search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
892 | WEEK 34-35 22 AUGUSTUS 2018


GEK EN DUUR IDEE BLEEK TOCH HAALBAAR Kadir van Lohuizen laat nieuwe tjalk bouwen


AMSTERDAM Fotojournalist Kadir van Lohuizen woont en vaart al 23 jaar op de paviljoentjalk Verwachting die in de Amsterdamse binnenstad ligt. Nu wil hij zijn schip verkopen, want hij laat samen met zijn vriendin Sanne Klap een nieuwe, grotere tjalk bouwen.


HEERE HEERESMA JR.


Kadir van Lohuizen (1963) is een van de bes- te Nederlandse fotojournalisten van dit mo- ment. Hij maakte fotoseries over onder andere migratie en de zeespiegelstijging. Hij won de Zilveren Camera 1997 en drie keer de World Press Photo Award, dit jaar voor zijn foto- en videoserie Wasteland, waarin hij de afvalstro- men in zes wereldsteden in beeld brengt. Van Lohuizen heeſt zich altijd tot water en varen aangetrokken gevoeld en woont op een pa- viljoentjalk in Amsterdam. Daar zeilt hij mee op het IJsselmeer en de Waddenzee wanneer hij daar de tijd voor heeſt, want hij reist bijna continu over de wereld voor zijn werk. Twee dagen na het maken van dit interview zat hij alweer op Spitsbergen om het effect van de kli- maatverandering op het Noordpoolgebied te fotograferen.


Van Lohuizens eerste ervaring op het water was de motorboot dat zijn ouders midden ja- ren ’70 kochten. “Mijn broertje en ik hadden het varen sneller onder de knie dan mijn ou- ders, dus meestal voeren wij. Dan kwam hij of ik op de stuurstoel met vier kussen de sluis binnenvaren en dan zei de sluiswachter: waar zijn je ouders? En dan zeiden wij: die liggen te slapen, meneer”. Dat broertje was Hamid van Lohuizen, die kapitein op de zeevaart werd en in 2001 op de Noord-Atlantische Oceaan spoorloos verdween. “Bij de Zeeverkenners in Reeuwijk heb ik leren zeilen. Ik had toen met mijn broer een wedstrijdboot en we zijn steeds


“Houden we het droog, vandaag?” Kadir van Lohuizen in de zomerroef op zijn paviljoentjalk Verwachting.


fanatiekere wedstrijdzeilers geworden. We hadden eigenlijk best talent, we waren het al- leen vaak oneens. We hebben in ieder geval een keer een Nederlands kampioenschap ver- speeld omdat we letterlijk rollebollend door de boot lagen. We waren het niet eens over de kruisraktactiek”.


Verwachting Van Lohuizen werd van de Zeeverkenners gestuurd omdat hij wat anarchistisch werd en zijn uniform niet meer wilde aantrekken. Later werd hij zeilinstructeur bij zeilschool De Veen- hoop in Friesland en kwam vervolgens op de chartervaart terecht. “Ik heb op de Onderne- ming uit Lemmer gevaren en op de Malle Jan uit Enkhuizen. Dat was nog wel de leuke tijd, maar begon te kantelen. De chartervaart is ooit begonnen met de botters vanuit Muiden, dat was gewoon nog poepen op een emmer.


Varen is een feestje Foto Heere Heeresma jr.


De chartervaart begon steeds populairder te worden, maar het was steeds vaker zo dat mensen niet meer in eerste instantie voor het zeilen kwamen. Als je op vrijdagavond fusten bier aan boord zag rollen, dan wist je al hoe laat het die week zou worden”.


Van Lohuizen ging midden jaren ’80 door de wereld reizen en kwam in de Filipijnse op- stand terecht waarbij de dictator Marcos viel. De foto’s die hij daarvan maakte beteken- den het begin van zijn leven als fotojourna- list. De liefde voor het water bleef echter en in 1995 kocht hij de paviljoentjalk Verwachting (20,30 x 4,30 meter) waarop hij al 23 jaar woont en vaart. “Hij heeſt altijd Verwachting geheten en ik ben pas de derde eigenaar. Hij is gebouwd in 1901 bij de wereldberoemde werf Mulder in Vierverlaten. Die bouwde de mooiste tjalken van Nederland. Hij is volgens mij voor


Doorgedacht Van Lohuizen en zijn vriendin Sanne Klap gaan de Verwachting verkopen. De reden is dat ze een nieuwe tjalk laten bouwen. “Het is een luxeprobleem, maar we willen een groter schip”, zegt Van Lohuizen. “We hebben eerst gekeken wat er was, ook met ligplaats, maar daar werd de hoofdprijs voor gevraagd. En we willen niet weg van deze ligplaats”. Iemand adviseerde nieuwbouw. Wat eerst een gek en duur idee leek, bleek toch haalbaar. Voor de bouw van het casco kozen ze voor scheeps- werf Helldörfer in Arnhem, want daar had- den ze enthousiaste verhalen over gehoord. De afbouw vindt plaats bij Woodies at Berlin in Amsterdam-Noord. Als model voor de nieu- we tjalk staat de Voorwaarts van schipper Peter Glas. “Hij wint bijna altijd alle wedstrij- den, de Waddenrace en de Slag in de Rondte. De Voorwaarts is een paar jaar later ook bij Mulder gebouwd, dus het is een groter zus- je van de Verwachting. Dus toen dachten we: we gaan gewoon de Voorwaarts 2 bouwen”. Het nieuwe schip gaat Doorgedacht heten en wordt 21,50 bij 4,92 meter. Het wordt een zo duurzaam mogelijk schip met lucht-warm- tepomp en zonnepanelen. De voortstuwing wordt hybride. “We kunnen overwegend elek- trisch varen en als het echt moet komt de die- sel erbij”. De Doorgedacht wordt zwaar ge- bouwd en gecertificeerd voor kustwater, want Van Lohuizen wil verder dan het IJsselmeer en de Wadden. “Tijd is nu mijn vijand, maar als ik later groot ben, gaat dat vast gebeuren”.


