Lasagnekuil blijft populair, wel zorgvuldig afdekken
Veehouders maken steeds vaker lasagnekuilen, want het heeft veel pluspunten. Goed management is wel een must om kuilverliezen te voorkomen.
Door Janet Beekman V
eehouders maken de laatste jaren steeds vaker een lasag- nekuil en deze trend zet door. Lasagnekuil is vernoemd naar de bekende Italiaanse oven- schotel waarbij tomatensaus,
lasagnebladen en bechamelsaus laags- gewijs is opgebouwd. In een lasagnekuil komen verschillende grassneden in laagjes over elkaar heen over de hele lengte van een rijkuil of sleufsilo. Tussen de sneden door leggen veehouders de kuil steeds tij- delijk bloot om deze weer af te dekken als de volgende snede is gelost. Het kuilplastic ligt meestal aan een zijde al vast en wordt naar één kant geschoven en na inkuilen weer naar de andere kant met een tijdelij- ke afdekking. Na toevoegen van de laatste snede volgt een definitieve afdekking met meer gewicht of grond. “We zien steeds grotere verschillen in samenstelling van
grassneden, eiwitrijk, suikerrijk of struc- tuurrijk. Deze sneden leveren een goede gemiddelde voederwaarde op door ze te combineren in één kuil”, zegt Tom Niehof, productmanager ruwvoer van Barenbrug. “Eén grote lasagnegraskuil neemt ook min- der ruimte in op het bouwblok dan meer kuilen of sleufsilo’s op het erf.”
Constante voerkwaliteit
Een groot voordeel van een lasagnekuil is het voeren van een constant rantsoen in de winterperiode. “Koeien doen het beter op een stabiel rantsoen, want een koe moet altijd wennen aan rantsoenwisselingen”, zegt Klaas Coppens, productmanager rundvee van De Heus, die ook aangeeft dat extreme grassneden bij elkaar inkuilen een beter gemiddelde geven. “Met een latere snede kunnen veehouders een voorgaande snede nog corrigeren.” Volgens Pierre van Oort, technisch specialist melkvee van ForFarmers, levert de eerste snede vaak
Tips lasagnekuil maken en voeren
Maak voor het maaien van de eerste sne- de een planning van sneden en opslag er- van.
Houd rekening met kuilvoorraad, grasop- brengst en -kwaliteit en aan welk vee je het kuilgras gaat voeren.
Zorg voor voldoende kuillengte en voer minimaal 1,5 meter graskuil per week om broei te voorkomen.
Zorg voor goede conservering van de kuil, rijd goed aan (druk op de kuil) en ge- bruik eventueel een toevoegmiddel.
Gebruik bij voorkeur een inkuilwals voor een vlotte en goede verdichting.
Rijd bij het inkuilen de oude snede niet eerst opnieuw aan, omdat er dan door
22 beweging extra zuurstof in komt.
Kuil bij elke nieuwe laag zo snel mogelijk in na opening van de kuil.
Gebruik bij elk snede opnieuw krimp- folie om lucht uit de kuil te drukken.
Overweeg een automatisch kuilaf- deksysteem, want dat scheelt veel werk met open en dicht maken van de kuil.
Kuil najaarssneden alleen erbij in als deze droog genoeg zijn (minimaal 30% droge stof).
Zorg voor een strak snijvlak en gelijkma- tig van boven naar beneden uitkuilen, bijvoorbeeld met een frees. Doe je dat niet, dan is het zonde om een lasagne- kuil te maken.
GRASDAG SPECIAL 2020 — augustus 2020
veel suiker en VEM. “De eerste sneden van dit jaar hebben door koude nachten en veel zon een extreem hoog suikergehalte met risico op pensverzuring. Tijdens groei van de tweede en derde sneden zijn de nachten warmer en gaat het gras doorschieten. Dat geeft minder suiker, meer ruwe celstof, NDF en ADF, waarbij ze goed bij de extreme eerste snede passen. Dan combineer je pit- tig, snel verteerbaar gras met meer struc- tuur van de volgende sneden”, vertelt Van Oort. Een ander voordeel is dat er maar één kuil openligt, waardoor eerder voldoende voersnelheid haalbaar is en dat vermindert het risico op broei. Coppens plaatst daarbij wel een kanttekening: “We zien regelmatig enorme kuipen van sleufsilo’s met een hoge lasagnekuil. Dan is er ook een risico op onvoldoende voersnelheid en broei.”
Maak een planning
Bij een lasagnekuil kan in principe de eerste grassnede onderop, dan de tweede, derde en eventuele latere sneden daarbo- ven op. “In de praktijk zie je vaak de eerste en derde snede in één lasagnekuil en de tweede, vierde en latere sneden in een tweede lasagnekuil”, zegt Van Oort, tech- nisch specialist melkvee van ForFarmers, die veehouders adviseert om voorafgaand aan het maaiseizoen een planning te maken. “Denk na over hoe je graskuil wilt voeren, aan welk vee, hoeveel voorraad je nog hebt en hoeveel kuub kuilgras er nodig is. Als je bijvoorbeeld weet dat je al vroeg in het seizoen graskuil moet voeren, kun je een deel van de eerste snede beter in ronde balen opslaan”, zegt Van Oort. “Stel je plan- ning ook bij op basis van weersomstandig- heden. Een veelgemaakte fout is een natte, verregende silage inkuilen over twee goede eerste sneden. Daarmee verpest je de hele lasagnekuil. Houd de mindere kwaliteit silage apart.”
FOTO: HENK RISWICK
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60
