WEEK 51-01 16 DEC 2015
KERSTVERHAAL 2015
colaatjes snoepen en warme chocolademelk met slagroom. Terwijl Sam door haar raam keek, zag ze in de verte het terrein van het asielzoekerscentrum, waar momenteel zo’n 300 asielzoe- kers woonden. Sam vond het maar zielig voor al die mensen, en vooral voor de kinderen, dat ze uit hun land moesten vluchten. Ze vroeg zich af wat deze gezinnen met Kerst gingen doen. Eigenlijk wilde ze graag een kijkje nemen in het opvangcentrum,
ze was benieuwd naar alle verhalen en misschien kon ze zelfs wel een handje helpen. SANNE VERHOEFF O
peens vond Sam de kerstboom en de musical helemaal zo interessant niet meer. Ze trok resoluut haar jas aan, deed haar sjaal om en trok haar muts
tot over haar oren. Je zag alleen nog een paar blauwe kijkers en wat blonde krullen. Haastig rende ze haar kamertje uit, de gang door, de trap af en zonder iets tegen de leidsters te zeggen rende ze het internaatsterrein af, haar krullen wapperend in de gure wind. Omdat de meeste kinderen en leidsters zich inmiddels verzamelden in de feestzaal, had niemand in de gaten dat ze er vandoor ging.
Sam was een meisje van tien en zat zoals de meeste kinderen al vanaf haar zesde jaar op internaat De Bolder. Ze was ondeugend en ondernemend en de leidsters hadden de afge- lopen jaren al aardig wat met haar te stellen gehad. Het was dan ook niet de eerste keer dat ze zonder iets te zeggen verdween. Het was alleen niet mogelijk om lang boos op haar te blijven want meestal verdween ze om anderen te helpen. In haar enthousiasme vergat ze dan te zeggen waar ze heen ging en deze keer was dat niet anders. Sam rende door het kleine stukje bos, vlakbij het internaat. Ze struikelde over boomwortels, en stond snel weer op. Het centrum was niet ver en omdat ze ook nog eens rende kwam ze er al na tien minuutjes aan. Het lijkt wel een beetje op een vakantiepark, dacht ze toen ze puffend tot stilstand kwam. Alleen waren de huisjes lang niet zo mooi als op een vakantiepark.
Strenge bewaker Daar was ze dan. ‘En nu?’, vroeg ze zich af. Zou ze gewoon naar binnen lopen? Opeens vroeg ze zich af of haar idee nu echt wel zo goed was. Stoer als ze was, besloot ze gewoon naar binnen te gaan. “Zo jongedame, wat komt u hier doen?” Geschrokken draaide Sam zich om. Achter haar stond een man in een soort politiepak, maar dan zonder bijbehorende politiepet. ‘Bewaker’ stond er op zijn blouse. Ietwat streng keek hij het meisje aan. “Uhh”, antwoordde Sam zachtjes. “Ik wilde gewoon even kijken”. Ver- baasd keek de bewaker op haar neer. “Gewoon even kijken?” Sam knikte. “Ik zag laatst op het jeugdjournaal dat er een heleboel vluchtelingen ons land zijn binnengekomen dit jaar en ik was benieuwd of hier ook vluchtelingen waren. En eigenlijk wil ik graag iets doen om te helpen. Ik zit hier vlakbij op een internaat voor schippers- kinderen”, vertelde ze met horten en stoten. Er verscheen gelijk een glimlach op het gezicht van de man. “Kom jij maar eens mee naar de receptie, dan gaan we daar eens kijken wat ik voor je kan doen. Om te beginnen laat ik een speciaal bezoekerspasje voor je maken, want zonder zo’n pasje kom je het terrein niet op. Ik heet trouwens Bas”, zei de bewaker terwijl hij zijn hand uitstak. Sam liep vervolgens netjes achter hem aan naar een klein kantoortje. “Anneke”, riep hij naar de vrouw achter de balie. “Kun jij een medewerker oproepen, Mirjam bijvoorbeeld? Ik heb hier een klein nieuwsgie- rig meisje die graag wat meer wil weten over dit centrum”. De vrouw achter de balie pakte direct de telefoon. Een paar minuutjes later hing ze op. “Geregeld”, zei ze. “Dan nu graag een bezoekerspasje voor deze dame”, zei bewaker Bas. Niet veel later kwam er een jonge vrouw aangelopen, die zich voorstelde als Mirjam. “Loop maar met mij mee, ik zal je alles vertellen wat je wilt weten”. Nieuwsgierig keek Sam om zich heen. Ze zag ietwat saaie vierkante hokjes- huizen, allemaal precies hetzelfde. Ze zag echter ook speeltuintjes. “Moeten de kinderen die hier wonen eigenlijk ook naar school”, vroeg ze nieuwsgierig. “Ja, net als Nederlandse kinderen, moeten ook de kinderen die hier tijdelijk wonen naar school. Al dit soort centrums werken
daarom samen met een basisschool in de buurt, waar de kinderen terecht kunnen”. Sam wilde ook weten hoe al die mensen hier nu precies terecht waren gekomen. Geduldig vertelde Mirjam dat alle vluchtelingen zich als ze net in Nederland zijn aangekomen, moeten melden bij een speciaal aanmeldcentrum in Groningen. “Hier begint, zoals ze dat met een mooi woord noemen, de asielprocedure. Gekeken wordt dan of iemand hier in Nederland mag blijven. Vanuit dit centrum worden de mensen weer naar een ander aanmeldcentrum gebracht. Hier kunnen ze dan even uitrusten voordat ze uiteindelijk naar een centrum zoals dit gaan. Hier blijven de mensen totdat is besloten of iemand wel of niet in Nederland mag blijven. Dat kan soms best een tijdje duren”.
