search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
PAASNUMMER VOGELGRIEP DE BAAS ▶▶▶


Vogelgriep snel vinden en melden


Vroege detectie van een vogelgriepinfectie kan het verschil maken tussen een incidentele vogelgriepuitbraak en een rampscenario à la 2003. Wageningen Bioveterinary Research adviseert een andere meldingsgrens om uitbraken sneller te vinden: let op bij een verdrievoudiging van de uitval.


DOOR KIRSTEN GRAUMANS H


oogpathogene vogelgriep is een aangifte- en bestrijdingsplichtige ziekte. Dat is niet voor niets: ieder- een wil voorkomen dat het virus


nog eens de kans krijgt om zo te verspreiden als dat in 2003 gebeurde. Daarnaast is sinds 2005 ook laagpathogene vogelgriep van de subtypes H5 of H7 aangifte- en bestrij-


dingsplichtig geworden, omdat er een risico bestaat dat deze typen muteren naar hoogpa- thogene vogelgriep. De hoogpathogene-vo- gelgriepepidemie in 2003 in Nederland was het gevolg van een mutatie van een laag- naar een hoogpathogeen vogelgriepvirus op een pluimveebedrijf. Epidemioloog Armin Elbers (Wageningen Bioveterinary Research in Lely- stad) herinnert zich nog goed wat er toen ge- beurde. Voor het eerst sinds 1927 werd de Ne-


Wanneer melding maken van vogelgriep?


Verhoogde sterfte is een belangrijk signaal. Volgens Wageningen Bioveterinary Research zou een pluimveebedrijf de dagelijkse sterfte moeten vergelijken met de gemiddelde sterf- te van een week eerder. Als de actuele sterfte op stalniveau drie keer zo hoog is (zonder in- cidentele oorzaak zoals het uitvallen van de ventilatie of hittestress), moet je aan de bel trekken. Op dat moment kunnen de officiële meldingsgrenzen nog niet bereikt zijn.


De huidige officiële meldingsgrenzen: • Sterfte bij leghennen, vermeerderingsdie- ren of vleeskuikens van 0,5% of meer op twee opeenvolgende dagen per koppel per dag.


32


• Sterfte bij vleeskalkoenen van 1% of meer per koppel per dag op 2 opeenvolgende dagen.


• Sterfte bij AI-gevoelige dieren van meer dan 3% per week.


Voor AI-gevoelige dieren geldt verder de ver- plichting dat een pluimveehouder een die- renarts moet inschakelen als er een klinisch probleem zichtbaar is (bijvoorbeeld wanneer er wat verhoogde sterfte is, maar nog bene- den de grenzen, en dieren minder geluid maken en/of minder bewegen), als de dieren 2 opeenvolgende dagen 5% minder voer of water opnemen, en/of als de dieren 2 opeen- volgende dagen 5% minder eieren leggen.


▶PLUIMVEEHOUDERIJ | 18 april 2019


derlandse pluimveesector geconfronteerd met vogelgriep. “Dat is een dramatische situatie ge- weest. Zeker bij de eerste bedrijven vond enor- me sterfte plaats, zonder dat men aan de mo- gelijkheid van vogelgriep dacht”, vertelt hij. “Er waren bedrijven waar 50% van de dieren dood was, en die nog steeds niet dachten: ik ga me ergens melden. Aan de ene kant was het ruim 75 jaar geleden dat er voor het laatst een vo- gelgriepuitbraak was geweest. Aan de andere kant zou je toch denken dat als 50% van de dieren doodgaat, dat het tijd wordt om aan de bel te trekken en aan te geven dat er iets hele- maal mis is.”


Meldingsnormen niet scherp Naderhand werden de meldingsnormen voor hoogpathogene vogelgriep uitgebreid. Bij be- paalde uitvalspercentages per dag of week is een pluimveehouder verplicht om melding te doen (lees ook: Wanneer melding maken van vogelgriep? en Melden bij het Landelijke meldpunt dierziekten). Onderzoekers van Wa- geningen Bioveterinary Research werden twee jaar geleden door het ministerie gevraagd om deze meldingsgrenzen te evalueren en kwa- men tot de volgende conclusie: die meldings- grenzen zijn niet scherp genoeg. Het in de huidige wetgeving vastgelegde vaste uitval- percentage per dag of week houdt er geen rekening mee dat de uitval van een koppel


FOTO: KOOS GROENEWOLD


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68