Wonen
Woonark in Muiden. Ons land telt in totaal ruim tienduizend ‘woningen’ op het water
te vragen voor het gebruik van de openbare ruimte. Meestal kan dat bij de gemeente, maar op sommige locaties verstrekt de provincie, het waterschap of het Rijk die vergunning. Daarvoor betaalt de eigenaar jaarlijks liggeld, ook wel precario-belasting genoemd. Woonbootmake- laar Van der Sluis: “Hoeveel liggeld iemand per vierkante meter betaalt, verschilt. Duizend euro per jaar is een gemiddeld bedrag, maar het kan een stuk minder zijn. Of juist het dubbele. Daar- bij telt ook mee of je bij de boot nog een strook groen wilt huren.” De meeste gemeenten geven de laatste jaren
amper nog nieuwe ligplaatsen uit, met uitzon- dering van kleine projecten voor watervilla’s, zoals op IJburg in Amsterdam en in het Utrecht- se Leidsche Rijn. Wie een woonboot koopt en zelf geen ligplaats heeft, moet dus goed letten op de vermelding ‘met ligplaats’. Een enkele keer ligt de woonboot op eigen grond. Of beter gezegd: in eigen water. Dan hoeft er uiteraard geen liggeld te worden betaald.
Meer informatie over woonboten? Kijk bijvoorbeeld op
waterwonen.nl of
drijvendwonen.nl
Belasting Voor een woonboot moet in de meeste gemeen- ten roerendezaakbelasting worden betaald. Dit is te vergelijken met de onroerendezaakbelas- ting (ozb) die eigenaren van gewone huizen jaarlijks verschuldigd zijn. Hoe duurder de woonboot, hoe hoger de belasting. Ook deze tarieven verschillen per gemeente; vaak zijn ze gelijk aan de ozb-tarieven. In Groningen gaat het bijvoorbeeld om 343 euro per jaar bij een woonboot die een waarde van 2 ton heeft. Voor
034 oktober 2016 ArtsenAuto
diezelfde woonboot betaalt een eigenaar in Arnhem jaarlijks ruim 400 euro belasting.
Naar de werf “Moderne watervilla’s vergen weinig onder- houd”, zegt Harald Falkeisen, woonbootma- kelaar én voorzitter van de Nederlandse Bond van Makelaars in Schepen. “Vaak hebben ze een gevelbeplating, die enkele keren per jaar moet worden schoongemaakt. Maar bij een oude stalen woonboot is het natuurlijk een heel ander verhaal. Zo’n boot moet je om de paar jaar opnieuw in de verf zetten, om corrosie te voor- komen.” Hij voegt eraan toe dat stalen schepen normaliter eens per vijf à zes jaar naar de werf moeten, om het deel dat onder water ligt goed te laten onderhouden. Vooral de staaldikte is daarbij een punt van aandacht. De woonbootmakelaar vertelt dat het tegen-
woordig mogelijk is voor een kleine meerprijs een nieuwe woonboot of watervilla energie- neutraal te laten opleveren. “Dan gaat het vooral om zonnepanelen, warmtepompen en warmte- terugwinning. Bij verkoop is voor woonboten geen energielabel nodig.” Wie na afweging van alle voors en tegens
besluit een woonboot aan te schaffen, moet een taxatierapport laten opstellen. Falkeisen: “Als koper heb je onderzoeksplicht. Vooral bij oude schepen is dat belangrijk. Breng de boot naar de werf om er een technisch expert naar te laten kijken. Die stelt vast of het schip geschikt is voor veilige bewoning. Bovendien bepaalt hij of de boot kan fungeren als onderpand voor de bank.”
<
<
FOTO: ROBBIE ZANCA/ZANCA FOTOGRAFIA
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84