Vluchtelingen “Vorige week is er een groep vluchtelingen bij gekomen uit Syrië, ik weet niet of je daarover iets gehoord hebt op het journaal?” Sam knikte, ze had op het journaal van alles gehoord en gezien. Ze kon zich nog goed de foto herinneren van dat dode jongetje op het strand… ze had er die avond niet goed van kunnen slapen. Zo zielig vond ze het. Inmiddels waren ze aangeko- men bij een rij woningen, of eigenlijk ‘woon- eenheden’ zoals Mirjam het noemde. “Mensen wonen hier vaak met zo’n vijf tot acht personen bij elkaar, er zijn meerdere slaapkamers en de woonkamer, de keuken, douche en wc delen ze met elkaar”. Mirjam vond de ‘wooneenheden’ er niet echt gezellig uitzien. Alles had dezelfde grijze kleur, de dekbedden waren saai blauw en er was maar weinig kleur te bekennen. Ook van Kerst was hier weinig te merken. Hier en daar stond wel een kerstboompje, en er hingen wat kerstballen maar toch was de kerstsfeer waar Sam zo van hield ver te zoeken. Ze werd er een beetje treurig van. “Wat is er?”, vroeg Mirjam toen ze het beteuterde gezicht van Sam zag. “Ik vind het hier zo ongezellig”, antwoordde ze. Mirjam knikte. “Dat snap ik best”, zei ze. “We doen wel echt ons best om het zo leuk mogelijk te maken. Kom maar eens mee, dan zal je zien dat we voor kinderen best leuke dingen doen om het allemaal iets minder moeilijk te maken”. Ze liepen naar een klein grijs gebouwtje. Vanuit de verte hoorde Sam lachende en pratende kinderstemmen. “Dit is ons activiteitencentrum. Een paar middagen in de week kunnen kinderen hier terecht om lekker te spelen of te knutse- len. Het is natuurlijk nooit hetzelfde als thuis maar toch…” Sam’s oog viel op een meisje dat ongeveer net zo oud leek als zij zelf. Ze zat voor een van de aanwezige computers. “Dat is Aida”, zei Mirjam. “Ze is hier vorige week aangekomen, nadat ze eerst een tijdje in een noodopvang heeſt gezeten. Samen met haar ouders. Ze heeſt een hele lange reis achter de rug en heeſt een gevaarlijke bootreis maar net overleefd”. Sam gaf Aida een hand en stelde zich voor. Ze kon zich echt niet voorstellen dat zij ooit met haar ouders in een klein bootje zou stappen zonder te weten of dit wel veilig was. Nee, zij stapte alleen aan boord van hun eigen schip.
Een goed plan Toen Sam aan het schip van haar ouders dacht, bedacht ze plotseling dat ze helemaal tegen niemand op het internaat gezegd had waar ze heen was. “O chips”, riep ze uit. “Ik moet snel naar het internaat”. Verbaasd keek Mirjam haar aan. “Weten ze niet dat je hier bent”, vroeg ze. “Nee, ik ben helemaal vergeten om het tegen iemand te zeggen. Eigenlijk hoor ik nu op het podium te staan om te oefenen voor onze speciale kerstmusical. Ik moet snel terug”. Sam wilde er al bijna vandoor gaan toen Mirjam haar tegenhield. “Wacht even, niet zo snel. Ik breng je wel even. Ik ben eigenlijk ook wel benieuwd waar jij woont”. “Oh ik woon er niet hoor”, legde Sam snel uit. “Ik ben er alleen als mijn ouders varen, in het weekend ga ik naar boord. Dat is
mijn thuis”. Mirjam begreep het. Sam zei in haar beste Engels gedag tegen de aanwezige bewo- ners, en beloofde nog eens terug te komen en dan wat langer te blijven. Aida knikte enthousi- ast. Even later zat Sam naast Mirjam in de auto. Ze vertelde over haar leven op het internaat, en over de kerstmusical waar ze zo druk voor aan het oefenen waren. Mirjam vertelde dat ze elk jaar weer probeerden om de bewoners van het asielzoekerscentrum ook een leuke Kerst te bezorgen. Opeens kreeg Sam een geweldig idee, vond ze zelf tenminste. “Wat nu als wij de kerstmusical ook bij jullie komen opvoeren? Dat moet dan wel al volgende week want in de kerstvakantie gaan we allemaal naar boord”. Dat vond Mirjam een heel goed idee. “Misschien volgende week woensdagmiddag, na school? Dan zorgen wij voor drinken en lekkere hapjes”. Inmiddels waren ze bij het internaat aangeko- men. Sam kon niet wachten om het plan met Rianne, de leidster op haar groep, te bespreken. Zodra de auto tot stilstand kwam, deed ze de portier open en stoof naar buiten. Daar zag ze dat een groepje kinderen en leidsters zich voor de ingang van