Peter Vlot
ALTIJD AL TANDARTS WILLEN WORDEN?
“Pas toen ik tandheelkunde ging stu- deren. Mijn voorkeur ging uit naar ge- neeskunde, maar ik werd uitgeloot. Mijn vader, die tandarts was, stelde voor een jaar tandheelkunde te gaan doen, om- dat ik daar kennis kon opdoen waar ik met geneeskunde veel aan zou hebben. Na drie maanden ACTA kon ik alsnog bij geneeskunde terecht. Ik besloot toch bij tandheelkunde te blijven. Een keus waarvan ik nooit spijt heb gekregen.”
WAT IS LEUK?
“De combinatie van medische en hand- vaardige handelingen met het socia- le aspect klopt bij wat ik zocht en wie ik ben. Mijn vader had een praktijk aan huis, maar ik liep er nooit binnen, het in- teresseerde me niet. Toen ik tandheel- kunde ging studeren, ontdekte ik dat dit toch was wat ik wilde.”
WAT MAAKT U BOOS?
“Ik kan me ergeren aan regels, vooral in de zorg. De meeste tandartsen zijn bij- zonder gedreven. Natuurlijk zijn er rotte appels, maar dat is geen reden om ieder- een bepaalde regels op te leggen.”
VEEL VAN UW VADER GELEERD?
“Kunstgebitten maken, dat krijg je niet in je opleiding. Mijn vader was een goe- de tandarts die al generaties meeging en plezier had in zijn vak. Hij was van de oude stempel: mond open, weinig uitleg, tot over een half aar. Ik praat vier keer meer dan hij. Uiteindelijk ging ook hij meer praten. We vulden elkaar goed aan en hebben veertien jaar samengewerkt.”
IS ER MEER DAN WERK?
“Twee jaar geleden overleed mijn vader aan dementie. Het 48-jarig huwelijk van mijn ouders veranderde door zijn ziekte. Mijn vaders begeleider merkte dat mijn ouders opbloeiden als ze een moment samen hadden waarbij de ziekte niet de rest overschaduwde. Ook bij andere pa- tiënten was dit het geval: mensen kwa- men zingend terug van een uitje. Met de begeleider ben ik na mijn vaders overlij-
‘Veertien jaar
samengewerkt met mijn vader’
den Stichting Bert gestart, waarmee we uitjes organiseren voor dementerenden en hun partner of andere mantelzorger.”
NOG EEN TIP VOOR DE KNMT?
“Ik vind de website rommelig. Er staat veel informatie op, maar die is slecht vindbaar. Qua beleid vind ik dat de KNMT zich soms wel wat harder mag opstellen om haar punt duidelijk te ma- ken. Volgens mij wordt er veel gepraat met allerlei partijen, maar soms is uit het overleg stappen een duidelijker signaal.”
EN UW POETSGEWOONTES?
“Ik zweer bij Parodontax. Als je daar een- maal aan gewend bent, vind je alle ande- re tandpasta’s vies. Verder raad ik mijn patiënten aan te stokeren of rageren in de auto, dat doe ik zelf ook.”
HOE ZIET U DE TOEKOMST?
“Met mijn collega start ik volgend jaar een concept voor tandartsen die een ei- gen praktijk ambiëren zonder de bijko- mende besognes. Denk aan het opstel- len van protocollen, fi nancieel manage- ment, voorraadbeheer en marketing. Wij nemen hen dat uit handen, zodat zij zich kunnen richten op de patiënt.” NT
3 NT
TEKST: LAURA JANSEN / FOTO: ROB TER BEKKE
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52
