houdsvoer nodig dan huidige normering lkkoe groter dan gedacht


met de resultaten uit andere landen (zie tabel 1). Omgerekend naar het vem-systeem betekent dit dat de energiebehoefte van een niet-melkgevende koe van 650 kilo 5327 vem bedraagt. Een droge koe heeft dan genoeg aan een kleine 7 kg droge stof met 800 vem per kilogram droge stof.


Maag-darmkanaal bepalend


De hoeveelheid onderhoudsvoer bij runderen is on- der meer afhankelijk van de grootte van het maag- en darmkanaal, weet Spek. ‘Een sterk ontwikkeld maag-darmkanaal bij runderen zie je vooral bij de melkveerassen. Melkveerassen zijn in staat om veel ruwvoer om te zetten in melk dankzij een groot maag-darmkanaal.’ Een sterk ontwikkeld maag- darmkanaal bestaat uit veel weefsel, legt Spek uit. Dit weefsel is zeer actief en heeft een grote behoefte aan energie om zichzelf in stand te houden en om de benodigde verteringsprocessen te kunnen uit- voeren. ‘Runderen met een groter maag-darmstel- stel hebben daardoor een grotere energiebehoefte voor onderhoud. Vleesveedieren hebben een klei- ner maag-darmkanaal omdat die minder voer hoe- ven te verteren dan melkveerassen’, legt hij uit. ‘Daarnaast heeft de fokkerij afgelopen decennia in- gezet op koeien die meer melk kunnen produceren en daardoor ook meer voer opnemen. Koeien met een hogere melkproductie en een grotere voerop- name hebben een groter maag-darmstelsel om al dat voer om te kunnen zetten in melk.’ De vraag rijst of het nog wel rechtvaardig is om te werken met normen voor onderhoudsbehoefte die gebaseerd zijn op het type koe van vijftig jaar gele- den. De onderzoeker verwijst daarvoor naar een re- cente studie uitgevoerd in Amerika, waarin in ver- schillende tijdsperioden van ongeveer tien jaar de energiebehoeften voor onderhoud voor holstein- koeien op een rij zijn gezet. Daaruit bleek dat de behoefte aan metaboliseerbare energie voor onder- houd is toegenomen van 0,51 in 1963-1973 naar 0,74 in het tijdvak 1984-1985 (tabel 1). Spek: ‘Op basis van onder andere dit onderzoek is het aanne- melijk dat de huidige vem-behoefte voor onderhoud van de huidige, niet-lacterende koe met dertig pro- cent zou moeten toenemen.’


Vem-dekking droge koe 124 procent De inventarisatie van Spek wekte de nieuwsgierig- heid van Léon Šebek, onderzoeker bij Wageningen UR en actief bij werkzaamheden rondom nutriën- tenkringlopen. Zo is hij nauw betrokken bij het pro- ject Koeien en Kansen, waar de KringloopWijzer een belangrijke rol speelt in de bedrijfsvoering. ‘Als ik de resultaten van de Koeien en Kansen-boeren


VEETEEL T JANUARI 1/2 2009 VEETEEL T AUGUSTUS 1 2016 11


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56