het internaat had verzameld. Ze keken allemaal enorm bezorgd, totdat ze Sam zagen. “Waar heb jij nu weer uitgehangen”, riep Rianne boos terwijl ze Sam stevig beetpakte. “We waren hier hartstikke ongerust en nu kom je doodleuk aangelopen alsof er niets aan de hand is. Je kunt toch niet zomaar weglopen zonder iets te zeggen?” Beschaamd keek Sam op. Ze beseſte dat het inderdaad niet zo aardig was om er zomaar vandoor te gaan. “Ik uh..”, hakkelde ze. “Ik ben het gewoon vergeten”. Toen stapte Mirjam uit haar auto. Ook zij zei dat het niet zo slim was van Sam om niets te zeggen. “Maar, het was wel goed bedoeld”, vertelde ze tegen Rianne, waarna ze zichzelf voorstelde. “Sam was zo nieuwsgierig naar het asielzoekerscentrum hier in de buurt, dat ze besloot een kijkje te komen nemen. Eigenlijk vond ik dat wel heel lief van haar en daarbij heeſt ze ook nog eens een heel leuk plannetje bedacht”, zei Mirjam terwijl ze Sam een knipoog gaf. Opeens keek Rianne een stuk minder boos. “Kom even binnen”, zei ze hartelijk terwijl ze ook Sam wenkte mee te komen. “Ik ben wel benieuwd naar dat plannetje van jou”. Gezamenlijk liepen ze naar de aula van het internaat, waar in het midden een enorme versierde kerstboom stond. Onder het genot van een mok warme chocolademelk, vertelde Sam over haar plan de kerstmusical op te voeren voor alle kinderen op het asielzoekerscentrum. Het bleef even stil en verwachtingsvol keek Sam Rianne aan. “Alsjeblieſt mag het”, smeekte ze. “Hoe kan ik hier nu nee tegen zeggen”, antwoordde Rianne met een lach. “Ik weet nog niet precies hoe we het voor elkaar gaan krijgen, maar we gaan het gewoon doen”, besloot ze. Sam sprong direct een gat in de lucht, en omhelsde haar leidster. Ze zou extra haar best gaan doen!
Musical Een week later was het al zover. Alle kinderen van het internaat hadden keihard geoefend om alle liedjes en tekst uit hun hoofd te le- ren. Nu stonden ze op een zelf in elkaar ge- knutseld podium in het activitei- tencentrum, nadat eerst iedereen
een rondleiding had gehad over het terrein. De bewoners hadden heel enthousiast gereageerd. Ze vonden het heel gezellig, al die kinderen over de vloer. Nu stonden al die kinderen ietwat zenuwachtig op het podium. De musical werd een groot succes, alles ging goed. Niemand vergat zijn tekst en ook de liedjes klonken prachtig. Na afloop ontvingen de kinderen een groot applaus. Daarna volgde nog een gezelli- ge middag waarbij de jonge bewoners van De Bolder en het asielzoekerscentrum veel lol met elkaar beleefden, ondanks de taalbarrière. Sam zag dat Rianne en Mirjam al een tijdje druk met elkaar in gesprek waren, ze vroeg zich af waar ze het over hadden. Toen het tijd was om te gaan, riepen de twee Sam nog even bij zich. “We hebben iets leuks bedacht”, begon Rian- ne. “En ik hoop dat jij het ook een goed idee vindt. Wat als we nu eens afspreken dat we bijvoorbeeld één keer in de maand bij elkaar langs gaan. Niet allemaal tegelijk natuurlijk want zoveel ruimte hebben we ook weer niet op het internaat, maar om de beurt een groepje. Zo kunnen we helpen het hier nog een beetje leuker te maken voor de bewoners van het asielzoekerscentrum, vooral voor de kinderen”. Hier hoefde Sam natuurlijk niet lang over na te denken. Tevreden liep ze terug naar het internaat, nog twee nachtjes slapen en dan ging ze naar boord. Lekker naar haar ouders, ze had extra veel zin ze weer te zien na de toch wel vanmiddag gekregen. immers goed gaan voor
nare verhalen die ze weer te horen had Ze beseſte zich maar al te
dat naar huis lang niet
iedereen zo gewoon- tjes was.
Brrr, Sam was blij dat ze binnen was. Het was woensdag en ze hoefde dus alleen maar in de ochtend naar school. Vanmiddag gingen ze op het internaat de kerstboom optuigen en oefe- nen voor de kerstmusical. Daar had Sam veel zin in want dat betekende ook lekker veel cho-
Sam keek door haar slaapkamerraam naar buiten. Het was grijs en grauw en het bleef maar waaien. De bomen zwiepten heen en weer en windvlagen lieten de ramen klapperen.
27 Sam brengt Kerst naar asielzoekerscentrum
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72