Help... ik wil een


De e-bike begon zijn opmars een jaar of vijftien geleden en inmiddels is hij ook onder camperaars razend po- pulair. Deze fi ets heeft een elektro- motor die het trappen ondersteunt. Handig heuvel op, tegen de wind in of als je gewoon een steuntje in de rug kunt gebruiken. Waar moet je bij aanschaf op letten?


H


et aanbod van merken en mogelijk- heden breidt zich snel uit. Waren er eerst alleen gewone fi etsen met een hulpmotor, anno 2015 kun je


ook sportfi etsen, mountainbikes en vouwfi et- sen in een e-versie kopen. En er zijn nu ook razendsnelle e-bikes, die snelheden van 45 kilometer per uur halen. De Nederlandse wet- gever heeft hier nog geen regels voor gesteld, maar die zullen er ongetwijfeld snel komen. In Duitsland wordt deze categorie inmiddels tot de brommers gerekend. De gewone e-bike haalt zo’n 25 kilometer per uur. Het principe van de e-bike is dat je eerst zelf moet trappen, voordat de elektrische onder- steuning in werking treedt. Deze ondersteu- ning wordt weer onderbroken als de fi etser stopt met trappen of als de snelheid boven de 25 kilometer per uur komt.


32 | Kampeerauto nr. 3/2015 NKC


De wat eenvoudiger fi etsen hebben een sen- sor voor de beweging van de pedalen. Draaien die, dan levert de fi ets een vast vermogen, of je nu hard of zacht trapt. Andere model- len anticiperen op de kracht waarmee je op de pedalen trapt en op de rijsnelheid. De ondersteuning past zich erop aan. In het alge- meen reageren fi etsen met een krachtsensor sneller dan fi etsen met een bewegingssensor, zowel als je begint te fi etsen als wanneer je stopt met trappen. De meeste fi etsers geven daarom de voorkeur aan een krachtsensor. Het voelt natuurlijker.


Zwabberig Onderverdeeld naar de aandrijving van e-bikes, zijn er drie types. Met de elektromotor in het voorwiel, in het achterwiel of bij de trapas. Deze laatste wordt ook wel middenmotor


genoemd. De eerste elektrische fi etsen had- den allemaal voorwielaandrijving. Voordeel is de mogelijkheid om versnellingen in de naaf van het achterwiel aan te brengen. Nadeel is de grotere slipgevoeligheid als het glad is en bij heuvelafwaarts rijden. Bij damesfi etsen, die een slapper frame hebben dan herenfi et- sen, kan het voorwiel door het extra gewicht zwabberig aanvoelen. Voorwielaandrijving voelt alsof je wordt voortgetrokken, wat het sturen anders maakt dan op een gewone fi ets. Montage in het achterwiel heeft als voordeel dat het voelt alsof je een steuntje in de rug krijgt: je wordt voortgeduwd. Nadeel is dat wanneer de motor in de naaf zit, er geen plaats meer is voor versnellingen. Wil je die wel, dan ben je aangewezen op een derailleur. Dat fi etst lekker, maar vergt meer onderhoud dan een systeem met een dichte kettingkast.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84