks, containers; het kan er allemaal op”. De snelheid van de LCU is laag. “Hij gaat nog geen vijſtien kilometer per uur, harder kan echt niet. Dat houdt natuurlijk op, het is de tractor op het water”, aldus Richard met een lach.
Naast de LCU en de LCVP zijn er op de Joost Dourleinkazerne nog twee snellere vaartuigen te vinden. De eerder genoemde FRISC en de LCRM. De FRISC is een supersnel onderschep- pings- en special forces-vaartuig. Ze zijn breed inzetbaar; van maritieme drugs- en terrorisme- bestrijding tot rivieroperaties.
Luitenant Leroy: “De binnenvaart ziet onze schepen vooral als ze worden ingezet ter on- dersteuning voor onze mariniersopleidingen. Daarnaast zijn we regelmatig aanwezig bij oe- feningen of bij het ondersteunen van een eve- nement”. Hij benadrukt dat de scheepvaart nooit last mag hebben van de vaartuigen.
Hekgolf Een enkele keer worden de schepen van het Korps Mariniers opgeroepen via de VHF. Leroy: “Vanwege de hekgolf willen de schip- pers dat we langzamer varen. Al onze vaartui- gen zijn ontworpen voor open zee en dat ver- oorzaakt standaard een hogere hekgolf. “Soms moeten we juist iets harder varen om zo een kleinere hekgolf te veroorzaken. Dat geldt ook voor onze FRISC’s”, vertelt Leroy. Richard vult aan: “In tegenstelling tot binnen- vaartschepen, zijn onze vaartuigen juist ont- worpen om vast te lopen aan de grond en dat is een groot verschil. Elke oefening waarbij
gebruik wordt gemaakt van munitie wordt gemeld. “We varen nooit zomaar”, aldus de eerste luitenant. De sergeant-majoor geeſt aan dat het manoeuvreren rondom binnen- vaartschepen soms best lastig is. “Het is een grote trein voor ons en inhalen is moeilijk. Helemaal als er twee schepen naast elkaar varen, wat een enkele keer weleens gebeurt”.
Een wereld apart Iedereen die werkt bij de Korps Mariniers, werkt volgens Richard naar hetzelfde doel toe: het amfibisch product. “Zodra we op een boot stappen, doen we ons werk. We hebben veel verantwoordelijkheden en dat maakt dit werk voor mij zo leuk. Daarnaast kom je overal ter wereld; Noorwegen, Engeland of het Somali Basin (tijdens een piraterij mis- sie), ik ben er allemaal geweest. Ik heb te- vens drie jaar op Aruba gewoond en vier jaar op Curaçao”, aldus Richard. Leroy: “Mijn va- der zit bij de Koninklijke Marine, ik wilde altijd
Foto Sanne Verhoeff
bij de besten horen. Daarom heb ik gekozen voor een officiers opleiding, ik hou ervan om leiding te geven. De opleiding is pittig maar de groep is hecht, helemaal hier op Texel. Wie voor even binnenstapt in deze wereld, zal merken dat het werken bij dit elitekorps een ‘way of life’ is.
Voor wie in de toekomst een van de schepen tegenkomt op de vaarweg, supersnel of juist log en traag, één ding is zeker; er wordt ie- mand opgeleid of het is op weg naar een be- langrijke missie.
De schepen op een rij FRISC: Fast Raiding Interception and Special Forces Craſt
LCU: Landing Craſt Utility LCRM: Landing Craſt Rubber Motorized LCVP: Landing Craſt Vehicle Personnel
De platbodems met aan de voorkant een brede klep zetten de mariniers zo ver mogelijk op het strand.
Foto Koninklijke Marine
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44