search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
32 Interview


waren het werk van andere militairen, zoals onderluitenant Vermeulen, en niet van Westerling en de onder zijn leiding staande militairen.’ Niettemin bestaat het beeld van Westerling als oorlogsmisdadiger en moorddadige fi guur. Geersing: ‘Tijdgenoten en de in 1948 en 1954 ingestelde onderzoekscommissies oor- deelden overwegend positief over hem en voor zover er kritiek was, gold die voor de politieke en militaire leiding. Maar Westerling werd uiteindelijk toch de ultieme zondebok. Dat kwam deels door eff ectieve Indonesische propaganda waarin hij werd beschul- digd van het maken van het absurde aantal van veertigduizend slachtoff ers, ook in Indonesië weten ze dat dit totale onzin is. Belangrijker is echter dat Westerling uitstekend paste in de strategie van Nederlandse politici die


verantwoordelijkheden afwentelden. Dat speelde onder meer in 1969 tijdens de onthullingen van Joop Hueting over in Indië begane oorlogsmisdaden. Toen schoof oud-premier Drees, die zelf wel beter wist, de schuld van de ontspo- ringen op Zuid-Celebes in Westerlings schoenen.’ Vanaf de jaren tachtig verschenen er ook publicaties van historici waarin die zich zeer kritisch


‘ Over zijn aanpak wordt verschillend gedacht’


Historiek Op de website Historiek verscheen van de hand van Koos-jan de Jager, promovendus aan de Vrije Universiteit, een recensie met kritiek op de opzet van het boek: ‘Veel herhalingen, zeer gedetail- leerde samenvattingen van reeds verschenen boeken en ellenlange broncitaten.’ En met kritiek op de inhoud: ‘Zijn juridische perspectief kan voor historici inderdaad van toegevoegde waarde zijn. Het boek als geheel overtuigt echter totaal niet.’


Kruize In het blad van de Nederlandse Officieren Vereniging – Carré (8, 2019) – komt kolonel b.d. Kruize tot een ander oordeel. ‘Door zijn gedegen en systema- tische aanpak (…) weet hij (...) zijn conclusie te onderbouwen en daardoor staat hij sterk.’ Het is aan de lezer om te bepalen of hij de standpunten onderschrijft, maar voor wie ‘een weloverwogen oordeel wil vormen, is het boek van Geersing een must read.’


uitten over Westerling. ‘Historisch- wetenschappelijk wordt hij nu, en vol- gens mij dus ten onrechte, neergezet als kwade genius en massamoordenaar. In zeer sterke mate zie je dat in het boek van Rémy Limpach, De brandende kampongs van generaal Spoor’, aldus Geersing.


Vooringenomen Deze beeldvorming over Westerling maakt naar de mening van Geersing deel uit van een breder probleem. ‘Er wordt door een aantal historici een eenvoudig schema gehanteerd van Indonesische vrijheidsstrijders aan de ene kant en een onderdrukkend en gewelddadig koloniaal gezag aan de an- dere kant. Maar dat is een hersenschim. De werkelijkheid was veel gecompli- ceerder. Zo was er op Zuid-Celebes ten tijde van Westerlings optreden helemaal geen grote opstand tegen Nederland, er heerste rechteloosheid en de bevolking werd geterroriseerd door mede-Indonesiërs.’ Geersing ziet de huidige geschiedkundige benadering als een probleem, ook voor het grote Indiëonderzoek dat nu plaatsvindt. ‘De heersende lijn is de meer ideolo- gisch gekleurde geschiedschrijving die Nederland in de beklaagdenbank plaatst. Ik ben tegen deze vooringe- nomenheid en pleit voor onderzoek met een open mind. Zo heb ik ook de kwestie-Westerling benaderd.’


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76