H
et perspectief voor elektrisch aangedreven tech- niek is beter dan ooit: bij veel boeren liggen de daken vol met zonnepanelen en de prijzen voor fossiele energie gaan door het dak. Bovendien telt diesel- gebruik mee in de duurzaamheidsprogramma’s van veel zuivelfabrieken. Toch loopt de landbouw niet voorop in de transitie naar elektrisch aangedreven machines en werktuigen. Erik van Eekelen, energiespecialist bij DLV Advies, ziet dat aannemers in de grond-, weg- en water- bouw verder zijn met investeren in emissiearme appara- tuur. Die werken steeds vaker met elektrische trilplaatjes, shoveltjes en graafmachines. En voor elektrische tracto- ren bestaat een toenemende interesse. Van Eekelen: ‘In de stal zijn melkveebedrijven verder met het elektrisch aan- drijven van apparatuur dan op het land. Er bestaan goede elektrisch aangedreven technieken voor voeren, mest schuiven, boxen instrooien en mest mixen. Buiten de stal loopt de landbouw achter, vergeleken met de bedrijven in het grondverzet is er nog een slag te maken.’
Dertig tot vijftig procent duurder De oorzaak van deze voorsprong is de manier waarop aannemers in het grondverzet aan hun werk komen. Bij aanbestedingen van overheidsprojecten hebben onderne- mingen die duurzamer werken, een streepje voor. Steeds vaker is duurzaam werken zelfs een harde voorwaarde. Daardoor hebben deze ondernemers hun investering in elektrisch aangedreven machines eerder terugverdiend dan een melkveehouder die nog steeds dezelfde melkprijs blijft ontvangen na zijn investering.
‘De aanschafprijs van elektrische voertuigen en installa- ties is al snel 30 tot 50 procent hoger dan van brandstof- aangedreven alternatieven’, zegt Van Eekelen. ‘Daar komt bij dat er een mismatch is tussen het moment van opwek- ken en verbruiken van energie. Doorgaans gebruik je trek- kers en werktuigen overdag. Die uren kunnen ze niet aan de oplader liggen. Zeker als de salderingsregeling is afge- schaft, wordt het duur laden tijdens de uren dat de zon niet schijnt.’ De salderingsregeling geeft veehouders de mogelijkheid het surplus aan overdag geproduceerde elek- triciteit te verrekenen met de stroom die ’s nachts wordt afgenomen. Maar de overheid wil deze regeling schrappen.
Actieradius en laadtijd Uit onderzoek aan de Wageningen Universiteit blijkt dat een meerderheid van de agrariërs de komende tien jaar nog niet van plan is om te investeren in een elektrische trekker. Voor zijn bachelorscriptie onderzocht Jort Hoestra bij 246 boeren de bereidheid om over te stappen op een elektrische trekker. De beperkte actieradius werd samen met de lange laadtijd gezien als de grootste barri- ère om een elektrische trekker aan te schaffen. ‘De actie- radius van de huidige modellen is afhankelijk van het gebruik ongeveer 5 uur. Opladen kan binnen 3 uur, maar dit wordt bepaald door de capaciteit van de laadpaal en het accupakket. Voor sommige agrariërs zou dat kunnen zorgen voor een onderbreking van het werk.’ In de illustratie op de volgende pagina staat een overzicht van de belangrijkste motieven en barrières om te investe- ren in een elektrische trekker. Zo is de hoge aanschafprijs een belangrijke barrière. Voor de operationele kosten valt er echter wel een voordeel te verwachten (tabel 1) door de
lagere kosten voor brandstof en onderhoud. De onzekere levensduur is ook een belangrijk element. Ronald van Hattem herkent de uitkomsten van het onder- zoek. De directeur van MF-importeur Mechangroep merkt dat de vraag naar elektrisch aangedreven tractoren vanuit de veehouderij nog beperkt is. ‘Daar staat tegenover dat je de vraag ook creëert als er een compleet CO2
-neutrale
trekker beschikbaar is. En het klopt dat ik uit de aanne- merswereld, uit de groenvoorziening en het grondverzet, bijna dagelijks telefoontjes krijg hoe ver we ermee zijn.’ Het moment waarop MF zijn eerste elektrische trekker in productie neemt, is niet ver weg, stelt Van Hattem. Eind van dit jaar kan hij meer zeggen. Waarschijnlijk wordt de productie in een Nederlandse fabriek opgestart. Waarom het zo lang heeft geduurd? ‘De markt was niet bereid om concessies te doen aan actieradius en laadtijd. Iedereen kan een elektrische trekker maken, maar als die vier ton kost en je er maar één uur mee kunt werken en vervol- gens weer vier uur moet laden, is de animo snel weg.’ Indien haalbaar, wordt het een betaalbare trekker met een acceptabele actieradius. Het model zal uitkomen op 100 pk en is geschikt voor melkveebedrijven. En Van Hat- tem is eerlijk: een dag lang ploegen is nog een brug te ver voor elektrisch aangedreven tractoren. Maar de techniek staat niet stil. ‘Een jaar geleden dacht ik nog dat er geen markt was voor elektrische trekkers. Nu ben ik hoopvol, maar voorzichtig. En wie weet waar we over een jaar staan. Er zijn in elk geval voldoende klanten om een trek- ker winstgevend in de markt te zetten.’
Primeur voor John Deere
John Deere was in 2016 het eerste merk dat een elektri- sche trekker demonstreerde, gevoed door een aggregaat. Later volgde een studiemodel met een kabel en in 2019 lanceerde het merk op de beurs in Valencia de eerste trek- ker zonder verbrandingsmotor, nog steeds een demo. Voor een echte opmars in de markt is het vermogen dat op de grond kan worden afgegeven nog te beperkt, relati- veert Henry Tieben het optimisme. De medewerker van John Deere ziet vooral voor het kleinere segment tracto- ren (tot 100 pk) goede kansen voor elektrische aandrij- ving. ‘De actieradius zakt bij zware arbeid nog te snel in elkaar, maar de techniek staat niet stil. Ik denk dat we er met de producenten van de accu’s wel uit komen’, stelt Tieben. Hij verwacht op korte termijn een voor de melk- veehouderij geschikt model te presenteren. ‘We staan aan de vooravond van grote veranderingen op het gebied van het gemotoriseerd aandrijven van tractoren. Maar brand- stof zal voorlopig niet verdwijnen. Ook de industrie zet grote stappen, zoals in de emissie van stikstof en roet.’
Alternatieven op biogas en waterstof DLV’er Erik van Eekelen ziet ook perspectief voor door biogas aangedreven tractoren. Dat schept kansen voor
Tabel 1 – Kostenvergelijking van tractoren (bron: WUR) tractor met
kosten vaste kosten per jaar (€)
operationele kosten per jaar (€) totale jaarlijkse kosten (€)
verbrandingsmotor 13.692
24.408 38.100
elektrische tractor
19.208 11.370 30.578
veeteelt NOVEMBER 2021 31
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68