Snelheidsduivels op Albertkanaal bestraſt met langere wachttijden


BRUSSEL De op het Albertkanaal geldende snel- heidsbeperking van gemiddeld 15 kilome- ter per uur wordt over het algemeen goed na- geleefd. Tot 1 juli van dit jaar werden ‘slechts’ dertien snelheidsduivels betrapt die met ho- gere snelheid voeren en daarvoor werden be- straſt. Dat gebeurt niet met een geldboete, maar door de overtreders een langere wachttijd bij de sluis aan te smeren. Geldboetes zijn wel een optie, maar die moeten eerst wettelijk worden geregeld.


JAN SCHILS


Dat zegt Liliane Stinissen, perschef van De Vlaamse Waterweg, die het binnenvaartnet in Vlaanderen beheert. Als een schip te snel vaart, kan het een golfslag veroorzaken, waardoor zo- wel de oevers als de aan de kant liggende sche- pen schade kunnen oplopen. Met een trajectcon- trole, die eerder dit jaar werd ingevoerd, moet dat worden voorkomen. In de eerste zes maanden


Foto Lida Saaij


LEERDAM Varen is een feestje voor schipper Arda Refvik-Vos van de verlengde spits Fant. En soms vier je een feestje tijdens de vaart. Zoals op vrijdagochtend 10 augustus.


Toen werd er vastgemaakt aan de gemeente- kade van Leerdam voor het terras van een lo- kaal horecabedrijf. Binnen de kortste keren werd een lange lijn met vlaggen gespannen tussen de kraan achterop en de mast voorop. Het was de dag dat Arda 50 jaar werd en dat moest worden gevierd. De visite was uitgeno- digd om naar het terras te komen.


Arda Refvik vaart sinds een maand of vijſtien als zelfstandig ondernemer en schipper op de Fant, samen met haar man. “Ik kom niet uit de binnenvaart, maar met een eerdere relatie heb ik een poos gevaren. Ik vond het heerlijk. Later ben ik naar Noorwegen verhuisd. Mijn man is een Noor. Hij is boer. Toen de kinderen eenmaal de deur uit waren, wilde ik graag wat anders. Ik heb al mijn papieren om te varen. We hebben de Fant gekocht. Het gaat gewel- dig, ook financieel gezien”, vertelt ze. “De om- zet is boven verwachting”. En dat maakt het varen op alle fronten tot een feestje.


voeren dertien schepen te snel, aldus Stinissen. Als sanctie moeten ze dubbel zo lang wachten voor ze door de sluis mogen. Om snelheidsduivels te betrappen, worden de vertrek- en aankomsttij- den aan zes sluizen op het Albertkanaal gemeten.


Sommige schippers op het Albertkanaal hebben hun twijfels over het officiële cijfer van dertien te snel varende schepen. Twee Belgische schippers, die geregeld op het Albertkanaal varen, menen dat het cijfer een stuk hoger ligt. “We worden ge- regeld voorbij gestoken door dit soort cowboys”, aldus een van deze schippers. Bij De Vlaamse Waterweg is daarover niets bekend en zijn er ook geen meldingen binnengekomen als zouden de snelheidsovertredingen een stuk hoger liggen. De Vlaamse Waterweg bestudeert momenteel de mogelijkheid om het systeem uit te breiden, bij- voorbeeld naar het kanaal Charleroi-Brussel of de Zuid-Willemsvaart. Ook daar is geregeld sprake van te snel varende schepen, waartegen voorals- nog niets wordt ondernomen.


Inhijsen eerste sluisdeur 3e Beatrixsluis op 23 augustus


NIEUWEGEIN Op donderdag 23 augustus wordt de eerste van de vier sluisdeuren in Nieuwegein op zijn plek in de deurkas van het buitenhoofd van de sluis (Lekzijde) gehesen.


De eerste twee deuren, die ieder 28 meter lang, 6,25 meter dik en 14 meter hoog zijn en per stuk 490.000 kilo wegen, kwamen op 30 juli aan in Schiedam. Daar zijn ze de afgelopen weken af- gebouwd. Op dinsdag 21 augustus komen zij


kolk


per duwbak naar Nieuwegein. Zij reizen via de Nieuwe Maas en de Lek naar het Lekkanaal. Na aankomst liggen ze ten zuiden van de Prinses Beatrixsluis achter het bestaande remmingwerk klaar voor de hijsoperatie op donderdag 23 au- gustus (de eerste deur) en vrijdag 24 augustus (de tweede deur). Het plaatsen is op zowel don- derdag als vrijdag via een live stream te volgen op www.prinsesbeatrixsluis.nl/sluisdeuren en www.facebook.com/PrinsesBeatrixsluis


4000 gulden gebouwd. De familie De Graaf heeſt er tot eind jaren ’50 onder zeil vracht mee gevaren. Daarna is het tuig eraf gegaan en hebben ze met een opduwertje gevaren tot eind jaren ’60. Toen is hij aan de wal gekomen en was hij langzaam aan het vergaan. Hij is ge- kocht door Nico Teijken en Marijn Kolkmeijer en die hebben hem in 1970 hier neergelegd”.


13


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34