search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
WEEK 18-19 4 MEI 2016


Vier extra overnachtingsplaatsen in Gorinchem


GORINCHEM De minister van Infrastructuur en Milieu, Melanie Schultz van Haegen, heeſt de Tweede Kamer onlangs geïnformeerd over de beslissing om vier extra overnach- tingsplaatsen in de bestaande vluchthaven van Gorinchem te laten aanleggen. Deze beslissing heeſt de minister genomen in het kader van de planuitwerking overnachtings- plaatsen Merwedes.


Op de Merwedes zijn tien extra overnachtings- plaatsen nodig bij handhaving van de huidige ankerplaatsen. Dit om te kunnen voldoen aan de wettelijke vaar- en rusttijden voor de bemanning van binnenvaartschepen. Voor deze overnachtingsplaatsen zijn in samenwer- king met de regio diverse locaties bekeken. Voor de scheepvaart bleek de Woelse Waard bij Gorinchem een aantrekkelijke locatie. Hier- voor was echter onvoldoende draagvlaak bi de gemeente. Wel kunnen volgens de minister


in de bestaande vluchthaven van Gorinchem vier extra overnachtingsplaatsen worden aangelegd. ‘Op dit moment zijn geen andere volwaardige overnachtingsplaatsen moge- lijk, die steun hebben van de betreffende gemeenten. Zo bleken extra ligplaatsen in de Beatrixhaven van Werkendam en in de haven van Boven-Hardinxveld niet meer mogelijk’, aldus de minister in haar brief aan de Tweede Kamer. In het kader van de planuitwerking overnachtingsplaatsen Merwedes heeſt zij de voorkeursbeslissing (MIRT 2) genomen. De kosten van de aanleg van deze vier extra over- nachtingshavens zijn geraamd op tien miljoen euro. Voor deze ligplaatsen moet het bestem- mingsplan worden aangepast. Naast de vier ligplaatsen in de vluchthaven van Gorinchem bekijkt Rijkswaterstaat in samenwerking met de regio de mogelijkheden voor extra ligplaat- sen in Gorinchem in de toekomst. De behoeſte aan ligplaatsen wordt gemonitord.


ZON


Eindelijk, hij is er….de ZON! Die heerlijk warme voorjaarszon. Het mag ook wel, begin mei. En dat terwijl een week eerder enkele kampeerders nog getrakteerd werden op een laagje sneeuw. Sneeuw is leuk, maar dan wel in de winter graag meneer Klimaat. Meneer Klimaat lijkt sowieso de laatste tijd wat in de war, al hebben we dat natuurlijk gedeeltelijk aan onszelf te danken vanwege al die schadelijke stoffen die we onder andere met onze vervoers- en transportmiddelen uitstoten. Maar goed, nu dus de zon. Dat wordt genieten. Bijvoorbeeld van een mooie riviercruise op zo’n prachtig schip waarvan er deze keer zes in onze krant staan. De zon maakt mensen vrolijk maar ook gelukkiger. Dat is zelfs ‘wetenschappelijk bewezen’. Zonlicht heeſt immers invloed op het hormoonstelsel en maakt endorfine aan, dit wordt ook wel het gelukshormoon genoemd. Ik hoop dat die zon nog even blijſt schijnen. Zon betekent ook: meer recreatievaarders


POLL


Koninklijke BLN-Schuttevaer gaat in gesprek met het SAB over ontevreden leden. Bent u ook ontevreden over de dienstverlening van het SAB?


o Nee, ik ben tevreden o Ja, ik ben ontevreden o De dienstverlening kan beter o Ik weet het niet


Ik stuur mijn mening over het SAB naar redactie@scheepvaartkrant.nl De minister van Infrastructuur en Milieu, Melanie Schultz van Haegen.


Minister beantwoordt Kamervragen capaciteit beunschepen


DEN HAAG De minister van Infrastructuur en Milieu (I en M), Melanie Schultz van Haegen, heeſt onlangs de Kamervragen van Eric Smaling (SP) over de geringe capaciteit van beunschepen beantwoord. Op de vraag of de minister bereid is de kleinere binnenvaart- schepen uit te zonderen van de ROSR-eisen, antwoordt Schultz van Haegen dat zij niet de mogelijkheid heeſt om uitzonderingen te maken. Dit omdat de technische eisen aan schepen onderdeel zijn van de regelgeving van zowel de EU als de CCR. Op grond van internationaal recht zijn ze dan ook binden voor de lidstaten van de EU en de CCR.


Volgens de minister betekent het feit dat het aantal beunschepen sinds 2005 met circa honderd is teruggelopen, niet noodzakelijk dat het vervoer over de weg van zand en grind sindsdien is toegenomen. In dat verband wijst zij vooral op de afname van de vraag naar dit vervoer vanwege de economische crisis in 2008 en volgende jaren. Ze onderschrijſt de mening dat een gedifferentieerde binnen- vaartvloot optimale kansen biedt voor goede- renvervoer over water. “Het benutten van alle typen beschikbare vaarwegen voor transport van goederen kan bijdragen aan de verminde- ring van congestie op het wegennet”.


