van haar leden’ Richard Suy,
bestuurslid ANT
‘Een wegwijzer in de carrière
“N
iet langer een verdeelde mondzorg, daar zou ik de
vlag voor uitsteken. Wat mij betreft staat er in 2030 dan ook een vereni-
ging die de hele branche vertegenwoordigt: tandartsen, tandarts-specialisten, mondhygiënisten, tandprothetici en assistenten. Die vereniging is de autoriteit op haar vakge- bied, heeft veel invloed en kan veel autonomer opereren dan een verzameling kleinere verenigingen. Met zo’n ver- eniging voorkomen we dat buiten ons om een aanmerkelij- ke marktmacht van stakeholders en bedrijfsleven bestaat. Of ik bang ben voor de tegenstrijdige belangen binnen zo’n vereniging? Nee, daar heb je ook mee van doen bin- nen een vereniging die slechts een deelgebied vertegen- woordigt. Luister naar elkaar, praat met elkaar en zorg dat ieder lid een plek krijgt in het ecosysteem van die vereni- ging. Als we dat doen, komen we heel ver. De vereniging die ik voor ogen heb, heeft in 2030 in ieder geval één belangrijk probleem getackeld. Op dit moment overtreft de zorgvraag het toegestane zorgaanbod. Om
daar iets aan te doen, moeten we ernaar streven dat de basiszorg als een soort collectieve portemonnee wordt ge- zien. Verder moet er het vertrouwen komen dat, in de aard van een schadeverzekering, vrije tariefstelling of een soort bandbreedte wordt ingebouwd. En de cosmetische mond- zorg moet volledig vrij worden gelaten. Belangrijk, het hui- dige systeem bevordert een interne domeinstrijd omdat het volume niet mag groeien terwijl zorgvraag en mogelijkhe- den toenemen. Een eff ectieve vereniging die meer invloed heeft op dit proces, krijgt vraag en aanbod weer in balans en heeft dus geen last van die domeinstrijd. Ik ben er ook van overtuigd dat een markt in balans de arbeidssatisfac- tie van de leden bevordert. De vereniging fungeert ook als wegwijzer in de carrière van haar leden. Ze bezit kennis en expertise die ze voor haar heel heterogene achterban inzet. Ze gaat ook overtuigend de dialoog aan met stakeholders en andere partijen: het is een vereniging die zowel mee- praat als meebeslist en die bedreigingen en kansen op tijd onderkent. Zo komt het eigenaarschap terug bij de mond- zorg en krijgen de leden de governance weer in handen.”
doende kan ondersteunen. En daarnaast hoe een toekomstige generatie de eerste 23 levens- jaren bewust gemaakt wordt van een eff ectieve mondverzorging, de relatie met de algemene gezondheid en hoe deze cliënten met voorname- lijk preventieve raad en zo nodig orthodontische daad worden bijgestaan zodat ze met een nage- noeg gave dentitie minstens vijftig jaar vooruit kunnen. Om dat te verwezenlijken, zullen alle mond- zorgverleners gezamenlijk moeten aangeven uit welke doeners en denkers een mondzorgteam bestaat en hoe die moeten worden opgeleid. Het werkveld maakt vanzelfsprekend tijd en mens- kracht vrij voor participatie in het praktische deel van de opleiding. Deze werkwijze zal een leven lang (van elkaar) leren en het werken vol- gens richtlijnen vanzelfsprekender maken. En dat alles dankzij een vereniging die een jaar eer- der het 115-jarig jubileum heeft gevierd en terug- kijkt op 10 jaar succesvol weer samen zijn!”
als belangrijkste onderdeel’ Richard Kohsiek,
bestuurslid KNMT
‘Ledenservice
13 NT
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56