Smaling wilde tevens weten of de minister maatregelen neemt om een gedifferentieerde binnenvaartvloot, van belang voor het beva- ren van kleine vaarwegen, in stand te houden. “Zo ja, waarom hebben deze niet kunnen voorkomen dat er vele schepen via de sloop zijn verdwenen”, zo luidde de vraag. Schultz van Haegen: “Het verdwijnen van schepen via de sloop vindt zijn oorzaak primair in de leef- tijdsopbouw van schepen en bemanning. Voor beunschepen komt uit de studie van Panteia naar voren dat de hoge gemiddelde leeſtijd van ondernemers op beunschepen in relatie tot ontbreken van bedrijfsopvolging, en de hoge gemiddelde leeſtijd van beunschepen, belangrijke redenen zijn voor het verdwijnen van beunschepen uit de markt”. Wat betreſt het bevorderen van de inzet van kleine sche- pen, heeſt de overheid volgens de minister een voorwaardenscheppende rol. Vanuit haar


verantwoordelijkheid voor de infrastructuur, geeſt Schultz van Haegen bij keuzes prioriteit aan de belangrijkste hoofdvaarwegen met grote volumes. Provincies en gemeenten onderhouden en beheren de infra op kleinere vaarwegen, waarmee volgens de minister een goede bevaarbaarheid van de kleinere vaar- wegen is geborgd. Daarnaast noemt ze het haar taak om zoveel mogelijk belemmeringen in regelgeving voor de introductie van nieuwe kleine schepen weg te nemen. “Bij de ontwik- keling van nieuwe regelgeving op het gebied van verduurzaming van de binnenvaartvloot, alsook de bemanningssamenstelling van binnenvaartschepen, zal ik de specifieke ken- merken van kleine schepen meenemen”.


ROSR-eisen


In 2011 heeſt de minister de gevolgen van het aflopen van de overgangstermijnen bij de bepalingen van het ROSR voor de bestaande vloot laten onderzoeken. Hieruit kwam naar voren dat op grond van de geschatte demo- grafie van de ondernemers in de sector, de leeſtijd van de scheepsmotoren in relatie tot de boekwaarde van de schepen en de eisen aan luchtkwaliteit, kan worden verwacht dat het grootste deel van de ondernemers met een schip in de klassen I en II, de onderne- ming hebben beëindigd tegen het jaar 2025. Schultz van Haegen: “Dit is geen gevolg van de CCR- eisen, maar van natuurlijk verloop”. Wel werd op basis van dit onderzoek verwacht dat vanaf 2015 een deel van de schippers met schepen van de klassen I en II als gevolg van de overgangsbepalingen versneld de onder- neming zal beëindigen. De minister wijst er wel op dat er in 2011 nog geen sprake was van een moratorium op de meest klemmende eisen, zoals de geluidseisen en de eisen aan autokranten. Haar verwachting is dat voor deze knelpunten een passende oplossing wordt gevonden. De minister is het niet eens met Smaling dat er weinig progressie wordt geboekt om de ver- gaande ROSR-eisen van tafel te vegen. “Voor het aanpassen van die eisen is onderzoek nodig. Daarom is een termijn van drie jaar aſtesproken, waarbinnen verdere besluitvor- ming zal plaatsvinden”.


UITSLAG POLL


Watertruck+ in Vlaanderen, een goed idee? 8%


68% 1%


23% Ja, Watertruck+ zorgt voor een modal shiſt van weg naar water


Nee, Watertruck+ zorgt voor concurrentievervalsing binnen de vervoerstak Ik weet het niet


Nee, geld kan beter besteed worden aan het behoud van de diversiteit van de sector DEKZWABBER


op het water. Rijkswaterstaat is daarom alvast wijselijk begonnen met het geven van tips voor veilig varen op de rijksvaarwegen. Daarnaast zijn ook de politie, waterschappen en andere handhavers begonnen met het toezicht op het naleven van vaarregels en veiligheid op de wateren. Hardvaarders worden beboet, evenals iedereen die zich niet aan de opgestelde veiligheidsregels houdt, en brugspringers riskeren een boete en/of een HALT-traject. Ook de beroepsvaart moet natuurlijk opletten, varen doe je immers samen aldus een bekende campagne van Rijkswaterstaat. Naast alle tips voor veilig varen, worden er op drukke sluizen stewards ingezet om watersporters te helpen de sluizen snel en veilig te passeren. Dan is er tot slot nog de speciale Zwemwater App, die aangeeſt waar men veilig kan zwemmen. Zover is het echter nog niet, laat de zon dat water eerst maar een beetje opwarmen.


7 SANNE VERHOEFF


Dekzwabber voelt zich helemaal gelukkig na een paar gezonde zonnestralen.


AVERECHTS


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60